De Boeck: “Bij KV Kortrijk heeft geen enkele speler het recht om te zeggen dat hij vermoeid is”

En om dat duidelijk te maken, gebruikte de coach donderdagmiddag een filmpje dat hij van zijn twee tuinmannen had genomen.

Toen in het wekelijkse perspraatje met de Kortrijktrainer werd gevraagd of enkele van zijn spelers vermoeid waren, reageerde de Antwerpenaar gevat. “Het gaat vooral om frisheid en scherpte”, corrigeerde De Boeck. “Het woord vermoeidheid zal ik niet in de mond nemen. Want welke speler van een Belgische voetbalclub kan zeggen dat hij vermoeid ? Niemand. Geen enkele Kortrijkspeler heeft trouwens het recht om te zeggen dat hij vermoeid is. Van wat zou hij moe moeten zijn? Van anderhalf uur per dag te trainen? Of van in stad rond te wandelen. Nee, dat stoort me. Als je moe bent, moet je in je bed liggen. Als voetballer word je daarvoor zelfs nog betaald ook.”

“Weet je, bij mij thuis waren twee tuinmannen gisterenavond nog tot 19 uur bezig. En vanmorgen vroeg stonden ze daar al opnieuw. Ik heb die mannen niet horen klagen dat ze moe waren. Ik heb hen trouwens gefilmd en uitgelegd waarvoor ik dat wilde gebruiken. Zij hebben me uitgelachen. Maar ik heb het wel aan mijn spelersgroep getoond, want het illustreerde wat ik wou aankaarten.”

Vermoeid of niet, Glen De Boeck kan zaterdag op nagenoeg al zijn gebruikelijke spelers rekenen. Alleen in de defensie zal hij moeten bijsturen door de blessure van Bennard Kumordzi. Wellicht keert Erik Palmer-Brown terug in de ploeg. Ook Yevhen Makarenko is een twijfelgeval. En De Boeck wou het niet met zoveel woorden bevestigen, maar ook de reden voor zijn mogelijke afwezigheid zint hem niet. “Met zijn achillespeesletsel is Yevhen twijfelachtig, ik heb hem deze week nog niet op training gezien. Hij kreeg de toestemming om zijn blessure in Antwerpen te laten behandelen, bij een specialist die aan Anderlecht verbonden is. Of hij al met zijn hoofd in Anderlecht zit? Ik zal met hem nog een gesprek hebben. Als hij niet fit is, heb ik niks aan hem. Tegen Zulte Waregem speelde een pak spelers maar aan 50 procent en dan krijg je een klets om de oren, dat hebben we gemerkt.”