Tussen 7 en 20 december werd bij 0,20 procent van de West-Vlaamse leerlingen een coronabesmetting vastgesteld. 0,96 procent moest in quarantaine. “De cijfers nemen wellicht toe omdat er weer asymptomatische leerlingen en leerkrachten getest worden”, zegt Vlaams minister van Onderwijs Ben Weyts (N-VA).
De Centra voor Leerlingenbegeleiding (CLB’s) doen het contactonderzoek in basis- en secundair onderwijs. Om de twee weken maakt minister Weyts de cijfers bekend. In de periode van 7 tot 20 december werd bij 0,16 procent van de leerlingen en 0,36 procent van de onderwijspersoneelsleden in Vlaanderen een positieve coronatest afgenomen. In West-Vlaanderen ging het om 407 leerlingen – 0,20 procent van het totaal – en om 131 leerkrachten. Dat is zowat de helft meer dan de vorige periode, toen 264 leerlingen of 0,13 procent en 91 leerkrachten besmet raakten.
Verder werden in heel Vlaanderen 0,78 procent van alle leerlingen en 0,36 procent van de personeelsleden in quarantaine geplaatst. Voor West-Vlaanderen ging het om 1.909 leerlingen of 0,96 procent en 105 personeelsleden. In de vorige periode van twee weken moesten minder leerlingen in quarantaine, 1.365 of 0,69 procent, maar wel iets meer leerkrachten: 116.
Andere teststrategie
Net zoals in de rest van de samenleving is er dus een stijging van de cijfers in de scholen – iets meer in het basisonderwijs omdat er in deze periode examens waren in het secundair onderwijs, zegt het kabinet-Weyts. “De cijfers nemen allicht ook toe omdat de teststrategie veranderd is en er sinds kort ook opnieuw asymptomatische leerlingen en leerkrachten getest worden. Er zal in de nabije toekomst trouwens nog meer getest worden in het onderwijs.”
“We zien dat het virus vanuit de samenleving de weg blijft vinden naar de scholen, dus gaan we nog meer doen om het te bekampen”, zegt Weyts. “We zijn voor de kerstvakantie begonnen met sneltesten in de eerste pilootregio’s. Begin volgend jaar zullen we die aanpak ook uitrollen voor de rest van Vlaanderen. Tot nu werden de hoogrisicocontacten van besmette personen pas getest op dag zeven van hun quarantaine. Met sneltesten kunnen we veel sneller testen en met onmiddellijk resultaat, zodat we vanaf dag één greep krijgen op eventuele clusters. Ook de superverspreiders zullen sneller in beeld komen”.
“Besmettingen meestal in gezinscontext”
Deze cijfers moeten duidelijk maken dat het virus wel degelijk aanwezig is en dat we met z’n allen de veiligheidsmaatregelen moeten blijven naleven. Maar evengoed moeten de cijfers alles in het juiste perspectief plaatsen. “Het overgrote deel van de besmettingen is nog altijd te herleiden tot situaties buiten de schoolmuren”, zegt Ben Weyts. “Dat wordt bevestigd door de vaststelling dat (veruit) de voornaamste reden om over te gaan tot testing een nauw contact binnen de gezinscontext is. Toch is het van belang om eventuele clusterbesmettingen binnen scholen snel op te sporen en in te dammen. De uitrol van sneltesten zal daarbij helpen.”
Coronavirus
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier
