‘Chef van de statie’ Ludwig Vanlerberghe houdt stationsgebouw, gemeente grijpt ernaast

De achterzijde van het stationsgebouw zal er in de toekomst anders uitzien met een afgesloten glazen constructie. (foto FODI) © FODI
Patrick Depypere
Patrick Depypere Medewerker KW

Hét gespreksonderwerp van het voorbije jaar in Ingelmunster was niet dat het stationsgebouw te koop stond, wél wie het stationsgebouw kocht. Wekenlang werd er gespeculeerd wie de koper zou kunnen zijn. Wij losten begin juni het nieuws wie de nieuwe eigenaar was. Velen waren geschrokken, want niemand had aan Ludwig Vanlerberghe van Electro-Varia gedacht. Het gemeentebestuur was niet erg gelukkig, want Ludwig wilde het stationsgebouw behouden. En daarin is hij ook geslaagd.

“Nooit, maar dan ook nooit zal ik het stationsgebouw aan de gemeente verkopen”, zei de 52-jarige Ludwig Vanlerberghe enkele dagen na de aankoop. De voorbije maanden gonsde het vaak van de geruchten dat dit stationsgebouw wel degelijk verkocht zou worden aan de gemeente. Ludwig bleef echter bij zijn standpunt. “Het is met deze aankoop nooit mijn bedoeling geweest om de plannen van de gemeente stil te leggen of tegen te houden. Integendeel, ik wilde enkel het gebouw van de sloop redden.”

“In de politiek is het een kwestie van een compromis te vinden. De vlucht was misschien een beetje turbulent, maar de landing is in de beste omstandigheden verlopen”, zei schepen Martine Verhamme tijdens de jongste gemeenteraadszitting.

“Positief is ook dat de gemeente nu eveneens voort kan werken aan de plannen en dat de werken aan de stationsbuurt nu definitief vooruit kunnen. Die zullen wellicht in 2025 starten.”

Seinhuis verdwijnt

Het stationsgebouw blijft in privéhanden, de voorliggende parking komt bij het openbaar domein. “Investeerders staan te wachten, de horeca wil buitenruimte, het regionaal hoppinpunt is voor heel binnenkort. Het was voor ons dan ook cruciaal om dit dossier niet te laten blokkeren, ook al moeten we daarvoor wat water bij de wijn doen”, zegt burgemeester Kurt Windels.

Na een doorgedreven overleg kwamen beide partijen tot een overeenkomst. Het hoofdvolume van het stationsgebouw blijft behouden. De aanbouw links het voormalige seinhuis verdwijnt. Daardoor krijgen bussen voldoende zichtbaarheid op het kruispunt en kunnen ze vlot draaien. Het stationsgebouw zelf blijft privé-eigendom. De voorliggende parking en een doorgangsstrook van drie meter achter het gebouw koopt de gemeente aan. “Zo kunnen we werk maken van een verkeersveilige herinrichting van het kruispunt Izegem-Kortrijkstraat, met afgescheiden fietspaden en verkeerslichten. Laden en lossen kan enkel van op de parking aan De Cultuurfabriek. Veiligheid was sowieso onze belangrijkste voorwaarde en daarvoor hebben we ruimte nodig”, verduidelijkt bevoegd schepen Martine Verhamme. “Met het bereikte akkoord blijven de basisprincipes van het ontwerp overeind. Een duidelijke langetermijnvisie met de focus op een gezellige, groene buurt en de kwalitatieve herinrichting van het kruispunt.”

Meerwaarde

Ludwig Vanlerberghe, zaakvoerder van Electro-Varia en eigenaar van de site, is tevreden met het behoud van het stationsgebouw. “Het is mijn bedoeling om er een experience-center voor elektrische toestellen onder te brengen. Langs de achterkant zou ik graag de huidige luifel vervangen door een afgesloten glazen constructie waar pendelaars kunnen wachten op hun trein, terwijl ze van een koffie genieten. De renovatie van het gebouw past perfect in de mooie, nieuwe omgeving en zal een meerwaarde zijn voor Ingelmunster.”

Tijdens de jongste gemeenteraad vroegen de oppositiepartijen Vooruit en CD&V zich af waarom het zo lang moest aanslepen. “Dit stationsgebouw móést verdwijnen voor de veiligheid. Er was geen andere mogelijkheid en nu kan het precies wel”, zei Bart Buyse (CD&V).

Schepen Trui Lambrecht (De Brug) wilde nog kwijt dat de gemeente al sinds 2019 met alle partijen bij elkaar zit. “Het is niet zo dat we zomaar iets op papier zetten. Ook nu kunnen we niet zomaar een nieuw plan tonen, omdat alles eerst moet worden uitgewerkt en opnieuw voorgelegd aan alle partijen. Pas daarna zullen we het nieuwe plan kunnen voorstellen.”