Zondag staat Club Brugge voor de verste binnenlandse verplaatsing van het seizoen: een trip van ruim 230 kilometer richting Eupen. Voor Bruggeling Siebe Blondelle, die al sinds 2015 aan de Kehrweg speelt, blijft de komst van blauw-zwart speciaal. “Mijn familie is al sinds woensdag in Eupen op bezoek en zal zondag in het stadion zitten”, glimlacht de centrale verdediger.
Siebe Blondelle is duidelijk niet vies van wat avontuur. Al op 16-jarige leeftijd koos hij ervoor om in Nederland te gaan spelen. “Dat avontuurlijke zit inderdaad in mijn bloed. Het geeft het leven wat extra kleur“, aldus de sympathieke Oedelemnaar. “Toen ik bij de jeugd van Club Brugge speelde en opgeroepen werd voor de nationale jeugdploegen, kwam er automatisch interesse vanuit het buitenland. Nederland was interessant, omdat er veel jonge spelers doorbraken. Dat is trouwens nog steeds het geval. Uiteindelijk mocht ik voor Vitesse in de eredivisie debuteren.”
Twee jaar geleden vond ik een huis in de Hoge Venen. Daar is het iets aangenamer vertoeven
Via een uitleenbeurt aan VVV-Venlo speelde Siebe nog voor FCV Dender, het Duitse Rot Weiss Ahlen, RAEC Mons en Waasland-Beveren. Ondertussen voetbalt en woont hij al een viertal jaar in Eupen. “Eerst in een appartement vlakbij het station, maar sinds twee jaar vond ik een huis in de Hoge Venen. Daar is het iets aangenamer vertoeven. Het is er prachtig. Mijn vrouw en dochter wonen wel nog in Oostkamp. Mijn dochter wordt zes jaar en gaat in West-Vlaanderen naar school. We zagen het niet zitten om met het hele gezin alles om te gooien. Wie weet blijf ik nog een paar jaar langer in Eupen en settelen we ons hier alsnog.”
Je speelt al sinds 2015 in Eupen. Je hebt het daar blijkbaar wel naar je zin.
“Klopt. Ik tekende er destijds een contract voor twee jaar en in mijn debuutseizoen dwongen we meteen de promotie naar eerste klasse af. Ik ben samen met deze club verder gegroeid en het mooie verhaal blijft ondertussen duren. Ik voel me hier dan ook heel goed.”
Vergde het veel aanpassing om je als West-Vlaming in de Oostkantons te vestigen?
“Neen, eigenlijk niet. Eupen is een club met spelers uit verschillende culturen. Ook jongens die van meer exotische bestemmingen komen, kunnen zich vrij snel aanpassen. Nu Claude Makélélé aan het roer staat, is de voertaal Frans. Voorheen was het voornamelijk Engels, met een mix van Spaanse woorden.”
Bij zowat elke Belg die in Nederland ging spelen – ook bij Jan Vertonghen, Dries Mertens… – is dat Hollands accent wat blijven hangen
In een interview in 2007, toen je vijf jaar in Nederland speelde, zei je vader Hugo in onze krant dat je al volledig een ‘Hollander’ was. Je past je blijkbaar overal wel vlot aan?
(lacht) “In Nederland moet je niet met West-Vlaams afkomen, hé. (zegt het met een West-Vlaams accent) Ik maakte er ook mijn middelbare school af, dus moet je sowieso je taal aanpassen. Maar dat merk je eigenlijk bij zowat elke Belg die in Nederland ging spelen: Jan Vertonghen, Dries Mertens… Ook bij hen is dat Hollands accent wat blijven hangen.”
En hoe zit het met je Duits?
“Ik heb het voordeel dat ik een half jaartje in de tweede Bundesliga bij RW Ahlen gespeeld heb. In Duitsland ben je verplicht om de taal de spreken, want in de kleedkamer is dat de enige voertaal. Duits begrijpen is geen enkel probleem, maar het spreken is toch nog een ander verhaal.”
Voel je je ondertussen al een beetje een ‘Oostkantonner’?
“Eigenlijk wel. Ik speel hier al een tijdje en heb echt wel een band opgebouwd met de club en de regio. Eupen is geen al te grote stad en ik kom er regelmatig in het centrum. Ook met de inwoners heb ik dus wel een band.”
Kan je er nog op straat lopen zonder aangeklampt te worden?
“Dat valt wel mee. In de supermarkt kom ik af en toe wel eens iemand tegen: een sponsor, een fan… Dan is het altijd leuk om met hen eens een praatje te slaan. Maar het is niet zoals bij Club Brugge, waar je dagelijks met fans op de foto moet. Het is hier niet overdreven, gewoon aangenaam…”
Op welke vlakken verschilt Oost-België met West-Vlaanderen?
“In Eupen kan je op straat een gesprek beginnen in het Frans, het Duits en af en toe gooien ze er ook nog wat Vlaams tussen. Dat is eigenlijk het enige grote verschil. Qua mentaliteit zijn de Oostkantonners iets meer verwant met de Vlamingen dan met de Walen.”
Via het voetbal proberen we nog wat extra toeristen richting Oostkantons te lokken
Wat zijn de plaatselijke troeven?
“Zonder twijfel de natuur, de Hoge Venen. Heel veel mensen komen hier op wandelweekend of om te langlaufen. Via het voetbal proberen we nog wat extra toeristen richting Oostkantons te lokken, maar dat ligt nog steeds een beetje moeilijk. Mijn persoonlijke favoriete trekpleister? Het Kehrwegstadion natuurlijk.” (lacht)
Over het sportieve: je speelt in Eupen samen met ervaren mannen als Luis Garcia, die een dot van een carrière uitbouwde in de Primera División. Hoe is het om met zo iemand samen te spelen?
“Dat is een enorme verrijking voor mijn carrière. Maar ook bij mijn andere clubs waren er ervaren spelers waar ik enorm veel van opstak. Zo speelde ik in Waasland-Beveren samen met Bas Sibum, die vooral in Nederland furore maakte. Het is een plezier om met dat soort jongens, die tonnen professionalisme uitstralen, te werken. Bij Luis zie je gewoon de passie voor het voetbal. Prachtig is dat.”
Met Claude Makélélé hebben jullie ook een coach die als speler naam en faam vergaarde bij onder meer Real Madrid, Chelsea en PSG.
“Ik zou hem graag wat meer zien meedoen op de training. (lacht) Als ik zie hoe hij nog altijd kan shotten… Maar meetrainen als coach is niet meer van deze tijd en ik denk dat Makélélé zijn leven niet wil riskeren. (lacht) Of hij het ook als trainer ver kan schoppen? Dit seizoen met Eupen is alvast ons beste jaar ooit. Hij is nog vrij jong (46 jaar, red.) en kan zeker nog stappen zetten. Ik hoop dat we dit seizoen mooi kunnen afsluiten in play-off 2. Daarna zien we wel. Zet de coach na dit seizoen een stap vooruit? Of wil hij met deze club nog een trapje hoger? Dat zijn keuzes die binnenkort gemaakt moeten worden.”
Je vormde dit seizoen centraal achterin al regelmatig een duo met Rocky Bushiri, die jullie huren van KV Oostende. Het klikt wel tussen jullie, hé?
“Absoluut. Al van onze eerste match samen, op Moeskroen, klikte het meteen. We konden ook daar ook meteen winnen (0-1, red.) én de nul houden, dus dat was mooi meegenomen. Afgelopen weekend op Antwerp speelden we met vijf achterin en Bushiri was de rechtse centrale man. Ook in die rol doet hij het goed en dat is mooi om te zien. Hij is er nog maar 19 en kan een mooie carrière uitbouwen.”
Ook met die andere Vlaming in jullie kern, Hendrik Van Crombrugge, is er een klik. Blijkbaar ook op persoonlijk vlak, want jullie gingen bijvoorbeeld samen naar de Gouden Schoen.
“We weten precies wat we van elkaar kunnen verwachten. We spelen al vier jaar samen en als we op afzondering gaan, zijn we ook vaste kamergenoten. Ook buiten het voetbal zien we elkaar inderdaad vaak, een teken dat we elkaar goed aanvoelen.”
Hendrik Van Crombrugge is klaar om de stap naar Club Brugge te zetten. Hopelijk krijgt hij opnieuw die kans
Hendrik stond vorig seizoen een tijdje in de belangstelling van Club Brugge. Heb je daar met hem over gepraat?
“Uiteraard. Hendrik heeft zeker de kwaliteiten om voor Club Brugge te voetballen. Momenteel ligt die positie onder de Brugse lat wat moeilijk. Daardoor komt er extra druk kijken bij een eventuele overstap naar blauw-zwart. Toch denk ik dat hij er klaar voor is om die stap te zetten. Hopelijk krijgt hij die kans opnieuw. Ik gun het hem.”
Zondag komt Club Brugge bij jullie op bezoek. Blijft die match speciaal voor jou?
“Zowel naar de matchen tegen Club als Cercle kijk ik extra uit. Ik heb er natuurlijk nooit in de eerste ploeg gespeeld, maar Club blijft de ploeg waar veel mensen uit mijn familie voor supporteren. Ik zie dan ook regelmatig kennissen in de tribune zitten en dus is zo’n match tegen Club altijd iets om naar uit te kijken. Ook zondag zal een groot deel van mijn familie in de tribune zitten. Met de krokusvakantie zijn ze al sinds woensdag op bezoek in Eupen.”
Jullie konden thuis al stunten tegen Anderlecht en Standard. Wie weet zit dat er tegen Club ook in?
“Ik hoop het. We willen het seizoen goed afsluiten en het de play-off 1-ploegen nog eens extra lastig maken. We hopen zondag alvast onze beste match van het seizoen te spelen en zo onze goede campagne nog eens extra in de verf te zetten. Bovendien kunnen we op die manier nog wat vertrouwen tanken voor play-off 2.”
Ooit terugkeren naar mijn jeugdclub Oedelem? Dat weet je nooit, maar ik probeer zolang mogelijk op het hoogste niveau te voetballen.
Je ligt na dit seizoen nog een jaartje onder contract. Je bent er ondertussen 32. Heb je het gevoel dat je nog lang mee kan?
“Ik voel me alleszins nog goed en ook van blessures heb ik vooralsnog weinig last gehad. Ooit terugkeren naar mijn jeugdclub Oedelem? (lacht) Dat weet je nooit, maar ik probeer zolang mogelijk op het hoogste niveau te voetballen. Als Oedelem straks in eerste klasse voetbalt, zou dat geen probleem zijn, hé. Maar dat zie ik toch niet zo snel gebeuren. (lacht) Na mijn carrière zie ik een rol als trainer wel zitten. Ik ben al bezig met mijn trainerscursus. Naarmate ik ouder word, begint dat wel te kriebelen en wil ik jongens meer en meer sturen. Het zal me ongetwijfeld liggen.”
Zondag 10 maart om 18 uur: KAS Eupen – Club Brugge p>
DOORGEVRAAGD p>
Brugge of Eupen? p>
“Toch nog altijd Brugge.” p>
Voor wat gebruik je ‘thuis’, Oostkamp of Eupen? p>
“Nog steeds Oostkamp.” p>
Wat mis je aan West-Vlaanderen? p>
“De korte afstanden naar de familie. Als ik in Oostkamp ben, sta ik in tien minuten bij mijn ouders en mijn schoonouders, nu is dat ruim twee uur. Het zijn vooral die kleine dingen: op zondagmiddag bijvoorbeeld eens op bezoek gaan bij familie.” p>
“Verder mis ik uiteraard ook de stad Brugge zelf. Op vrije dagen keer ik vrijwel altijd naar mijn gezin in Oostkamp terug. Dan probeer ik ook regelmatig samen met mijn vrouw naar het centrum van Brugge te gaan.” p>
Je hebt natuur- en milieuwetenschappen gestudeerd. Waarom? p>
“Na mijn middelbare studies wilde ik nog niet meteen alles op het voetbal zetten. Ik ben altijd milieubewust geweest en ook wetenschappen interesseren me, dus was die richting een logische keuze. Ik studeerde aan de Open Universiteit via thuisstudie, maar op termijn was dat niet meer combineerbaar met mijn voetbal. Ik heb vijf examens afgelegd en was er ook voor geslaagd, maar uiteindelijk heb ik toch vol voor het voetbal gekozen.” p>
De laatste tijd is er veel te doen over het milieu en het klimaat. Wat is jouw mening over de klimaatbetogingen? p>
“Ik vind dat we op vlak van het klimaat zo snel mogelijk stappen moeten zetten. Wetenschappers hebben al duidelijk aangetoond dat het anders zal moeten als we onze planeet niet verder willen verwoesten. We moeten niet wachten en snel actie ondernemen.” p>
Doe je zelf iets om je impact op het milieu onder controle te houden? p>
“Ik probeer daar zeker rekening mee te houden, vooral naar verbruik toe. Ik ben misschien niet de meest groene kerel, maar vooral op vlak van dagelijkse dingen en het huishouden probeer ik toch zo zuinig mogelijk te leven. Op die manier probeer ik zeker mijn steentje bij te dragen.” p>
Het avontuurlijke zit blijkbaar in de familie. Ook je broer Wannes is een echte wereldburger en koos een aantal jaar geleden voor het buitenland. p>
“Ja, het zit duidelijk in de genen, hé. (lacht) Mijn broer heeft hier destijds alles achtergelaten om een relatie te beginnen met een meisje dat hij in Canada via een voetbaltornooi had leren kennen. Ondertussen is het zijn vrouw geworden en sinds een paar jaar hebben ze zich in België gesetteld.” p>
“In mijn jeugdjaren speelde ik nog samen met mijn broer bij HO Oedelem en Cercle Brugge. Wannes ging later bij onder meer KM Torhout en SV Oostkamp spelen, maar intussen is hij door knieproblemen moeten stoppen. Nu focust hij zich op het fietsen.” (SB) p>
Eerste klasse A
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier