Tijs Mauroo: “Als ik ‘enni’ zeg, dan klink ik niet als een Ieperling”
In februari volgend jaar rondt journalist Tijs Mauroo de kaap van 20 dienstjaren bij de VRT Nieuwsdienst. In die 20 jaar maakte hij honderden reportages, vooral in West-Vlaanderen, waaronder ook heel wat onder de Menenpoort. “Los van de kritiek dat het gebouw misschien te groot is voor een stadje als Ieper, blijft het verhaal erachter immens groot”, vertelt hij.
Tijs Mauroo was eigenlijk in de wieg gelegd om leerkracht te worden. “Ik kom uit een onderwijsfamilie – mijn vader gaf les, mijn zus geeft les – en de sollicitatiebrieven lagen klaar, maar net op dat moment belde de VRT met de vraag of ik deeltijds kon beginnen als programmamedewerker bij Radio 1. Dat was allesbehalve nieuws. Zo maakte ik voor het muziekprogramma Zazou van Mark Lefever een reportagereeks over beroepsziekten bij muzikanten.”
Hoe kwam je bij de nieuwsdienst terecht?
“Na een jaar kwam er een uitbreiding van de nieuwsdienst. Er waren daar examens voor. Ik sneuvelde in de laatste ronde. Toen bleek dat er te weinig geslaagden waren, werden enkele gebuisden, zoals ik, toch opgepikt.”
In 20 jaar maakte je honderden reportages. Welke blijven jou het meest bij?
“Ik volgde ruimtevaart ten tijde van Frank De Winne. Dan heb ik de lancering in Kazachstan kunnen volgen. Daar gaat niet veel aan tippen in mijn carrière. Het was al een heel avontuur om in Bajkonoer te geraken. Ik herinner me dat we op de journalistenbus allemaal een mondmasker moesten aandoen en dat onze temperatuur werd opgenomen. Op dat moment vonden we dat het zotste wat er bestond… De afstand tot het lanceerplatform was heel kort. Ik stond zo dichtbij dat ik de schokgolven tegen mijn buik voelde slaan. Later had ik regelmatig gesprekken met Frank vanuit het ISS. Daar is uiteindelijk een mooi boek uit voortgevloeid.”
Heb je het soms moeilijk om bepaalde reportages te maken?
“Emotionele zaken met kinderen vind ik altijd zeer moeilijk. Kinderen die naar school fietsen en onder een vrachtwagen belanden… Ik heb er ondertussen al enkele moeten doen in mijn loopbaan. Dat is hard, maar toch moet je kunnen je werk doen. Toevallig was ik een van de eersten bij de gasramp in Gellingen. Ik zag daar taferelen waarvan ik achteraf dacht: wat heb ik daar nu eigenlijk gezien? Maar vanaf het moment dat je daar toekomt, ga je in een zakelijke modus: het is 11 uur, binnen een halfuur is de satellietwagen er, ik moet live gaan en heb iemand nodig die een interview geeft… Dat moet ook, want als je ter plaatse emotioneel wordt, is dat ook niet goed. Het kan wel achteraf komen. Als je ’s avonds thuiskomt na een ongeval met kinderen en je eigen kind zit daar, dan denk je: die mensen moeten anders thuiskomen.”
“Ik heb de Menenpoort altijd een beetje buiten proportie gevonden”
In je carrière stond je wellicht ook veel onder de Menenpoort. Hoe kijk je naar dit gebouw?
“Ik vind het een speciaal en mooi gebouw. Ik heb het altijd een beetje buiten proportie gevonden. Anderzijds moet je toch plaats hebben voor al die namen. Los van de kritiek dat het gebouw misschien te groot is voor een stadje als Ieper, blijft het verhaal erachter immens groot. Ik vind het wel belangrijk dat de jonge generatie dat blijft zien. En niet alleen de Britse kant van het verhaal. Daarom maakte ik er de vorige 11 november een punt van om ook op een Duitse militaire begraafplaats te filmen.”
Je komt hier ook lopen.
“Ik was hier eens aan het lopen en ik kwam een Brits koppel tegen dat naar mij zat te kijken met een blik van: wat is die hier aan het doen? Dus verontwaardigd, alsof het oneerbiedig was ten opzichte van de gesneuvelde soldaten om hier te lopen. Niet veel later sprak ik Victoria Wallace, de toenmalige grote baas van de Commonwealth War Graves Commission, daarover aan. Had dat koppel nu een punt of niet? Ze zei dat het voor haar geen enkel probleem was en dat het aantoonde dat dit monument in het dagelijkse leven van de Ieperlingen verweven is. Dat vond ik wel geruststellend.”
Je woont sinds 2008 in Ieper. Voel je je al Ieperling?
“In principe wel, maar dialectologisch val ik door de mand. ‘Enni’ behoort niet tot mijn moedertaal en ik probeer het dan ook niet te imiteren. Als ik ‘enni’ zeg, dan klink ik niet als een Ieperling. Ik ben hier wel content. Ieper is een toffe stad.”
Heb je naast lopen nog andere hobby’s? Op Wikipedia las ik dat je vroeger duivenmelker was?
“In Wevelgem nam de duivenclub het initiatief om jongeren de kans te geven kennis te maken met de sport. Ik was toen 12. Mijn vader heeft dan ons tuinhuis gedeeltelijk omgebouwd tot duivenkot. Ik had op een bepaald moment 25 duiven en ben dat blijven doen tot ik ongeveer 27 was. Het moet toch ergens in mijn genen gezeten hebben via mijn grootvader.”
Welke impact had corona al op jouw leven?
“Dat valt mee. De VRT heeft in recordtempo de camerawagens omgebouwd zodat er plexiglas is tussen ons, dus ik kan redelijk normaal werken. Bij de reporters zijn er quasi geen besmettingen geweest. Het is wel rustiger op de baan. Zondag deed ik de late dienst in Brussel en vertrok om 23.30 uur naar huis. Ik had de Lambermontlaan, E40 en E17 quasi voor mij alleen.”
Privé: Tijs Mauroo werd geboren op 25 november 1976 in Kortrijk. Hij is getrouwd met Katelijne Vanbeselaere. Samen hebben ze een zoon Thieu (10) en hij is pluspapa van Madelon (20) en Gust (19). Het gezin woont in de Brugseweg in Ieper.
Opleiding: De lagere school volgde Tijs in Wevelgem, het middelbaar in het College van Waregem. Daarna studeerde hij Germaanse Talen aan de KUL, hij volgde ook nog een postgraduaat journalistiek aan het VLEKHO in Brussel.
Loopbaan: In 2000 begon Tijs bij de VRT als stagiair bij de talkshow ‘Levende Lijven’ op Radio 1. Sinds 1 februari 2001 is hij journalist bij de VRT Nieuwsdienst, waar hij regioverslagging doet in West- en Oost-Vlaanderen.
Onder de Menenpoort
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier