Op de Mercator met Nadia Kozem, die ervan houdt om mensen te helpen: “Glimlach is de mooiste beloning”
Een hart van goud. Het bekende liedje van Will Tura illustreert perfect de enthousiaste inzet van Nadia Kozem (57) voor haar medemens. Zij is zonder meer een van de meest actieve vrijwilligers in Oostende. Ze zet zich namelijk dagelijks met hart en ziel in voor tal van verenigingen en organisaties die als doel hebben om mensen die het meer dan nodig hebben, bij te staan. “Een glimlach terugkrijgen, vind ik de mooiste beloning van allemaal.”
Nadia mocht in september op audiëntie bij koning Filip, als een van de twaalf ‘alledaagse helden’ die de koning toen in de bloemetjes wou zetten. Ze was voorgedragen door de vzw Federatie voor Mondiale en Democratische Organisaties (FMDO), een sociaal-culturele organisatie die mensen met een migratieachtergrond ondersteunt. “Nadia maakt tijd voor iedereen, ook al heeft ze geen tijd. Ze is een vriendin die paraat staat als je haar nodig hebt”, klonk de motivatie van de organisatie. En daar is geen woord van gelogen.
Je hebt Syrische roots, maar in België geboren, geloof ik.
“Jawel. Mijn vader kwam uit Syrië en mijn moeder was Belgische. Mijn vader studeerde in Frankrijk en kwam naar België, waar hij mijn moeder leerde kennen. Ze zijn in Leuven gaan wonen, waar ook mijn grootouders hebben gewoond. Ik ben daar geboren in 1966, maar toen ik tien jaar oud was, zijn we vertrokken naar Syrië om te gaan wonen in Aleppo, een prachtige stad.”
Geen vanzelfsprekende beslissing. Waarom?
“Papa wou terug naar huis gaan, naar de familie daar. Mijn mama had daar niet de minste problemen mee. Ze heeft zich daar heel goed aangepast. Ze heeft daar heel vlug andere Belgen leren kennen. Voor mij lag dat moeilijker. Ik kon geen enkel woord Arabisch, maar dat is allemaal goed gekomen. Syrië was toen een prachtig land met weinig armoede, minder zelfs dan hier.”
Maar dan brak de oorlog uit. Wat gebeurde er met jullie?
“Verschrikkelijk, het geweld was enorm. Na 38 jaar keerden we noodgedwongen terug naar België. Onze drie kinderen vertrokken eerst. Wij volgden een jaar later. We ontvluchtten eerst per auto de stad en dat ging het te voet tot aan de grens met Turkije. En dan naar Oostende.”
Je bent altijd een heel enthousiaste vrijwilligster geweest, niet?
“Absoluut, dat was al zo in Syrië, waar ik mensen in armoede hielp met onder meer dekens en kledij. En in Oostende is dat niet anders. Het was hier weliswaar in het begin niet gemakkelijk aanpassen. Ik kende niemand. Wij trokken toen een leefloon, en daar had ik het eerlijk gezegd moeilijk mee. Mijn man was zelfstandig in Syrië. Neen, echt niet gemakkelijk, maar op de duur ging dat gelukkig veel beter.”
Maar je hebt toch veel teruggedaan voor de maatschappij. Hoe ben je in Oostende in het vrijwilligerswerk gerold?
“Dat was heel toevallig. Ik hoorde mensen in het Arabisch praten over hoe ze bij de organisatie ‘Bredene met een hart’ zo goed en vriendelijk werden geholpen met allerlei zaken. Ik was nieuwsgierig en bood me daar aan. Er werd mij heel vriendelijk gevraagd wat ik nodig had. Ik antwoordde: niets, maar waar kan ik mee helpen? En zo kon ik iets voor hen betekenen, net als mijn man. Hij heeft hier de taal geleerd en is beginnen werken. We wilden echt voor onszelf zorgen en dat is gelukt.”
En het is niet bepaald bij Bredene met een hart gebleven…
“Niet echt (lacht). Ik heb dan andere organisaties leren kennen, zoals de vzw Federatie voor Mondiale en Democratische Organisaties (FMDO). Ik werk ook bij de stad, waar ik ondersteunend werk doe voor Mens en Maatschappij, en Buurten en Werken, die twee diensten. Ik ben eveneens actief bij De Antenne, de sociale kruidenier, en met mijn vereniging ‘Syrië met Liefde’ organiseer ik onder meer Arabische taallessen en Nederlandstalige gesprekstafels voor nieuwkomers. De mensen weten mij altijd te vinden, en dat vind ik o zo fijn. Een glimlach op iemands gezicht kunnen toveren, maakt mijn dag goed. Dat motiveert me enorm. We zijn toch allemaal mensen, ongeacht ras of kleur. Waarom elkaar dan niet helpen?
Je bent vorig jaar voor het eerst in zoveel jaar teruggekeerd naar Syrië om de familie te bezoeken, en toen maakte je er de zware aardbevingen mee. Hoe verliep dat voor je?
“Dat was vreselijk. Zoveel ellende, opnieuw. Ik was er het hart van in. Veel gebouwen lagen plat, heel erg, en dat na die gruwelijke oorlog. Ik ben onmiddellijk beginnen helpen, door dekens, kledij en eten te verzamelen en uit te delen. Ik keek waar de nood het hoogst was en sprong bij waar ik kon en kreeg daarbij veel hulp van vrienden uit België. Terugkeren naar hier was moeilijk. Ik heb zoveel gehuild.”
Hoe was het trouwens bij de koning?
“Heel indrukwekkend, absoluut. Ik werd samen met 14 andere mensen geselecteerd om hem te ontmoeten, maar we hadden allemaal op 21 juli al het koninklijke defilé morgen bijwonen, en dat was al heel bijzonder. Er was ons op het hart gedrukt dat we onze hand niet mochten uitsteken, maar dat deed de koning zelf. Hij was heel vriendelijk en ik heb met hem gepraat over de aardbevingen. Een heel mooie erkenning, zo heb ik het zeker ervaren. Het geeft extra motivatie om verder te blijven werken, want ik kan echt niet blijven zitten.”
Bio
Privé
Geboren in Leuven op 24 april 1966. Getrouwd met Abdul-Rahmen. Mama van een zoon en twee dochters.
Opleiding en loopbaan
Lager onderwijs in Leuven (tot leeftijd van tien jaar), verder lager en middelbaar onderwijs in Aleppo
Vrije tijd
Fietsen en zwemmen, koken, mensen ontmoeten en samenbrengen.
Het beste van KW
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier