Emile Eeckhout kan rekenen op de steun van vader Niko

Emile Eeckhout. (Foto Coghe) © Foto Coghe
Redactie KW

Emile Eeckhout is niet à la Axel Merckx noch à la Thibau Nys de zoon van God – dat zou hij trouwens niet willen zijn – maar wel van de wijze Niko, die als coureur het maximum uit zijn mogelijkheden haalde.

Papa Niko en mama Isabelle zullen de eersten zijn om het relatieve van een jeugdig wieleravontuur te benadrukken tijdens de tienerjaren van zoonlief. Maar als het erin zit bij Emile, en zo lijkt het, dan zal hij op maximale steun van zijn familie kunnen rekenen na het vruchtbaar afsluiten van zijn studies.

“Ik ben een totaal ander type dan mijn vader”

“Volgens mijn mama studeer ik veel te weinig”, zucht Emile. Hij zit in het vijfde jaar Handel. “Ik kan het inderdaad nog niet opbrengen om urenlang achter mijn cursussen te verwijlen. Dat zal op termijn nochtans moeten, anders zwaait er wat. Er wacht mij dus een moeilijke spreidstand.” Emile moet evenwel beseffen dat de meeste talentvolle tieners, die naderhand slagen als prof, eerst op studievlak een duurzame kwalificatie verwierven die hen rust en sereniteit gaf om als twintiger de koersdraad fanatiek op te nemen.

Als coureur lijkt Emile in weinig op papa Niko. “Ik ben een totaal ander type”, verduidelijkt Emile. “Fijnbesnaarder en daardoor minder explosief, maar ik kan beter overweg met hoogtemeters. Dat reflecteert zich in mijn uitslagen, die ik in eigen land vooral onder de taalgrens behaal: als nieuweling op de valreep mijn enige zege in Froidmont.”

Hoogtemeters

Die trend zet zich dit jaar door met een tiende plaats in Wodecq en een zesde in Harzé. “Koersen met minstens 1.000 verspreide hoogtemeters zijn mijn favoriete terrein, zelfs in het buitenland. Zo gedijde ik als tweedejaarsnieuweling in de Deense Tour de Himmelfart en de Spaanse Vuelta Al Bajo Aragon. Eén en ander had ik dit seizoen graag meteen bevestigd in La Bernaudeau, maar ik werd er overmand door tegenslag.”

“Een keer winnen zou de kroon op het werk zijn, al zal dat als eerstejaars niet vanzelfsprekend zijn”

“Met mijn ambitieus team Acrog-Pauwels Sauzen zal ik, zeker tijdens de zomervakantie, een programma à la carte kunnen afwerken. Bij mijn Kempense uitvalsbasis ben ik uitstekend terechtgekomen. Het klikt met de ploegleiders Dirk Faes en Patrick Laenen, met wie ik al mocht optrekken. Kroon op het werk zou één enkele zege zijn, al zal dat als eerstejaarsjunior niet vanzelfsprekend zijn.” (Bernard Callens)