Nog (helemaal) geen sleet op Koen Demuynck

© Foto Coghe
Redactie KW

De intussen 38-jarige Koen Demuynck is opnieuw aan een stevig seizoen bij de eliterenners zonder contract bezig. De naar Oedelem uitgeweken Bruggeling met een stevig verleden als powerliften, atletiek en duatlon liet dit jaar maar liefst vijf zeges en een resem ereplaatsen optekenen. “Ik had een paar jaar last van mijn knie, maar dankzij een inspuiting met gel is het nu veel beter.”

Ook afgelopen weekend in Izegem en Klein-Sinaai-Stekene etaleerde Koen Demuynck zijn goede vorm. Op vrijdag raakte hij in Izegem weg met een kopgroep van zeven renners. “We reden redelijk rap weg en er waren drie ploegmaats mee. Jens Vandenbogaerde raakte vervolgens voorop met Jo Maes, maar kon het deze keer niet afmaken. Zelf had ik niet de benen om te winnen. Zo’n criterium met veel draaien en keren is mijn ding niet.”

Zolang ik tijd heb om te trainen in de winter, doe ik ermee door. Ik kan me ook niet voorstellen dat ik dit niet meer graag zou doen

Na die vierde stek eindigde de renner van Decock-Van Eyck-Devos-Capoen op zondag nog een plaatsje dichter. “Ook toen vertrokken we al met vijf man na 15 kilometer. Ik wist wanneer ik het wilde proberen, maar net daarvoor ging Kevin Neirynck. Toen we hem terug pakten, zaten we al in de aanloop naar de sprint die natuurlijk gewonnen werd door Steven Caethoven. Eigenlijk had ik trouwens al de hele koers het gevoel dat Caethoven en Neirynck een beetje samenwerkten.”

Kraakbeen

Het sterke seizoen van Demuynck komt niet zomaar uit de lucht gevallen. Blijkbaar vond de ervaren eliterenner eindelijk een oplossing voor een aanslepend knieprobleem. “Ik ondervond al een paar jaar last van die knie, waarin kraakbeen weg was. Vooral in de sprint en bij lange trainingen was het een probleem. In plaats van een operatie is er uiteindelijk gel in die knie gespoten. Daardoor kon ik vorige winter veel trainen. Waarschijnlijk kreeg ik dat probleem door heel mijn leven veel te sporten. Ik deed onder andere powerlifting, atletiek en duatlon, zoals de Hel van Kasterlee (een lange winterse duatlon red.).”

Met zijn opgelapte knie rijgt Munk de mooie prestaties aan elkaar. “Alle overwinningen waren mooi, maar de eerste was misschien wel de speciaalste. In mijn derde koers in Haringe al, zo vroeg had ik het niet verwacht. Ik kon ook alleen aankomen na een zware koers met veel wind. Dan start je direct met een goed gevoel aan het seizoen. Qua benen was mijn tweede plaats in de interclub in Laarne dan weer mijn beste dag van het jaar.”

Toekomst

De komende weken probeert de Oedelemnaar zijn goede conditie nog een paar keer te verzilveren. Zijn zegerecord – zeven overwinningen in 2015 – komt zelfs aardig in zicht. “Daar ben ik nochtans niet echt mee bezig. Maar ik wil er graag nog eentje winnen natuurlijk. Ik zit een beetje met een snotvalling, maar zaterdag start ik normaal gezien in Eernegem en zondag in de interclub in Ophasselt. Voor de rest volgen tot en met 12 oktober in Rekkem allemaal kermiskoersen.”

In februari zou ik de Ronde van de Sahel rijden, in Noord-Afrika. Het is er vlak en veel wind, echt iets voor mij dus

In een niet zo ver verleden beperkte Koen Demuynck zich niet tot de kerktoren, maar trok hij de wijde wereld in. Over zijn avonturen in pakweg Madagascar en Burkina Faso zouden we boeken kunnen schrijven. “Dat is nu niet aan de orde, want met een gezin ligt dat toch moeilijker. Misschien zou ik in februari wel de Ronde van de Sahel rijden.” De Tour du Sahel wordt georganiseerd in het Noord-Afrikaanse Mauritanië, bij sportliefhebbers wellicht vooral bekend van de oude Dakar-rally. “Het duurt maar een week, dat valt dus beter in te passen. En het is er vlak en veel wind, echt iets voor mij dus.” (lacht)

Ook volgend jaar

Het moge duidelijk zijn, ondanks zijn 38 lentes denkt de renner van Decock-Van Eyck-Devos-Capoen nog niet aan stoppen. “Ik blijf volgend seizoen ook bij de ploeg”, geeft Munk aan. “Eigenlijk bekijk ik het gewoon jaar per jaar. Zolang ik tijd heb om te trainen in de winter, doe ik ermee door. Ik kan me ook niet voorstellen dat ik het niet meer graag zou doen. En ik geef toe: goede prestaties motiveren natuurlijk nog een beetje extra.” (Adriaan Clynckemaillie)