Liliane Leenknegt kijkt uit naar de eerste kermiskoersen

© ZENON BEKAERT
Redactie KW

Met Floortje Mackaij kende de eerste Omloop van de Westhoek-Memorial Stive Vermaut voor dames een heel mooie winnares. Wie eveneens aan de start stond in Nieuwpoort, was de 39-jarige Liliane Leenknegt. De ervaren renster uit Passendale haalde dan wel de eindstreep niet, ze kon toch met een goed gevoel terugblikken op haar wedstrijd.

“Ik ben best wel tevreden”, opent Liliane Leenknegt. “Voor zo’n UCI-koersen mag ik ook geen al te grote ambities koesteren, want eigenlijk krijgen we daar te maken met een peloton op twee snelheden. Enerzijds heb je de profs, die in de winter op stage kunnen en zich in optimale omstandigheden hebben voorbereid. Anderzijds heb je de dames zoals ik, voor wie koersen een hobby is en dit moeten combineren met een job en/of een gezin. Nu, beter zo dan geen wedstrijd. En ik heb toch de helft van de koers kunnen meerijden. Bovendien ben ik op die manier nog mooi droog gebleven, want het begon pas goed te regenen op het moment dat ik de wedstrijd moest verlaten”, lacht de Passendaalse.

“De eerste kermiskoersen zijn voor mij de echte start van mijn wielerseizoen”

En zo komt het dat de 39-jarige Leenknegt na haar eerste drie wedstrijden van het seizoen nog steeds geen mooie uitslag kon laten optekenen. Al is dat met de Omloop van het Hageland, Le Samyn des Dames en de Omloop van de Westhoek achter de kiezen geen schande. Zeker gezien de weersomstandigheden van de afgelopen weken. “Die koersen zijn wel leuk om te rijden, maar pas in de kermiskoersen zal ik een beter zicht krijgen op wat ik waard ben. En die komen er dit weekend voor het eerst aan. Zaterdag rijd ik in Oostduinkerke en zondag neem ik er misschien Ooike nog bij. Voor mij wordt dat zo’n beetje de echte start van mijn wielerseizoen.”

Meer aandacht

En dat zal ondertussen al het 22ste seizoen worden voor de renster van het Isorex-NoAqua-Ladies Cycling Team. Sinds ze op haar 17de begon te koersen, heeft de wielersport een hele evolutie afgelegd en zeker voor de dames is er de laatste jaren veel veranderd. “In het begin mochten we al blij zijn dat er een dameskoers was”, vertelt Liliane Leenknegt. “En vaak moest je dan nog het halve land doorkruisen. Dan is het nu inderdaad een pak beter. We kunnen bijna wekelijks koersen en dat zonder eerst twee uur in de wagen te moeten zitten. Én we krijgen veel meer aandacht in de media. Enkele koersen worden live op tv uitgezonden en het is ook leuk als de vrouwen op dezelfde dag als de heren kunnen rijden. Dat zorgt toch voor iets meer publiek. En natuurlijk zorgen ook de internationale prestaties van een Jolien D’hoore en Lotte Kopecky voor extra waardering.”

“Waarom ik nog koers? Omdat ik het nog steeds graag doe”

Maar dat is natuurlijk niet de hoofdreden waarom de renster uit Passendale nog steeds bijna dagelijks op de fiets kruipt. “Dat is gewoon omdat ik het nog steeds heel graag doe”, klinkt Leenknegt overtuigend. “Moet ook. Anders kun je die opofferingen niet blijven maken. Ik werk in de bank- en financiënsector en werk ‘s ochtends en ‘s avonds. Trainen doe ik tussendoor, maar die combinatie bevalt me wel.”

Nog niet stoppen

“Ik heb ook al veel mooie momenten beleefd dankzij het wielrennen. Ik vond het altijd fijn om rittenkoersen te mogen afwerken en eens een paar dagen of een weekje door te brengen met mijn ploeggenotes. Koersen in eigen streek, zoals in Boezinge, heb ik ook altijd met veel plezier gedaan. En die ervaringen kan ik nu doorgeven aan de jongere meisjes. Ik heb ondertussen al zo’n beetje overal gereden hé. En eerlijk, aan stoppen denk ik nog niet. We zullen wel zien hoelang ik nog kan doorgaan”, besluit Liliane Leenknegt met een jeugdig enthousiasme. (BVS)