Jacky, de oudste ref van het land, wordt 90: “Stoppen!? ‘Arbiteren’ is mijn lang leven!”

Jacky heeft één gouden regel, respect: “Ik heb eerbied voor wie er voor mij staat. Als je dat doet, word je ook zo behandeld. In mijn hele loopbaan kreeg ik nooit met fysiek geweld of bedreigingen te maken.” © Kurt Desplenter
Philippe Verhaest

Liefst 375 kandidaat-scheidsrechters zijn tussen september en december vorig jaar aan hun opleiding gestart, maar het arbitersgild telt enkele nestors waar we allen maar onze hoed voor kunnen afdoen. Jacques ‘Jacky’ Wynsberghe mag zich de absolute ouderdomsdeken noemen, want zondag mag de man 90 kaarsjes uitblazen. Aan stoppen denkt hij evenwel niet. “Ik fluit nog één wedstrijd per weekend. Zolang het lukt, blijf ik actief.”

Hoeveel wedstrijden Jacques Wynsberghe, door iedereen liefkozend Jacky genoemd, al in goeie banen heeft geleid, kan de Tieltenaar ook zelf niet zeggen. “Het moeten er zeker 1.500 geweest zijn”, mijmert hij. “In 55 jaar tijd heb ik hoop en al vijf rechtstreekse rode kaarten getrokken. Daar ben ik wel preus op.”

Nochtans leek Jacky in de wieg gelegd om wielrenner te worden. “Mijn goeie vriend André Willemyns begon te koersen en ik volgde hem overal. Ik reed met mijn fietske tot in Oudenaarde om hem toe te juichen, maar zelf coureur worden, dat mocht niet van mijn moeder. Te gevaarlijk, kreeg ik te horen.”

Jacky koos dan maar voor zijn andere grote liefde: voetbal. “Al ben ik wel op iets oudere leeftijd nog in het zadel gekropen. Toen ik lid was van de brandweer in Tielt, ben ik zelfs nog Belgisch kampioen geworden. En tot op vandaag fiets ik nog als wielertoerist. Tijdens de zomermaanden, als het mooi weer is, maak ik ritjes van zo’n 60 kilometer, in de winter vind je me op de rollen. Maar uiteindelijk heeft voetbal toch de bovenhand genomen in mijn leven.”

Ik zou graag eens Frank De Bleeckere ontmoeten, hij mijn grote voorbeeld

Jacky startte als speler bij VC Tielt, waar hij tot bij de kadetten op het veld te vinden was, maar uiteindelijk nam de vrijgezel het fluitje ter hand. “In 1967 heb ik mijn eerste wedstrijd geschuffeld”, herinnert hij zich. “In de bedrijfsvoetbalcompetitie in regio Tielt. Ze hadden een scheidsrechter te kort en ik kreeg de vraag om in te springen. Sindsdien ben ik er nooit meer mee gestopt.”

Mondige spelers

Een opleiding heeft Jacky niet gekregen. “Dat bestond toen gewoon niet, hé. Ik ben autodidact, heb alles al doende geleerd. En ik heb veel gespiekt bij andere arbiters.”

Jacky Wynsberghe, hier met de teams van FC De Ginste en Pièce Unique achter hem, mag zondag negentig kaarsjes uitblazen.
Jacky Wynsberghe, hier met de teams van FC De Ginste en Pièce Unique achter hem, mag zondag negentig kaarsjes uitblazen. © Kurt Desplenter

Na een carrière van 55 jaar als de man in het zwart, is Jacky nog altijd even verliefd op het spelletje. “Ik vind het, samen met koers, de mooiste sport ter wereld”, glimlacht hij. “Al is er toch veel veranderd. In mijn beginjaren was de arbiter de baas. Mijn beslissingen werden nooit in twijfel getrokken, discussie op het veld was er niet. Je kan het wat vergelijken met de pastoor in een dorp. Als scheidsrechter had je veel aanzien. Nu liggen de kaarten toch wat anders. Vooral jongere spelers zijn erg mondig geworden. Terwijl een arbiter van doorslaggevend belang is om een wedstrijd te kunnen laten plaatsvinden. Je was toen ook een bekende kop, want destijds kwam er zelfs naar het bedrijfsvoetbal een pak volk kijken.”

Cataract

In al die jaren bleef Jacky op het bedrijfs- en cafévoetbalniveau actief. “Ik ben al decennia aangesloten bij de Cup Regio Mid-West en werk mijn matchen in de regio rond Roeselare, Izegem en Tielt af. Maar in het verleden was ik ook nog in Deinze en Kortrijk te vinden, want hier begonnen ze me op den duur te goed te kennen. Als ik dan een fout floot, kwamen ze op me afgestapt met de woorden allez Jacky, kunnen we dat niet zo laten?

Ondanks zijn hoge leeftijd voelt Jacky zich nog kiplekker op het voetbalveld. “Weet je wat ook veranderd is? De fitheid van de spelers. Vroeger kreeg ik altijd 22 gezonde kerels in topconditie voor mij, nu zitten er altijd wel een paar tussen met slaperige ogen bij wie je de alcohol nog goed ruikt. Geen cadeau om naast te staan”, schatert hij.

© Kurt Desplenter

“Ik kan trouwens nog goed mee met die jongere gasten. Meer nog: ik loop sommige spelers er gewoon áf. Dat is trouwens een basisvoorwaarde voor mij. De dag dat ik me moet beperken tot de middencirkel en zeven meter errond, stop ik ermee. Ik loop nog van bacaree naar bacaree, wil zien waar de actie gebeurt. Als de spelers tackelen, sta ik vaak gewoon naast hen.”

Gezocht: 700 refs

De Koninklijke Belgische Voetbalbond, Voetbal Vlaanderen en de Franstalige tegenhanger ACFF willen 700 nieuwe scheidsrechters inschakelen. De grootschalige rekruteringscampagne ikwordscheidsrechter.be lijkt alvast aan te slaan, want tussen september en december 2021 zijn liefst 375 kandidaat-scheidsrechters met een opleiding gestart. Zo is al meer dan de helft van het beoogde resultaat behaald.

Uit de eerste resultaten blijkt dat het gros van de arbiters in spe tussen de 15 en 20 jaar oud is, terwijl zes procent vrouw is. Een vijfde van de kandidaten fluit vandaag al hun eerste wedstrijden. In West-Vlaanderen, Antwerpen, Brussel, Waals-Brabant en Henegouwen stromen er opvallend meer nieuwe scheidsrechters in dan in de andere provincies.

Inschrijven kan nog tot eind februari op ikwordscheidsrechter.be.

Ondanks zijn hoge leeftijd zit de gezondheid nog goed, klinkt het. “Op mijn 71ste onderging ik een hartoperatie, maar sindsdien ondervind ik geen hinder. Eind deze maand moet ik wel onder het mes om cataract (vertroebeling van de ooglens die het scherp zien vermindert, red.) te laten behandelen, maar daarna wil ik zo snel mogelijk weer op het veld staan, tussen mijn voetballers. Arbiteren is mijn lang leven. Zet me hier thuis in de zetel en ’t is voorbij. Daar ben ik van overtuigd.”

Naar de ‘flikken’

Eén gouden regel hanteert Jacky al zijn hele carrière: respect. “Ik heb eerbied voor wie er voor mij staat. Als je dat doet, word je ook zo behandeld. In mijn hele loopbaan kreeg ik nooit met fysiek geweld of bedreigingen te maken. Er vielen wel eens zware woorden, maar ik maak er een punt van om mijn beslissingen ook uit te leggen. Met diplomatie kom je een heel eind. Daar ben ik wel trots op, ja.”

Een foto uit de oude doos. Jacques Wynsberghe: “In 1967 floot ik mijn eerste wedstrijd.”
Een foto uit de oude doos. Jacques Wynsberghe: “In 1967 floot ik mijn eerste wedstrijd.” © GF

“Al ben ik het wel één keer bij de flikken moeten gaan uitleggen. In Oostrozebeke liep het jaren geleden na een wedstrijd uit de hand. Ik zat al in de kleedkamer, maar werd plots teruggeroepen. Twee spelers waren in de clinch gegaan, met een bloedneus tot gevolg. De politie is toen tussenbeide moeten komen en ik mocht mijn versie van de feiten gaan geven. Ik heb er gelukkig nooit meer iets over vernomen.”

Carlsberg na de match

Wie 90 wordt, mag al eens wat gas terugnemen, maar daar denkt Jacky anders over. “Ik doe het gewoon dood- en doodgraag. Als arbiter kom ik onder de mensen, maak ik plezier en zorg ik er mee voor dat mensen die evenveel van voetbal houden als ik, hun hobby kunnen uitoefenen. Het gebeurt vaak dat ik na een wedstrijd nog mee afzak naar het clublokaal van de thuisploeg en dan trakteren ze me op een goeie Carlsberg. Mijn ritueel om een match door te spoelen. Weet je dat veel spelers me vaak 15 jaar jonger schatten? Dáár doe ik het voor, zie”, knipoogt hij. “Het spelletje houdt me jong, zowel lichamelijk als mentaal.”

Dat hij zichzelf de oudste scheidsrechter van Vlaanderen mag noemen, vindt Jacky een mooie prestatie. “Ik zie mezelf het fluitje ook nog niet meteen aan de haak hangen. Ik ben nu de oudste en wil dat nog even blijven. Het enige waar ik nog van droom, is om eens met Frank De Bleeckere van gedachten te kunnen wisselen. Die man is mijn grote voorbeeld. Een betere arbiter zullen we in ons land niet snel meer hebben.”

© Kurt Desplenter