Terwijl steeds meer bedrijven naar Noord-Frankrijk trekken, blijven nog altijd veel West-Vlaamse jongeren na hun studies plakken in Gent en Leuven. De braindrain is niet nieuw, maar blijft een probleem voor onze arbeidsmarkt. Al is er ook hoopgevend nieuws…
Het is een van de tien punten in de West-Vlaamse eisenbundel die deze krant opstelde voor onze toekomstige volksvertegenwoordigers: stop de braindrain, lok de knappe koppen. De voorbije zeven weken mochten de lijsttrekkers van de grote partijen in de verkiezingsreeks Cobbaert & Casteleyn zelf twee eisen uit onze bundel kiezen. Drie partijen schoven de braindrain naar voor: N-VA, Open VLD en Groen.
Maar wat is dat nu eigenlijk, die braindrain of kennisvlucht? Op 18-jarige leeftijd kiezen heel wat jongeren ervoor om buiten de provincie te gaan studeren aan een hogeschool of universiteit. Ze gaan er op kot en wonen dus minstens vier à vijf jaar in universiteitssteden als Gent of Leuven. Veel van die jongeren blijven na hun studies in hun studentenstad of in de omliggende regio plakken. Ze kopen er een huis, vinden er een job, bouwen er hun leven op en keren dus niet terug naar hier.
Uit de meest recente cijfers, die Vlaams parlementslid Brecht Warnez (CD&V) uit Wingene opvroeg bij Vlaams minister van Onderwijs Ben Weyts (N-VA), blijkt dat 56 procent van de West-Vlaamse studenten momenteel buiten de eigen provincie studeert. Het gaat om meer dan 25.000 jonge West-Vlamingen, waarvan er velen na hun studies niet terugkeren.
Hogere verloning
Uit een onderzoek van hogeschool Howest bij 500 West-Vlaamse studenten over hoe zij hun toekomst in West-Vlaanderen zien, blijkt dat slechts 50 procent van hen zegt dat ze met zekerheid in onze provincie willen werken. Slechts 36 procent geeft aan met zekerheid hier te willen blijven wonen. Bij mannelijke studenten blijkt dat een hogere verloning de voornaamste reden is om buiten de provincie te gaan werken, bij de vrouwen zijn dat de doorgroeimogelijkheden en de carrièreplanning.
Enkele cijfers
– Slechts 36 procent van de West-Vlaamse studenten zegt met zekerheid hier te willen blijven wonen.
– Bijna 59 procent van onze jongeren zet de stap naar het hoger onderwijs. Dat zijn er nergens meer.
– Als een opleiding hier wordt aangeboden, volgt 76 procent van onze studenten die in eigen provincie.
Volgens het Vlaams Agentschap voor Innoveren en Ondernemen heeft de braindrain een negatieve impact op de West-Vlaamse arbeidsmarkt, die snakt naar bekwame profielen. Zo geraken openstaande vacatures niet ingevuld, wat de competitiviteit van onze ondernemingen ondergraaft. De arbeidsmarktkrapte als gevolg van de braindrain is in West-Vlaanderen systematisch groter dan elders in Vlaanderen, blijkt uit cijfers van de VDAB. De braindrain zorgt ook voor een afname van de actieve bevolking. Aan een gebrek aan talent kan het alvast niet liggen: het aantal jongeren dat naar het hoger onderwijs trekt, ligt nergens zo hoog als bij ons.
Het aanpakken van de braindrain staat niet alleen in onze eisenbundel: het Vlaams netwerk van ondernemingen (Voka) vraagt in haar verkiezingsmemorandum om unieke arbeidsmarktgerichte opleidingen aan te bieden in onze provincie. Men denkt dan aan masteropleidingen die aansluiten bij de noden van de West-Vlaamse arbeidsmarkt. Voka wil ook dat studenten van bij de start van hun academische carrière via onder meer stages of bedrijfsbezoeken kennismaken met de bedrijfswereld. Nog volgens Voka kan de uitbreiding van het Engels in het hoger onderwijs helpen om West-Vlaanderen internationaal als sterke kennisregio te positioneren.
Hoop
Dat er een breed aanbod in het hoger onderwijs nodig is, stelt ook Brecht Warnez. “Dit biedt voordelen voor de studenten zelf, maar het versterkt ook West-Vlaanderen. Als een bepaalde opleiding hier wordt aangeboden, zien we dat 76 procent van de West-Vlaamse studenten ervoor kiest om die in de eigen provincie te volgen. Dat het aantal studenten aan onze hogescholen en universiteitscampussen de voorbije vijf jaar met 3.000 gestegen is tot 27.000, is alvast hoopgevend. Door het aanbieden van unieke opleidingen, zoals gaming, kan West-Vlaanderen zich onderscheiden én studenten uit andere provincies aantrekken. De afstand tussen Gent en Kortrijk is even groot als die tussen Kortrijk en Gent.”
Nora en Lowie trokken naar Gent: “Ik sluit niet uit dat we terugkeren”
Nora Cnockaert (26) uit Lichtervelde is een van die vele West-Vlaamse studenten die na hun studies in Gent blijven hangen. “Ik studeerde sociologie en volgde daarna nog een aanvullende masteropleiding, samen goed voor zes jaar Gent”, vertelt Nora. “Toen ik solliciteerde, heb ik ook wel in West-Vlaanderen gezocht, maar ik was ervan overtuigd dat ik eerder in een stedelijke context een passende job zou vinden. Ik kon aan de slag als educatief medewerker bij de jeugdwerkorganisatie vzw Bizon in Gent. De eerste maanden van die job pendelde ik tussen de woning van mijn ouders en mijn werkplek, maar ik ben al snel aan co-housing gaan doen. Sinds twee maanden woon ik samen met mijn vriend Lowie Wydooghe (25) uit Gits. Hij werkt bij een marketingbedrijf in Waregem. Ik sluit niet uit dat we ooit toch weer in West-Vlaanderen komen wonen. We hebben allebei een sterke band met de gemeente waar we vandaan komen. Bovendien merk ik dat sommige vrienden ook de omgekeerde beweging maken en Gent opnieuw inruilen voor West-Vlaanderen.”
Het beste van KW
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier
