Zone 30 in Oostende: houden zoals het is of aanpassen? Lijsttrekkers over veelbesproken discussiepunt

Velen vonden de zone 30 een goede zaak, maar het inzetten van flitsradars vergrootte bij anderen het ongenoegen. © EFO
Edwin Fontaine
Edwin Fontaine Medewerker KW

Met de invoering van ‘zone 30’ over het hele grondgebied (met uitzondering van invalswegen) realiseerde de coalitie in september 2022 een belangrijk punt rond verkeersveiligheid. Velen vonden het een goede zaak, maar kritiek was nooit ver weg omdat 30 km per uur op bepaalde plaatsen als overbodig werd ervaren. Het inzetten van flitsradars vergrootte de ergernis bij sommigen, waardoor nu zowat iedere Oostendenaar een mening heeft over de ‘zone 30’. Moet de stad ze behouden of aanpassen ? We vroegen het aan de diverse lijsttrekkers.

Trots op Oostende

Trots op Oostende wil de zone 30 behouden. Burgemeester Bart Tommelein: “De afgelopen jaren kozen we resoluut voor verkeersveiligheid. Daarom hebben we de zone 30 uitgebreid in de woonwijken. Wij willen meer dan enkel veilige schoolomgevingen. Dan hebben we het over de weg van en naar school, het kinderdagverblijf, de sportlocaties, de speelpleinen… Een lagere snelheid betekent minder zware letsels bij een ongeval, want je staat sneller stil en de impact is kleiner. Na bijna twee jaar merken we dat er trager wordt gereden en dat het aantal ongevallen lijkt te dalen. Er is over een aantal straten discussie: de Taboralaan, de Mariakerkelaan, de Stuiverstraat en de Zilverlaan. Ik ga daar langs en merk dat inwoners vooral controles vragen. De meesten zijn blij dat er trager wordt gereden. Trots op Oostende kiest voor verkeersveiligheid, we zullen de klok dus niet terugdraaien.”

“Mensen zijn blij dat er trager wordt gereden” – Bart Tommelein

Vooruit

Vooruit wil op bepaalde plaatsen de zone 30 aanpassen. John Crombez: “Zone 30 rond scholen en in woonkernen moet absoluut blijven. De zone 30 nu echter heeft niet overal met verkeersveiligheid te maken. Er werden geen wegen aangepast, maar er kwamen wel flitscamera’s en boetes. Het straatbeeld moet de verkeersveiligheid en de gepaste snelheid afdwingen, niet de flitscamera. Kijk naar de Zilverlaan en Mariakerkelaan. De verkeersveiligheid bevorder je met weloverwogen weginrichting en –infrastructuur zoals fiets- en voetpaden maximaal scheiden van de baan, digitale verkeersborden om de snelheid te verlagen overdag… Zo kan je het verkeer veiliger organiseren. De Stuiverstraat, Steensedijk en andere stuk Mariakerkelaan, Voorhavenlaan… zijn enkele straten waar deze ingrepen nodig zijn. En ja, op dergelijke goed ingerichte plaatsen mag de zone 30 aangepast worden.”

N-VA

Coalitiepartner N-VA wil de zone 30 aanpassen. Charlotte Verkeyn: “Wij staan voor een herevaluatie van de zone 30. Wij zouden graag in de toekomst zien dat er eerst de nadruk gelegd wordt op de omgevingsaanleg. Als deze al veilig is ingericht, lijkt het ons overbodig om automobilisten nodeloos te frustreren door een dermate snelheidsbeperking via een zone 30 op te leggen zoals vandaag gebeurt. We willen inzetten op een leesbaar openbaar domein, schoolroutekaarten, een echt fietsnetwerk en het veiliger maken van de oversteekplaatsen. Als we daarnaast werken aan een verkeersveiligheidscultuur binnen de stad Oostende op lokaal vlak, zal dit ook al een verschil maken in het zo veel als mogelijk overbodig maken boetes.”

Vlaams Belang

Ook Vlaams Belang pleit voor een aanpassing. Tom Lamont: “Vlaams Belang stond vanaf dag één negatief tegenover een algemene invoering van een zone 30 en pleit voor een aanpassing. Dit wil natuurlijk niet zeggen dat verkeersveiligheid geen absolute prioriteit is voor ons. Wij pleiten voor een aangepast veiligheidsbeleid op maat van de stad, in plaats van algemene richtlijnen. Zo zijn we voorstander van een zone 30 op kritieke plaatsen zoals straten in de buurt van scholen of jongerenorganisaties, of straten die op vandaag niet voorzien zijn van degelijke fietsinfrastructuur. In andere straten vinden we de meerwaarde eerder beperkt en geloven we dat dit vooral tot frustraties bij de inwoners leidt. Verder pleiten we voor opfrissingscursussen verkeersveiligheid, opleiding ‘elektrisch fietsen’ en betere en duidelijke signalisatie op kritieke punten. Voorrangsregels moeten telkens zeer duidelijk met verkeersborden en markering op het wegdek worden aangegeven.”

PVDA

PVDA wil de maatregel aan ziekenhuizen, scholen en kinderopvang. Dirk Vanmassenhove: “De zone 30 is op zich niet slecht, maar deze overal toepassen is niet logisch. Het is goed dat die er is aan scholen, ziekenhuizen en kinderopvang. Op plaatsen waar er bijna geen trafiek is, is de maatregel ‘er over’. De controles moeten realistisch zijn en mogen niet lijden tot pestcontroles. En bepaalde locaties hebben nood aan controle zoals bijvoorbeeld de Zandvoordestraat. Die gebruik ik vaak om naar mijn werk te gaan en die is onveilig voor fietsers.”

De O-Mens

Bij De O-Mens pleit men voor behoud en transparantie over de inkomsten van, boetes. Yves Miroir: “We vinden het concept van zone 30 positief voor de veiligheid. Al van in de vorige legislatuur waren er al veel straten met een snelheidslimiet van 30 km/u. Dit werd verder uitgebreid. Echter, de zichtbaarheid van deze zones moet beter. De huidige inzet op zichtbaarheid en bewustwording is onvoldoende. Voor een beslissing omtrent grote veranderingen moet het stadsbestuur meer de inwoners raadplegen en samen met hen een draagvlak creëren. Er moet open en transparant gecommuniceerd worden over de inkomsten van boetes, die uitsluitend gebruikt moeten worden voor verkeersveiligheid en mobiliteitsingrepen. Zone 30 moet behouden blijven, maar er moet onderzocht worden of dynamische borden in bepaalde zones kunnen worden toegepast, waarbij de snelheid afhankelijk van de verkeerssituatie kan variëren tussen 30 en 50 km/u.”