Iepers ereburgemeester Jan Durnez is met pensioen, maar niet op rust: “Ik leef nu wel gezonder, ook dankzij mijn vrouw”
Ereburgemeester Jan Durnez mag dan wel met politiek pensioen zijn, hij heeft het nog altijd behoorlijk druk. De Menenpoort loopt als een rode draad door zijn leven, van scherminkelmuzikant in het college tot de Europese top in 2014. “Ik heb zelfs nog zes jaar in de schaduw van de Menenpoort gewoond.”
Ieperlingen kennen Jan Durnez (67) als de vorige burgemeester, maar zijn politieke carrière speelde zich vooral in Brugge (als gedeputeerde) en Brussel (als kabinetsadviseur, Vlaams Parlementslid en senator) af. Sinds mei 2019 is hij politiek gepensioneerd, maar dat betekent niet dat hij volledig met pensioen is. Hij is nog steeds voorzitter van Howest en EGTS West-Vlaanderen-Flandre-Dunkerque-Côte d’Opale. Daarnaast zetelt hij in het bestuur van onder meer Jan Yperman Ziekenhuis en scholengemeenschap Centrumscholen Dekenij Ieper.
Het zwarte gat was niet aan u besteed?
“Ik heb inderdaad nog ruim mijn bezigheden. Samen met Jan Breyne en het stadsarchief ging ik ook nog werken rond de politieke geschiedenis van Ieper in de 19de eeuw, dat moet resulteren in een naslagwerk of een boek. Door corona konden we echter niet aan bronnenonderzoek doen, waardoor dat project stilligt.”
Volgt u nog de politiek in Ieper?
“Niet van dichtbij. Ik zie wel dingen die ingezet waren tijdens het vorig bestuur, zoals de doortocht van de riolerings- en wegenwerken van de Rijselpoort naar het Atheneum toe. Ik kijk ook uit hoe de strategische spie zal ontwikkelen, een van de belangrijkste aankopen van de laatste jaren.”
Uw partij zit hier nu in de oppositie. Zou dat iets voor u geweest zijn?
“Ik heb de periode van paars meegemaakt van 1999 tot 2007, waarin we als CD&V oppositie voerden. Ik voelde me daar niet zo slecht bij. Ik had als voorzitter van de Vereniging van Vlaamse Provincies goeie contacten met de paarse regering. Je moet niet over alles overeenkomen. Het belangrijkste is hier dat je het belang van de stad vooropstelt. Ik weet niet hoe het nu zit in Ieper, maar ik heb niet de indruk dat er momenteel veel contacten zijn tussen meerderheid en oppositie.”
“Ik ben een risicopatiënt en dus heel voorzichtig”
Uw dochter Miet zetelt in de gemeenteraad. Wordt de politiek vaak besproken aan tafel?
“Nee. We hebben dat zo afgesproken, ook omdat een andere dochter werkt als personeelshoofd bij de stad. Haar loyaliteit ten opzichte van het huidige bestuur moet gehandhaafd blijven. Ik zal Miet wel informeren als ze concrete vragen heeft. Er zijn genoeg beslagen mensen bij CD&V en ze zijn fiks verjongd, dus ze zullen wel hun weg vinden. We zitten nog te vroeg in de legislatuur om de rol van de oppositie te kunnen beoordelen. Dat komt vooral omdat er, deels door corona, weinig nieuwe dingen gebeuren. Het is tot nu toe vooral voortzetting van vroeger beleid.”
Hebt u speciale herinneringen aan de Menenpoort?
“Ik heb er heel veel. Als scherminkelmuzikant in het College verzorgde ik optredens onder de Menenpoort. Sinds 1983 heb ik als voorzitter van de 10 km van Ieper minstens elk jaar een krans gelegd. Ik heb ook zes jaar gewoond in de Frenchlaan 5, toen hoorde ik de Last Post elke dag. Een van de mooiste herinneringen is wellicht het bezoek van de Europese top onder impuls van Herman Van Rompuy. Daar was ik nauw bij betrokken. Toen werd de Vredesbank geschonken, dat legt ook de link met de Menenpoort als vredesmonument. Die rol mag wat mij betreft nog meer uitgewerkt worden. Het Pausbezoek en het privébezoek van Michel Barnier, de Europese toponderhandelaar over Brexit, maakten op mij ook een sterke indruk.”
Welke impact had corona op u?
“Ik ben een risicopatiënt. Ik ben een goeie klant geweest van het ziekenhuis. Eerst voor een agressieve kanker, dan een onmiddellijk te opereren ontsteking en in 2017 een hartinfarct. Ik ben dan ook heel voorzichtig als het om corona gaat. Zo’n wereldwijde epidemie hadden we niet verwacht. Ik las het boek van Joren Vermeersch over de Pest in 1349 in Ieper, Gent en Brugge en opnieuw De Stad der Blinden van José Saramago. Je ziet nu beelden uit die boeken terugkeren. Voor de rest ben ik sinds maart vooral veel digitaal aan het vergaderen.”
Wat brengt de toekomst nog?
“Ik wil nog een paar jaar werken bij Howest. We zijn gegroeid van 2.400 studenten naar 8.000. Dat is een enorm bedrijf geworden, het is boeiend werk. We zijn bezig met nieuwe richtingen, een overeenkomst met Vives, een samenwerking met Universiteit Gent… Ook voor de basisscholen in Ieper wil ik me blijven inzetten. In het ziekenhuis zal ik nog tot 2024 of 2025 bestuurslid zijn. In de EGTS zet ik volgend jaar een stap terug als voorzitter. We zien wel. Alles hangt af van de gezondheid. Toch droom ik ervan weer als toeristische gids te kunnen optreden.”
Kijkt u uit naar het moment dat u echt op rust kunt gaan?
“Ik denk dat het wel moeilijk zou zijn, ook voor mijn vrouw, als ik ineens hele dagen thuis zou zijn. Wat niet belet dat het nu aangenamer is. Vroeger was ik al van zes uur ‘s morgens aan het werk. Nu hoef ik niet meer continu van hot naar her en heb ik al een normaler eetpatroon. Als gepensioneerd politicus leef ik gezonder, vooral dankzij mijn vrouw.”
Privé: Jan Durnez werd geboren in Roeselare op 6 juni 1953. Hij is getrouwd met Hilde George en heeft drie kinderen: Maarten, Miet en Lies, die allen in Ieper wonen. Er zijn ook al zes kleinkinderen. Hij woont in de Capucienenstraat.
Opleiding: Kleuterschool volgde hij in Oostrozebeke, lagere school in Loppem, middelbaar in het College in Ieper. Vervolgens studeerde hij pedagogiek en aggregatie hoger onderwijs aan de KU Leuven.
Loopbaan: Na zijn studies gaf Jan les in het hoger onderwijs. Daarna werkte hij op diverse kabinetten. Hij was een tijdje directeur van de Vlaamse Onderwijsraad. Van 1991 tot 2009 was hij gedeputeerde, daarna werd hij Vlaams Parlementslid en lid van het Europees Comité van de Regio’s. In Ieper was hij schepen (1983-1991) en burgemeester (2013-2018).
Het beste van KW
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier