Gemeenteraadslid Werner Verbiest (N-VA) voor rechter wegens lasterlijke aangifte tegen oud-voorzitter: “Ik heb een gerust geweten”

Gemeenteraadslid Werner Verbiest (rechts) moet voor de rechter komen na een klacht van voormalig voorzitter Hendrik Wallijn.

Een trieste uitloper van de manier waarop binnen de Oostendse N-VA bij de vorige verkiezingen aan politiek werd gedaan, wordt maandag gepleit in de Brugse rechtbank. Gemeenteraadslid Werner Verbiest, tevens tweede lijstduwer voor N-VA bij de komende verkiezingen, zal er zich moeten verantwoorden wegens lasterlijke aangifte ten aanzien van oud-voorzitter Hendrik Wallijn. Verbiest is niet onder de indruk. “Ik heb een gerust geweten”.

Op een goeie drie weken voor de gemeenteraadsverkiezingen van 13 oktober moet huidig gemeenteraadslid Werner Verbiest (N-VA) op het beklaagdenbankje van de Brugse rechtbank plaatsnemen. Verbiest dient er zich te verantwoorden voor lasterlijke aangifte, in mensentaal: het indienen van een klacht terwijl je weet dat de geviseerde persoon in je klacht niets mispeuterd heeft. De geviseerde persoon in de klacht is voormalig voorzitter van de Oostendse N-VA-afdeling Hendrik Wallijn.

Alles gaat terug tot de periode voor de gemeenteraadsverkiezingen van 2018. Toenmalig voorzitter Hendrik Wallijn en zijn partner Sofie Defever – die toen OCMW-raadslid was voor N-VA en parlementair medewerker van lokaal kopstuk Björn Anseeuw – raakten in die periode in onmin met de partij. Defever besloot voortaan als onafhankelijke te zetelen in de OCMW-raad.

Anonieme mail

In de maanden die daarop volgden, voerde Wallijn gesprekken met diverse politici om met een eigen lijst naar de kiezer te trekken, onder meer met Jean-Marie Dedecker. Die kreeg op een dag echter een anonieme mail waarin gesteld werd dat Wallijn geld gestolen had uit de partijkas van N-VA en dat dit nieuws gelekt zou worden, mocht Hendrik Wallijn effectief met een eigen lijst naar de verkiezingen trekken.

Toen Hendrik Wallijn in het voorjaar van 2018 inderdaad aankondigde met een nieuwe partij naar de verkiezingen te trekken – de lijst Oostende Koningin – bleef de reactie dan ook niet uit. Op de regionale omroep Focus/WTV beschuldigde Björn Anseeuw hem – net zoals in de anonieme mail aangekondigd werd – van de diefstal van ‘een aanzienlijke som’ uit de partijkas en diende prompt ook een klacht in bij de onderzoeksrechter. Die klacht werd ondertekend door Anseeuw, maar ook door Werner Verbiest. Nadien diende ook Hendrik Wallijn klacht in tegen Anseeuw en Verbiest wegens lasterlijke aangifte.

Onschendbaar

De klacht wegens diefstal tegen Wallijn draaide uit op een buitenvervolgingstelling. Hiertegen werd geen beroep aangetekend. De klacht van Wallijn wegens lasterlijke aangifte draaide eveneens op niets uit, omdat Björn Anseeuw op dat moment parlementaire onschendbaarheid genoot. “Maar nadien heb ik nogmaals klacht ingediend, tegen Werner Verbiest. Ook zijn handtekening stond onder de klacht wegens diefstal. De kamer van inbeschuldigingstelling in Gent heeft uiteindelijk geoordeeld dat er voldoende aanwijzingen zijn om hem naar de correctionele rechtbank te verwijzen voor deze lasterlijke aangifte”, zegt Hendrik Wallijn.

De hele zaak is voor Wallijn naar eigen zeggen een lijdensweg geweest. “Ik ben er jaren depressief door geweest en was, nadat dit mijn job gekost had, niet in staat om te werken. Als vader van zeven kinderen was dat – zeker op financieel vlak – een bittere pil om te slikken. De gevolgen zijn zeer zwaar geweest, voor mij persoonlijk omdat mijn reputatie aangevallen werd, voor ons als gezin en ook binnen onze relatie. Gelukkig heb ik altijd kunnen rekenen op mijn warm en hecht gezin, anders had ik deze jarenlange strijd niet aangekund”, zegt hij.

Vertrouwen kwijt

De materiële schadevergoeding die Wallijn zal eisen omdat hij jarenlang niet kon werken, loopt in de honderdduizenden euro. “Dat zal ook nodig zijn, want enkel dankzij zware leningen kon mijn gezin deze moeilijke periode overbruggen. Dit heeft me veranderd als mens. Ik ben bang geworden. Mijn blindelings vertrouwen in onze maatschappij ben ik kwijt. En ze zijn in hun opzet geslaagd want onze lijst heeft toen geen gemeenteraadszetel bekomen. Zonder deze laster was dat een ander verhaal geweest”, zegt Wallijn.

Werner Verbiest is niet onder de indruk. “Het openbaar ministerie heeft mij in deze zaak altijd vrijgepleit. Ook in beroep. De rechters in Gent dachten er echter anders over. Maar ik wacht de rechtszaak af en heb er alle vertrouwen in. Ik heb een gerust geweten”, klinkt het.