Wie in Brugge rondwandelt vandaag, kan er niet naast kijken: de Triënnale is weer van start gegaan. Els Wuyts uit Oostende is deel van het curatorenteam. Dat hedendaagse beeldende kunst haar passie is, is haast een understatement. Leven zonder kunst is geen optie. En een festival zoals de Triënnale in Oostende? “De thema’s liggen hier voor het rapen.”
Het stormt wanneer we met Els Wuyts afspreken aan de Mercator. De wind giert langs de masten van de schepen in het Mercatordok. We kunnen niet aan boord van het zeilschip, maar dat is niet erg. De zon schijnt en een beetje wind schrikt Els niet af, integendeel.
Hoe lang woon jij ondertussen in Oostende?
“Ik ben uit het Gentse afkomstig en ben de liefde gevolgd. Mijn man Yves is een echte Oostendenaar, al van generaties ver. De vraag of we naar het binnenland zouden verhuizen werd eigenlijk niet gesteld. Ik kende hier ook al wat mensen, was hier veel… het was dus logisch. Zeebenen heb ik niet, maar ik hou heel erg van Oostende. De einder, dat platte, de wind. Zoals vandaag, dat is toch fantastisch? Het is ook een metafoor voor ons denken: de wind die onze gedachten letterlijk door elkaar schudt. Het bos en de bergen, allemaal goed en wel, maar ik hou het meest van de zee.”
Ben je altijd al gepassioneerd door kunst?
“Ik ben afkomstig uit de Leiestreek, waar de Vlaamse expressionisten erg aanwezig waren, denk maar aan de Latemse school. Kunst was eigenlijk altijd wel aanwezig bij ons thuis. Ook op school kwam ik er al mee in aanraking. Het was er gewoon, dat was normaal. Maar het was toen ik een jaar of veertien, vijftien was en naar een tentoonstelling van hedendaagse kunst ging, dat ik helemaal gepassioneerd raakte. Het was alsof ik met een bliksemschicht werd geraakt. Het idee dat je ook anders in het leven kon staan! Het voelde heel hard aan als thuiskomen. Eerlijk, ik begrijp het ook niet altijd. Maar het heeft wel een plaats in deze tijd. Iets wat pakweg het Lam Gods voor mij niet heeft. Ik kan mij veel meer vinden in hedendaagse kunst.”
Wilde je zelf nooit kunstenaar worden?
“Nee, dat heb ik nooit gevoeld. Dat is te heftig. Kunstenaar is ook een woord dat ik niet zo snel in de mond neem. Het is ook niet iedereen gegeven. Mijn talent is ruimte creëren voor kunstenaars. In tekst, of in tentoonstellingen. Dat geeft mij heel veel voldoening.”
Hou je van je job?
“Het is verslavend (lacht) . Het voelt ook helemaal niet aan als werken. Er komt wel veel meer bij kijken dan enkel het creatieve. Voor de Triënnale zijn we al effectief drie jaar aan het werk. Mensen staan daar niet altijd bij stil. Bovendien heb je nog een bijkomende uitdaging: Brugge is een werelderfgoedstad. Je plant dus nooit zomaar een kunstwerk ergens neer. Daar zit Beaufort nu ook middenin.”
Wat vind je de grootste uitdaging?
“De veelheid aan mogelijkheden. Welk werk zet je waar? Het is echt een puzzel. Soms voel je het meteen wanneer het klopt. En dan is het soms ook niet helemaal juist. Wat dan ook weer heel fijn is, is de reactie van het publiek. Maar van de meningen op sociale media ben ik geen fan, want mensen zijn soms te snel om te oordelen over iets.”
Had corona een grote invloed op je werk?
“Dat viel mee. Een groot deel van mijn job bestaat uit schrijven, opvolgen… Dat kan allemaal digitaal. De tentoonstellingen die Yves en ik bij ons thuis organiseren, zijn niet kunnen doorgaan. Daarnaast organiseer ik met Bildnis gesprekken met kunstenaars. Ook dat hebben we even gepauzeerd, want digitaal is dat toch niet hetzelfde. Nu zijn we bezig met dat opnieuw in elkaar te steken.”
“Oostendse kunstenaars hebben hun atelier in Brugge. Dat is toch jammer?”
Wat staat er op je bucket list?
“Op dit moment? Reizen. Normaal gezien doen we elk jaar een lange reis van twee, drie maanden en dat heb ik toch echt gemist nu. Verder wil ik Salon Blanc, de tentoonstellingen bij ons thuis, nog verder uitbouwen. Ik wil dat mensen echt voelen dat kunst deel is van het dagelijks leven, dat het niet voor de elite of amateurs is. Er is zo’n brede waaier aan hedendaagse kunstenaars te ontdekken. En eigenlijk is kunst ook al overal hé. In het straatbeeld staan al tal van kunstwerken, maar je ziet het vaak niet meer omdat je er zo vaak passeert. Dat opnieuw in de kijker zetten, zorgen voor dialoog… Zonder te polariseren.”
Zou een festival als de Triënnale in Oostende ook kunnen?
“De thema’s liggen hier voor het rapen! Volgens mijn lief heb ik een obsessie: iedere keer ik ergens een lege ruimte zie, denk ik meteen aan wat er op die plek mogelijk is (lacht) . Met de zee als thema is er zó veel te doen. Zeker in de winter. Of dat iets is wat ik graag zou doen? Zeker weten. Momenteel heb ik daar geen tijd voor en ik ga de vraag ook niet zelf stellen. Mocht die zich aandienen, dan doe ik dat heel graag. Ik doe vaak atelierbezoeken en er is hier zoveel potentieel aanwezig. Er zijn ook veel jonge kunstenaars in Oostende met echt boeiende dingen bezig. Wat hier wel ontbreekt, is goede atelierruimte. Een gedeelde plek waar kunstenaars aan de slag kunnen gaan. In Brugge heb je De Tank, en Oostendse kunstenaars hebben daar hun atelier. Dat is toch jammer?”
Bio
Privé: Els Wuyts (48) is afkomstig uit het Gentse en spoelde aan in Oostende. Ze is samen met kunstenaar Yves Velter.
Opleiding en loopbaan: kunstwetenschappen aan de Universiteit van Gent. Werkte voor het Huis van Alijn, het SMAK, Beaufort… Is curator van de Triënnale in Brugge en verscheidene andere tentoonstellingen. Organiseert Salon Blanc, eendaagse tentoon-stellingen bij haar thuis.
Vrije tijd: gaan eten, reizen, lezen, wandelen.
Het beste van KW
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier