Planten van bij ons

Je kan nooit genoeg groen in huis hebben, vindt Gillian Lowyck. De Oostendse is zot van alles wat planten en bloemen zijn en schrijft hier tweewekelijks over alles wat groeit en bloeit.

Geen kunstmest gebruiken, geen pesticiden… check. In mei laten we het gras wat langer groeien en het mag allemaal wel wat rommeliger zijn. We doen allemaal ons best om een natuurvriendelijke tuin aan te leggen. Maar er is nog iets dat een groot verschil kan maken voor de biodiversiteit. En wie wil er nu niet meer leven in de tuin?

Inheemse planten komen van nature voor in een bepaald gebied. Die grens is natuurlijk soms redelijk vaag, want sommige planten zijn hier al honderden jaren, of soms zelfs langer. Dan spreek je meestal over ingeburgerde planten. Veel van de planten die in onze tuinen groeien zijn oorspronkelijk uit andere delen van de wereld afkomstig en zo opgekweekt dat ze bestand zijn tegen ziektes, lang bloeien…

Insectenlokkers

Maar aan de andere kant heb je ook prachtige inheemse planten. Heel veel insecten zijn zo geëvolueerd dat ze afhankelijk zijn van die ene soort. Een soort vlinder die eitjes legt op een bepaalde plant, waarna de rupsen van de blaadjes eten. Verdwijnt die plant, verdwijnt de vlinder ook. Inheemse planten zijn doorgaans sterker; ze zijn beter aangepast aan de omgeving. Het betekent ook dat er méér insecten op je planten zitten. Drie keer zoveel als bij uitheemse planten, zo blijkt. Rupsen, mijten, larven, kevers… Beestjes die op hun beurt weer voedsel zijn voor insecteneters. Een win-win voor de biodiversiteit, dus. Een voorbeeld: een inheemse boom als de zomereik is goed voor zeker duizend soorten.

Natuurlijk hoef je je tuin niet te veranderen in een natuurreservaat. Ik heb ook heel wat uitheemse planten in mijn tuin, die druk bezocht worden door bestuivers. Maar het kan geen kwaad om bij je plantenkeuze na te denken over inheemse soorten, of eens een kijkje te nemen naar wat er in de buurt groeit.