Lotte Vanhauwaert van de Royal Ostend Swimming Club trekt komend Hemelvaartweekend naar Barcelona, voor een grootse wedstrijd met veel toppers. “Er lopen daar zwemmers rond met wereldrecords op hun naam. Dat wordt een hele ervaring, indrukwekkend. Zeker als er tijdens de opwarming een Olympisch medaillewinnaar naast je staat.”
Op de website van de Vlaamse Zwemfederatie omschrijft Lotte Vanhauwaert het zwemmen als: “De vrijheid die je hebt en voelt in het water. Vlam, Vlam tot je niet meer kan.” In november 2021 zwom de Oostendse naar dubbel goud op de 100 en 200 meter vrije slag in de open categorie op de Belgische kampioenschappen in klein bad.
In april voegde ze daar op het Open BK zilver aan toe op de 50m vrije slag en brons op de 200m vrije slag. Ook de jaren ervoor binnen de diverse leeftijdscategorieën behaalde ze nationale of Vlaamse titels of was ze goed voor een ereplaats.
Lotte trok haar eerste baantjes bij de zwemclub in Gistel, waar ze haar broer volgde. Van dan af bleek ze die zwemmicrobe te hebben, met de bedoeling daarin verder uit te breiden. Internationaal miste ze vorig jaar net de limiettijd voor deelname aan het EJK en zag ze zo een eerste stap binnen haar sportieve loopbaan richting eventueel de Olympische Spelen doorprikt.
“Eens ik misschien op het EK sta, kan ik daar zien wat mijn verdere ambities zijn. Al van kleins af aan is het ultieme doel de Olympische Spelen, maar dat is het allerhoogste niveau. We moeten alles realistisch bekijken en later zien wat haalbaar is.”
Intensief trainen
Het EK is nog te vroeg voor dit jaar. “Ik zit nu in een overschakelingsjaar van een EJK naar een seniorenkampioenschap. Voor mijn nummers in vrije slag is dit nu nog te hoog gegrepen. Ik wil geen stappen overslaan, maar als ik volgend jaar de progressie maak als nu, hoop ik binnen een twee jaar op het EK te staan.”
Op een bepaalde leeftijd moet een zwemmer kiezen in welke discipline je verder wil gaan en op welke afstand. “Ik was in het verleden in diverse zwemstijlen goed, en had mijn gestalte mee. Een voordeel. In 2019, het jaar dat EYOF, het European Youth Olympic Festival, er kwam en mijn tijden redelijk scherp waren, wilde men daar een aflossingsteam laten meedoen. Voor de vier maal honderd meter vrije slag.”
“Ik heb toen een heel jaar op die afstand getraind, maar miste echter mijn kwalificatie op denk ik vijf honderdsten van een seconde. Dat was wel zuur. Sindsdien heb ik niets anders meer gedaan dan die vrije slag, al las ik soms nog wel eens een wedstrijd op de rug in.”
Al van kleins af aan is het ultieme doel de Olympische Spelen
Zwemmers moeten voortdurend baantjes trekken. Hoe gaat Lotte daar mentaal mee om? “Er zijn intensieve trainingen. Dat is tof, trainingen van 50 meter voluit. Die lange stukken horen er gewoon bij. Dit kan soms saai zijn, maar dat weet je en eigenlijk blijft dat wel ontspannend. Ik ben als zwemster meer een sprinter. Voor mij is meer dan zes kilometer niet nodig. Maar deze week lag mijn gemiddelde toch wel rond die afstand.”
Bij Lotte staat alles in het teken van zwemmen. Ook in de topsportschool zijn alle trainingen erop gebaseerd. “Droog, op kracht. ’s Avonds ben ik dan ook laat op mijn kamer in het internaat en moet mijn schoolwerk nog beginnen. Het wordt een routine waarbij er niet echt plaats is voor iets anders. In het weekend zijn er dan vaak wedstrijden. Als mijn vrienden een avond gaan stappen, ga ik niet mee omdat ik de dag nadien ’s morgens vroeg training heb.”
Schooltje spelen
Topsport vraagt veel. Lotte koos voor de school in Antwerpen om binnen haar sport vooral vol te houden. Ook op het gebied van voeding wordt ze door een diëtiste begeleid. “Ze doet maandelijks metingen en geeft advies over wat ik best eet of welke voeding geschikt is.”
“Voor een training zijn dat veel koolhydraten, achteraf eiwitten met de bedoeling dit optimaal te houden. Ik ben daar toch redelijk soepel in, want ik lust wel wat. Ik moet het gezond houden bij een normale hoeveelheid. Tussendoor zondig ik wel even, maar het is niet dat ik zot ga doen.”
Over haar toekomst na de topsportschool is Lotte duidelijk. “Vanaf dat ik bijna kon praten, wilde ik leerkracht worden. Ik ging toen nadien naar de logopedie, had diverse leesteksten bij en behield al mijn schoolcursussen van de jaren ervoor.”
“Ik speelde thuis schooltje en hield aanwezigheidslijsten en warme maaltijden bij. Ik was daar constant mee bezig. Dat ligt mij wel. We gaan volgend jaar zien hoe dat verloopt. Al zijn er nog elementen waar ik even moet bij stilstaan. Ik moet nog tot het besluit komen dat ik daar alles voor over heb.”
Ondertussen komt de drukke junimaand eraan voor de studenten. “Er is eerst een wedstrijd in Barcelona. Daarna volgt aansluitend een stage van ruim twee weken in Malaga. Bij mijn terugkomst is er de start van de examens, dan trainen we één keer per dag zodat we in de namiddag tijd hebben om te leren.”
Na de examens gaat alles richting het BK van eind juli. “Op de 100 meter crawl wil ik daar echt 56 seconden zwemmen. Het BK vormt een piekpunt met daarna drie, vier weken vakantie. Ook dat staat in het teken van zwemmen, omdat ik vorig jaar mijn diploma behaalde als redster, op het strand van Oostende.”
(ACR)
Het beste van KW
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier