Vrienden Dagmar en Brecht: auteurs van de Tattoogids voor Vlaanderen

“Ik werkte eerder al samen met Brecht om mijn graphic novel uit te brengen. Hij kan schrijven zonder dt-fouten”, knipoogt Dagmar. (foto JCR) © (foto JCR)
Wouter Vander Stricht

Dagmar Verfaillie, tattoo-artiest in Arthouse The Liner en copywriter Brecht Vande Walle zetten hun schouders onder de Tattoogids voor Vlaanderen. “We brengen een overzicht van wat er bestaat aan de hand van het verhaal van een 50-tal artiesten. Het boek is zowel interessant voor de complete leek die een eerste tattoo wil, als voor iemand die je niets meer moet wijsmaken.”

Dagmar Verfaillie (41) is al vijftien jaar aan de slag als tattoo-artiest. Hij groeide op in Beveren-Roeselare en had altijd al het creatieve in zich. “Ik heb kunst gestudeerd en ben afgestudeerd als master in de beeldhouwkunde. Langzaam ben ik in de tattoowereld gerold. Ik ben als apprentice (leerling) begonnen, maar je moet de stiel eigenlijk al doende leren bij een tattoo-artiest die je die kans wil geven gebaseerd op een sterk portfolio. Die kans kreeg ik in Bodydesign in Gent. Je moet ook je eigen stijl wat ontwikkelen en je eigen weg zoeken. Maar het duurt toch zeker twee jaar voor je alle technieken goed in de vingers hebt. Tattoo-artiest worden was misschien niet mijn kinderdroom, maar ik ben erin gerold en ben er 200 procent voor gegaan. En het stopt nooit. Het is je passie, je leven. Je leert altijd bij, je investeert in machines, evolueert qua technieken… Het is een eindeloos proces.” Zelf had Dagmar al op zijn 18de een eerste tatoeage. “Iets kleins. Maar voor ik het wist had ik er nog één en nog één. Bij Bodydesign liet ik mijn eerste plaatsen en mijn jongste aanwinsten werden door mijn echtgenote Ines geplaatst.”

Graphic novel

Ines werkt ook in The Liner, een trendy tattoozaak die eigenlijk meer aanvoelt als een hippe huiskamer. “De tijd van het tatoeëren in vuile achterkamertjes is al lang voorbij. We vinden hygiëne zeer belangrijk. En de mensen staan hier centraal. We nemen onze tijd met onze klanten. Zowel de klant als de artiest moet er zich 100 procent goed bij voelen, anders beginnen we er niet aan. We maken voor elke klant een uniek, persoonlijk ontwerp. Een overzichtswerk van wat er in Vlaanderen allemaal huist aan tattoo-artiesten, dat bestond nog niet. En zo stapte uitgeverij Borgerhoff & Lambrigts op Dagmar af. “Er is een wildgroei in de sector. Soms zie je het bos door de bomen niet meer. De uitgeverij wilde een praktische gids, met tips & tricks. De basisinfo, maar ook een selectie van de beste artiesten en de verschillende stijlen.” Maar Dagmar was als auteur niet aan zijn proefstuk toe. Ook The Liner in de Handelsstraat was in de lockdowns maandenlang gesloten. De eerste lockdown werd aangegrepen om verbouwingen te doen, van de tweede maakte Dagmar gebruik om zijn eerste graphic novel Het Lange Wachten uit te brengen. “En daar werkte ik voor het eerst samen met Brecht. Hij kan schrijven zonder dt-fouten”, knipoogt Dagmar.

Elk zijn stijl

Brecht Vande Walle, een 43-jarige Lendeledenaar, was klant bij Dagmar en raakte met hem bevriend. “De technische kant van de zaak, dat is natuurlijk Dagmar zijn ding. Ik was er gewoon om de basisteksten tot een vloeiend en leesbaar geheel te maken. En bij de samenstelling van het boek heb ik ook veel bijgeleerd.” Maar ook Brecht is helemaal into tattoos. “Waar die staan en welke het zijn, dat is nogal persoonlijk. Over mijn allereerste tattoo was ik zelf niet zo tevreden, Dagmar heeft die verwerkt in een nieuwe tattoo.” Dagmar vult aan: “Die eerste tattoos, die hebben voor de meeste mensen een duidelijke betekenis. Maar op de duur geraakt je symboliek op en ga je voor iets wat esthetisch sterk en goed is.” Dat iedere artiest zijn eigen stijl heeft, is duidelijk. “Als iemand hier een afspraak maakt, dan heeft die al een duidelijk beeld van wat hij of zij wil en kent hij mijn werk natuurlijk. Vaak van op sociale media, soms ook van bij vrienden.” Tattoos en de bijhorende shops zijn ook booming business. “Je ziet dat goed als je gaat zwemmen. Vroeger was het dat ene soort volk dat een tattoo had, nu plaats ik er ook bij dokters, advocaten of rechters”, argumenteert Dagmar. Ook veel sporters of sterrenchefs hebben er. Dat zet anderen ook aan om er eentje te nemen.”

De gids bevat de nodige portie humor en is gewoon het lezen waard, zowel voor de leek als de diehard liefhebber

Brecht en Dagmar gingen niet altijd persoonlijk op bezoek bij de 50 artiesten die het boek haalden. “De meesten ken ik gewoon, soms persoonlijk, maar ook via sociale media”, zegt Dagmar. ” Vaak zitten ze ook in de grote steden. Ze stuurden zelf fotomateriaal door en we hadden uiteraard contact met hen om tot de beste omschrijving van hun werk te komen. “Het boek geeft niet alleen een mooi overzicht van de fine fleur van de tattoo-artiesten, maar het bevat ook de do’s en don’ts als je de stap wil wagen naar eerste permanente inkttekening. “Er is niet enkel het tatoeëren zelf, maar ook de voorbereiding en de nazorg. Bij mij moet een klant minstens 18 jaar zijn, om verschillende redenen, maar ook omdat je lichaam pas dan volgroeid is. Ik plaats ook geen tattoos in het gezicht bij iemand die voor de rest niet volstaat.”

Collega’s

Wie geen inspiratie heeft, kan ook een tattoo-artiest zijn ding laten doen. De meeste artiesten zijn gespecialiseerd in een bepaalde tattoostijl. Zo is Dagmar een van de grondleggers van de ornamentale tattoostijl in België. “Ik ben gestart met het ontwikkelen van Keltisch geïnspireerde tattoos en van daaruit is mijn interesse naar een andere stijl gegroeid. Ik bestudeerde elementen uit gotische kathedralen tot art nouveau-architectuur, wat me bracht bij art deco en jugendstil. Door het samenbrengen van al deze elementen creëerde ik een westerse ornamentiek, wat ik in de begin jaren van 2010 als ornamental omschreef. Ik was me er toen niet bewust van dat ornamental een vaste tattoostijl zou worden.” “Het resultaat is altijd beter dan wat je zelf verwacht had. Die mensen hebben immens veel expertise en weten wat waar past”, oppert Brecht. En die artiesten zijn ook niet echt concurrentie van elkaar. “Ik zie hen als collega’s”, gaat Dagmar verder. “Iemand die mijn stijl wil, zal tot hier moeten komen.” Dat die stijl wel heel specifiek is bewijst de anekdote van Brecht. “Ik liep eens aan de kust en herkende meteen een tattoo van Dagmar. Ik sprak die man aan, bleek het natuurlijk ook te kloppen.”

Tattootripje

In Arthouse The Liner komen ook mensen van heinde en verre. “Vijf tot tien procent van mijn klanten komen uit Roeselare of omgeving, de rest komt van een stuk verder. Zelfs vanuit het buitenland. Als je een sleeve (mouw, red.) wil laten plaatsen dan neemt dat verschillende sessies in beslag, een vijftal van wel vier tot zes uur. Zo gebeurt het wel eens dat iemand uit Finland of Duitsland een weekje in Roeselare logeert om hier dagelijks een sessie te ondergaan. Na een week is de tattoo dan compleet en kan de klant na zijn tattootripje naar huis.”

Succes

Het duo ziet ook niet meteen een einde komen aan het succes. “Vroeger hoorden tattoos tot de rock&roll-cultus, nu gaat het meer in de richting van de kunst. Iedere artiest heeft denk ik meer dan zijn werk. Wie mij nu mailt voor een afspraak, krijgt te horen dat ik ten vroegste binnen een half jaar een gaatje in de agenda heb. Vroeger was er twee tot drie jaar wachttijd, maar die hebben we gelukkig wat kunnen wegwerken doordat mijn vrouw Ines ook gespecialiseerd is in de ornamentale tattoostijl. We hebben ook drie gast-artiesten in The Liner die de kleinere tattoos plaatsen. We nemen ook altijd onze tijd. We krijgen het lichaam van de klant, die geeft ons het vertrouwen. En dat vertrouwen willen we uiteraard niet beschamen.” Heel wat weetjes en bedenkingen zijn dan ook te lezen in het boek. “De eerste reacties zijn erg positief. We zijn zelf ook tevreden met het eindresultaat. Het is met de nodige portie humor en het is gewoon ook het lezen waard.”

Het boek kost 22,99 euro, ligt in de betere boekhandel en is te koop via de webshop van The Liner.