Frituur Tivoli snelt richting overstromingsgebied

(foto WV)
Redactie KW

Fier en vol enthousiasme vertelt Peter Mauws, uitbater van frituur Tivoli in Ruiselede, over zijn belevenissen in Pepinster en Verviers in het Waals overstromingsgebied. Hij trok daar naartoe om frieten te bakken voor de slachtoffers van de watersnood.

“Een tiental dagen voorafgaand aan de waterramp in Wallonië hadden mijn vriend Danny De Coninck en ikzelf de Chiro uit Ruiselede opgehaald op hun kampeerplaats in het Limburgse Poederlee. ‘s Avonds hebben we voor het jonge volk gratis frieten gebakken”, aldus Peter Mauws. “22 juli werd eveneens een van de mooiste dagen uit mijn leven. Tijdens een telefoontje spraken we met vrienden af om ook de inwoners van Pepinster en Verviers in het rampgebied een hart onder de riem te steken.”

Op 22 juli rond 13.30 uur vertrok Peter met zijn jongste zoon Joran en een goede vriend richting Pepinster. De mobile frituurwagen en bestelwagen werden gevuld met 400 kg frieten, 1.000 frikadellen en acht emmers mayonaise. Dit werd gesponsord door frieten Lutosa, sausen Pauwels, snacks Noyez en Decotra. “In het Gentse kwamen we samen met Danny die ook nog hulpgoederen vervoerde. Na een rit van een drietal uren reden we Pepinster binnen. Dadelijk werden we geconfronteerd met veel rotzooi en meubilair links en rechts gestapeld voor de getroffen woningen. In een verzamelpunt werden we vriendelijk onthaald.”

Miserie

“Na de eerste beelden van het rampgebied te hebben verwerkt, konden Danny en ik starten met frituren. Spoedig kwamen inwoners op ons af. Bijna niet te geloven, maar velen onder hen hadden al een week geen warm eten en lieten zich graag een bakje friet smaken. Het viel ons op dat, niettegenstaande al de miserie die deze mensen al hadden meegemaakt, vriendelijkheid en dankbaarheid uitstraalden.”

“Omstreeks 20.30 uur kwam er geen volk meer naar de frituur. Maar geen nood. Samen hebben we alles ingeladen en zijn we naar Verviers gereden waar we weer frietjes bakten voor getroffenen van de ramp. De overtollige frieten en frikadellen hebben we aan de plaatselijke organisatoren geschonken. Het was na middernacht toen we de terugweg naar huis namen, met beelden van vriendelijke en dankbare mensen in een oorlogsveld op het netvlies gebrand. Eens terug thuis konden wij onder de lakens kruipen, maar die mensen bleven achter. Sommigen onder hen sliepen buiten op een kapotte sofa uit schrik dat ze ’s nachts zouden worden bestolen”, besluit Peter. (WV)