Achter de schermen van een minigolfterrein dat vroeger een mijnenveld was: “Hier maken generaties samen herinneringen”
Al 73 jaar kan je je in Bredene heel even Tiger Woods of Thomas Pieters in pocketversie wanen. Sinds 1950 waakt de familie Versluys als een goeie huisvader over haar minigolfterrein, enkel door een bomenrij van de Koninklijke Baan gescheiden. “Het geheim van ons succes? Hier komen generaties samen”, zegt zaakvoerder Hans Versluys. “Er is niets mooiers dan grootouders en kleinkinderen die hier samen een balletje slaan.”
Royale Route
De Koninklijke Baan bestaat 90 jaar. Om dit jubileum te vieren rijdt onze reporter Philippe Verhaest langs de iconische N34… op zoek naar verhalen tussen Knokke en De Panne. Aftrappen doen we in het Grand Casino van Knokke-Heist.
Bredene. De badplaats, geklemd tussen De Haan en grote broer Oostende, staat vooral bekend voor de nog ongerepte duinenrij, de weinige hoogbouw en – we kunnen er niet omheen – het naaktstrand. Toch viel ons lodderoog op een andere parel die Brènienge rijk is: het minigolfterrein van de familie Versluys.
Sinds 1950 een vaste waarde die is uitgegroeid tot een klein stukje erfgoed en onlosmakelijk met onze Koninklijke Baan verbonden is. “De N34 heeft ons in 1969 zelfs enkele holes doen verhuizen”, graaft Hans Versluys (58) in zijn geheugen. Hij staat sinds 2002 aan het roer van het bekende minigolfterrein, nadat eerder zijn vader Roland (87) en grootvader Pierre er hole-in-ones mochten gadeslaan.
“Wanneer ik families hier met een brede glimlach zie vertrekken, krijg ik een warm gevoel”
“Bij de heraanleg van de Koninklijke Baan eind jaren zestig ging een aanzienlijk deel van onze site verloren omdat het in de bedding van de nieuwe baan lag. Gelukkig konden we de verloren oppervlakte in westelijke richting recupereren. Sindsdien proberen hier elke dag tientallen mensen onder par (richtscore per hole, red.) te raken.”
Mijnenveld
Maar eerst naar het prille ontstaan van Minigolf Versluys. “Kort na de Tweede Wereldoorlog huurde Brusselaar Paul Delien een stuk grond van De Domeinen – voorloper van het Agentschap Natuur en Bos – om er een minigolf op aan te leggen.
Het perceel langs de Kapelstraat bevond zich tijdens de Duitse bezetting in een mijnenveld en lag vol puin. “Om alles op te ruimen, klopte de man bij mijn grootvader aan. Hij werkte als aannemer en woonde, toepasselijk, in de Brusselstraat pal tegenover het terrein. Zo kwam onze familie hier in beeld.”
Het eerste minigolfterrein bestond uit erg fijn gemalen pannengruis, op een fundering van gemalen. “Mijn vader, die toen veertien jaar was, rolde en sproeide het terrein tijdens het zomerseizoen elke dag. Hij was de allereerste jobstudent. En hij is hier eigenlijk nooit meer vertrokken.”
“Elke winter richt ik onze golfbanen was anders in. Verandering van spijs doet eten, hé”
Toen Brusselaar Delien in 1952 de zaak van de hand wilde doen, was Hans’ grootvader er als de kippen bij om een deal te sluiten. “Hij bleef als aannemer werken, mijn grootmoeder Irene Boussy nam de minigolf voor haar rekening. Iets wat ze tot aan haar pensioen bleef doen.” Daarna kwamen Roland en zijn broer Noël in beeld, maar uiteindelijk nam Roland de zaak volledig over.
“We hebben toen een versnelling hoger geschakeld”, gaat Hans verder. “We legden synthetische tapijten aan en toen de Koninklijke Baan een gedeeltelijke heroriëntering opdrong, zagen we dat als een kans om alles in een nieuw jasje te steken.”
Geen 18, maar 21 holes
Toen Roland in 2002 met pensioen ging, nam Hans het roer over. “Ik werkte toen nog bij ons aannemersbedrijf, iets wat ik trouwens tot enkele jaren geleden ben blijven doen. Pas sinds 2019 sta ik hier fulltime. Tot dan was onze minigolf enkel in de vakantieperiodes en weekends geopend, nu duurt het seizoen haast het hele jaar.”
“We heten onze klanten elke dag van de krokusvakantie tot en met de herfstvakantie welkom, december en januari gebruik ik om onderhoudswerken uit te voeren en wat vernieuwingen door te voeren. Een baan herinrichten, de decoratie wat aanpassen… Verandering van spijs doet eten, hé. Zowel voor de minigolfers als voor mezelf.”
Een reguliere (mini)golfbaan telt standaard 18 holes, in Bredene kan je er 21 ontdekken. “Een paar jaar geleden heb ik enkele andere spelletjes ingeruild voor drie extra banen. Waarom? Simpel: mensen komen naar hier om te minigolfen, dát is onze corebusiness.”
Het succes kan Hans dan ook makkelijk verklaren. “Het is de ideale gezinsactiviteit. Letterlijk iedereen kan minigolfen. Ik ga altijd uit van een gezin met twee kinderen: papa, mama, broer en zus. Wat doen die aan zee? Op het strand spelen, een billenkar huren en minigolfen. Toch zeker hier in Bredene. We zijn er altijd al geweest, mensen kennen ons. Bovendien is het erg laagdrempelig, het gaat snel vooruit en elke baan biedt nieuw plezier. Een spelletje kost je ook amper vier of vijf euro.”
“Er is niets mooier dan oma en opa die met de kleinkinderen een balletje komen slaan. En ik mag een beetje delen in de stukje familiegeluk”
“Het is ook generatie-overschrijdend. Er is niets mooier dan oma en opa die met de kleinkinderen een balletje komen slaan. Dan deel ik ergens mee in een klein stukje familiegeluk. Dáár doe ik het voor. Wanneer ik vrienden en families hier met een brede glimlach zie vertrekken, krijg ik een warm gevoel.”
“Ik mag nog hopen reclame maken op sociale media en zo, het zijn die mond-aan-mondgesprekken die voor mij het verschil maken. Daarom maak ik er ook een erezaak van dat alles hier erg mooi en netjes ligt. Het moet gelekt zijn. Mensen mogen zich aan niks kunnen storen en enkel focussen op wat telt: die momenten met elkaar.”
Minigolf-Duits
Zijn klanten zakken van heinde en verre naar Minigolf Versluys af. “Zestig tot zeventig procent is Belg, nog eens twintig procent Duitser. Bredene is van oudsher een populaire bestemming bij onze oosterburen. De laatste jaren zie ik ook meer Nederlanders langskomen.”
“Maar ik moet dus mijn talen kennen. Of beter: minigolf-Engels, -Duits en -Frans. Viel spass, schlege of club de golf… Zo’n zaken”, glimlacht Hans. “Maar ik krijg ook veel vaste klanten over de vloer. Sommige tweedeverblijvers komen zelfs elke dag. Dat doet deugd, want het betekent dat het hier nog zo slecht niet kan zijn.”
“Zelf speel ik nauwelijks minigolf. Ik zie liever volk op mijn banen bezig”
Hans zelf geniet met volle teugen van zijn minigolfparcours. “Dit is, zonder overdrijven, mijn droomjob. Ik kom onder de mensen, zie veel nieuwe gezichten en kan mijn creativiteit kwijt. Ik ben best handig en doe zoveel mogelijk zelf. Kleine herstellingen, nieuwe elementen integreren… Ik pas ook de decoratie aan doorheen het jaar. Eieren en konijntjes rond Pasen, skeletten voor Halloween… Fantastisch, toch?”
“Ik sta elke dag met een brede glimlach op. Dankzij de minigolf.” Sinds kort heeft Hans ook opvolging in huis gehaald. “Mijn zoon Keith (27) is aan boord gestapt”, klinkt het trots. “Hij vormt de vierde generatie. Daar ben ik echt blij om. Mijn andere zoon Brian (33) heeft hier iets verderop een fietswinkel en doet het ook erg goed. We blijven een familiezaak, dat is wat telt.”
Zelf neemt Hans de golfclub amper in handen. “Ik speel het zelf nauwelijks”, geeft hij toe. “Erg, hé? Ik zal elke baan wel eens testen, maar er is aan mij geen begenadigd minigolfer verloren gegaan. Ik zie liever volk op mijn banen bezig. Daar geniet ik zoveel meer van.”
Het beste van KW
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier