Gertjan Remmerie is drie maanden aan de slag als conservator van Eperon d’Or in Izegem. Nu hij in zijn nieuwe functie al wat is gerodeerd, mochten we in de gesprekszetel bij de jongeman met een passie voor erfgoed. “Ik heb hier grote schoenen te vullen”, klinkt het.
Aangename kennismaking met Gertjan Remmerie. De nieuwe conservator is drie maanden aan de slag in Izegem. De 32-jarige Oostkampenaar was net daarvoor ook papa geworden, zijn huwelijk is door corona uitgesteld naar 2023. Maar in zijn nieuwe job heeft hij al snel zijn draai gevonden. “Je weet dat natuurlijk nooit echt op voorhand, maar zowel met de mensen van het stadsbestuur, het team dat hier aan de slag is als met de vrijwilligers was er meteen een goede klik.”
Een jonge gast die het heeft voor erfgoed. Zo alledaags is dat niet.
“De passie voor erfgoed heb ik van thuis uit. Mijn moeder is vandaag actief als regiogids Westhoek en houdt zich voornamelijk bezig met de geschiedenis van Veurne. Met mijn vader, die ingenieur was, deelde ik naast een ruime interesse voor geschiedenis ook de passie voor motoren en techniek. Zelf ging ik geschiedenis studeren en bleef het technische eerder een hobby. Na het behalen van mijn diploma werkte ik een korte periode voor Decathlon waarna ik in het Talbot House in Poperinge een job in de museumsector vond. Ik was er museummedewerker en dat net in de periode dat er toegeleefd werd naar de herdenking van 100 jaar Eerste Wereldoorlog. We hebben daar mooie zaken kunnen realiseren, onder andere de introductie van interactieve tablets in de publiekswerking. Ik heb aan deze periode blijvende vriendschappen overgehouden.”
Niettemin trok je daarna naar het bedrijfsleven.
“Ik ben een duaal persoon met een breed interesseveld en was na het project in Talbot House inderdaad op zoek naar een nieuwe uitdaging. Ik ben dan in het bedrijfsleven gestapt. Ik heb daar veel opgestoken over marketing en communicatie en heb er voeling gekregen met het commerciële aspect dat voor elk bedrijf noodzakelijk is. Maar op het eind van de werkdag zocht ik naar meer betekenis in hetgeen ik deed, daarom besloot ik om me opnieuw te richten op de erfgoedsector. En toen zag ik de vacature van Eperon d’Or.”
Ik trek vaak te voet door de stad, zo zie je ook meer
Was je hier al geweest?
“Ik kende het museum niet. Voor ik solliciteerde, ben ik uiteraard eens een kijkje komen nemen. Het museum heeft mij meteen overtuigd. Izegem kende ik wel als stad van borstels en schoenen, maar het verhaal dat in Eperon d’Or wordt verteld, zit erg goed in elkaar. Het verwijst naar het industriële verleden en de voortrekkersrol die de stad speelde en dat op locaties die levende geschiedenis uitstralen. De stoommachine van het museum Stoom & Stroom is overigens ook een pareltje. Ook met de mensen die ik hier ontmoette was er meteen een klik. In het museum werken we met een jonge ploeg en ik vermoed dat ik mezelf ook nog als dusdanig mag beschouwen (lacht). Ik had het geluk nog een tijdje te kunnen meelopen met mijn voorganger Hilde Colpaert en had al enkele leuke gesprekken met ereconservator Raf Vandenberghe. Om het in de terminologie van het huis te houden: ik heb grote schoenen te vullen.”
Momenteel loopt de tijdelijke tentoonstelling “Borstelgevoel” van Willy Cauwelier nog. Wat zijn de plannen voor het najaar?
“In oktober start de eerste tentoonstelling onder mijn hoede en dan gaan we voor het thema sneakers. Daarmee mikken we ook op een jong publiek, mensen die vandaag misschien wat moeilijker een museum binnen stappen. We willen hier de uitgetekende paden verder bewandelen, maar we zoeken ook andere ingangen om mensen tot bij ons te krijgen. Sneakers kunnen ons daarmee zeker helpen. We willen onder andere een ‘sneakerwall’ oprichten. Wie dit leest en sneakers verzamelt, mag ons dan ook zeker een mailtje sturen. Er ligt nog heel wat op tafel dat van die expo een unieke belevenis zal maken, maar dat moet een verrassing blijven natuurlijk.”
Hoe verliep de kennismaking met de stad Izegem?
“Ik ben van Kortrijk afkomstig, ik was hier al enkele keren geweest, maar nu leer ik de stad op een andere manier kennen. Als ik naar een andere stadsdienst moet, tracht ik dat altijd te voet te doen. Zo zie je meer en leer je ook het erfgoed kennen en appreciëren. Maar niet enkel de gebouwen, ook met de Izegemse mensen is het een aangename kennismaking.”
Op 25 juni 2023 organiseert Izegem het BK wielrennen. Er werd al een aangepaste expo gesuggereerd op de gemeenteraad.
“Dat is iets waar we zeker mee aan de slag zullen gaan, het is een unieke opportuniteit. We hebben hier in onze collectie trouwens ook wielerschoenen en hebben een goede relatie met onze collega’s van het Koers-museum in Roeselare. Ongetwijfeld steken we in de aanloop naar het BK de koppen nog even samen.”
En hoe zien de plannen er in de iets verdere toekomst uit?
“We staan momenteel voor een nieuwe beleidsperiode in de culturele erfgoedsector. Wat goed is – en dat is heel wat zullen we uiteraard behouden. Dit neemt echter niet weg dat we kunnen moderniseren waar nodig. Onze missie is erfgoed tot bij een zo breed mogelijk publiek te brengen. Onder meer bij jongeren is dat niet altijd even makkelijk. Ik zie dat ook in mijn eigen vriendenkring. Iedereen heeft een dermate breed interesseveld en er valt zo veel te zien en te beleven dat erfgoed soms vergeten dreigt te geraken. Het is aan ons om met de juiste insteken daar toch een interesse te doen ontluiken.”
Wie is Gertjan Remmerie
Privé
Gertjan Remmerie (32) groeide op in Kortrijk en volgde de liefde naar Oostkamp. Daar woont hij samen met Pascale Buysse, ze zijn de trotse ouders van een vier maanden oude dochter Billie.
Opleiding en loopbaan
Volgde het middelbaar onderwijs in Don Bosco in Kortrijk en behaalde daarna de master geschiedenis in Kortrijk en Leuven. Werkte in de retailsector, was daarna museummedewerker in het Talbot House, vervolgens actief in het bedrijfsleven en is nu sinds november 2021 conservator van Eperon d’Or.
Vrije tijd
Houdt van motoren om mee te rijden en aan te sleutelen. Gertjan is ook een dierenvriend, een fervent cinemabezoeker en trekt graag met zijn jong gezin even de landsgrenzen over.
Pekkerspraat
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier