Jelle (43) reist met oude tractor twee jaar door de boerenbuiten: de stem van ons platteland in beeld

Jelle Vermeersch (43) reisde de voorbije twee jaar met een oude Massey Ferguson-tractor en tot fotostudio omgebouwde dierenwagen doorheen het Belgische platteland © Diego Franssens
Nancy Boerjan

Kijken en luisteren naar een bonte mengeling van plattelandsbewoners: mensen van wie het kleine verhaal onlosmakelijk verbonden is met de grote geschiedenis van het platteland. Zijn indrukken bundelde Jelle Vermeersch in een bijzondere expo. Wij laten enkele van die stemmen horen… die doen smaken naar meer.

Jelle Vermeersch (43) reisde de voorbije twee jaar met een oude Massey Ferguson-tractor en tot fotostudio omgebouwde dierenwagen doorheen het Belgische platteland en net over de grens in Frankrijk en Zeeuws-Vlaanderen. Als kind van de Westhoek, hij groeide op in Keiem bij Diksmuide, nam ook die regio een groot deel van de tocht in. “Het was de reis die ik al lang wilde maken”, klinkt het. “Terugkeren naar de wereld die ik twintig jaar geleden achter me liet. Proberen te begrijpen wat er vandaag op het veelbesproken maar weinig bekende platteland gaande is.” Na 2.500 kilometer, tal van overnachtingen in stallen van gehuchten en nog meer interviews en fotosessies toont hij het resultaat van zijn rondreis in de tentoonstelling Buitenmensen De stem van het platteland, nog tot 14 april 2024 in de Gentse Sint-Pietersabdij.

Landbouw is een kunst

Dries Delanote (49) is de oprichter van bioboerderij Le Monde des Mille Couleurs in Dikkebus (Ieper).
Dries Delanote (49) is de oprichter van bioboerderij Le Monde des Mille Couleurs in Dikkebus (Ieper). © Jelle Vermeersch

Dries Delanote (49) is de oprichter van bioboerderij Le Monde des Mille Couleurs in Dikkebus (Ieper). Dries is een boerenzoon grootgebracht op een industrieel landbouwbedrijf. Hij noemt zichzelf een wild farmer en wordt ook wel eens de Ché Guevara van de landbouw genoemd. Toprestaurants serveren zijn organisch geteelde producten. Hij benadert landbouw als een kunst. “Je moet de boer vrijheid geven. Tegen een kunstenaar zeg je toch ook niet hoe hij zijn kunst moet maken. Dat maakt al die biobedrijfjes zo mooi en zo authentiek. Iedereen doet het op zijn eigen manier”, legt hij die visie uit.

“Wij zijn de eerste generatie die planten en dieren eet die geen band hebben met de natuur. Dat is onze schuld, niet die van de consument. Veel zaken worden op water gekweekt en hebben nooit de volle grond gezien. Als je verantwoordelijk bent voor de voeding van je medemens, moet je ervoor zorgen dat je hen het beste geeft.”

Verbonden met de natuur

Martin Bacquaert (42) runt Entre-Deux-Monts, een wijndomein van 20 ha.
Martin Bacquaert (42) runt Entre-Deux-Monts, een wijndomein van 20 ha. © Jelle Vermeersch

Martin Bacquaert (42) runt Entre-Deux-Monts, een wijndomein van 20 ha met een jaarlijkse productie van 120.000 flessen, in Westouter bij Heuvelland. Hij volgde als bio-ingenieur een masteropleiding wijnbouw en oenologie in Frankrijk en deed daarna ervaring op bij verschillende gerenommeerde Franse en Italiaanse wijnhuizen. Hij startte in 2004 met het wijndomein Entre-Deux-Monts op de grond van zijn grootvader, gelegen tussen de Rodeberg en de Zwarteberg. “De verbondenheid met de natuur, het contact met de klanten en het feit dat je de hele cyclus in handen hebt, geven mij de meeste voldoening”, kijkt hij terug op zijn ervaringen tot nu toe. “Wij kunnen onze prijs ook zelf bepalen. Dat is voor een aardappelboer bijvoorbeeld wel wat anders.”

Les fêtes, les fêtes!

Gisèle Coudeville is de 88-jarige uitbaatster van Au Saint-Eloi, een Frans-Vlaams volkscafé in Houtkerke (Houtkerque) bij Watou.
Gisèle Coudeville is de 88-jarige uitbaatster van Au Saint-Eloi, een Frans-Vlaams volkscafé in Houtkerke (Houtkerque) bij Watou. © Jelle Vermeersch

Gisèle Coudeville is de 88-jarige uitbaatster van Au Saint-Eloi, een Frans-Vlaams volkscafé in Houtkerke (Houtkerque) bij Watou. Ze nam de zaak in 1958 over van haar ouders. Gisèle wordt de koningin van de Picon genoemd en staat je nog te woord in het oet vloamsch. “We hebben een burgemeester die nog gèren feest”, legt ze uit waarom het volkscafé volgens haar nog altijd floreert. “Les fêtes, les fêtes, zegt ie altied. Hij vergaart gèren menschen. Moest er hier een boer burgemeester worden, ’t is helemaale foutu. De boeren, zolange dakkik hier zien, khèn ze nog mo 5 keren gezien. Je ziet daarmee ook wel.”

Al ziet ze de tijden ook veranderen: “Goh, er zien al veel oede cafeetjes gesloten de latste jaren. En als ze open zijn, ze zijn tonne nie open, verstoa je? De cafébazen willen nu allemaale werken gelik de fonctionairen: opendoen wanneer da ze goeste hebben en toedoen wanneer da ze goeste hebben.”

Een totaal ander leven

Brigitte Afi Abenyedzi Awuve (44) werkte als poetsvrouw en volgt nu een opleiding tot verpleegkundige.
Brigitte Afi Abenyedzi Awuve (44) werkte als poetsvrouw en volgt nu een opleiding tot verpleegkundige. © Jelle Vermeersch

Brigitte Afi Abenyedzi Awuve (44) werkte als poetsvrouw en volgt nu een opleiding tot verpleegkundige. Ze is afkomstig uit Togo, heeft Ghanese roots en kwam in 2009 samen met haar zoon en dochter naar België. Ze woont nu samen met haar nieuwe partner in het gehucht Tour du Monde in Westvleteren. “Ik heb lang in een poetsbedrijf gewerkt, maar toen ik het als zelfstandige poetsvrouw wou proberen, kreeg ik moeilijk klanten. Het is wat het is, je kunt dat niet veranderen. De klanten gaan makkelijker in zee met bedrijven van blanke mensen. Ik mag dat niet persoonlijk nemen”, vertelt ze. “Ik woon hier graag, maar ik zal mijn land nooit vergeten. Als ik hier Afrikanen tegenkom, dan begrijpen wij elkaar. Het leven in Afrika is totaal anders. Hier draait alles om mama, papa en de kinderen. In Afrika is de hele familie over de generaties heen belangrijk.”

Deugd aan mijn erte

Cas Haeyaert (33) is geboren en getogen in Poperinge, waar hij in 2022 de eerste skateshop opende.
Cas Haeyaert (33) is geboren en getogen in Poperinge, waar hij in 2022 de eerste skateshop opende. © Jelle Vermeersch

Cas Haeyaert (33) is geboren en getogen in Poperinge, waar hij in 2022 de eerste skateshop opende. Hij bleef na zijn lerarenopleiding Engels-Geschiedenis hangen in Gent, werkte in Antwerpen in het verkoopteam van het brillen- en horlogemerk Komono en keerde toen terug naar Poperinge. “Toen ik in 2008 naar Gent vertrok, had ik het echt gehad met de tractors, de velden en de boeren. Ik wou naar ’t stad”, vertelt Cas. “Toen ik opgroeide stond alles in het teken van skaten: mijn vrije tijd, mijn manier van leven, mijn kledingstijl, mijn muziek en mijn vrienden. Zeker tijdens onze tienerjaren hebben wij onze identiteit uit skaten gehaald.”

“Maar na tien jaar Gent was ik echt content toen ik weer in Poperinge was. Ik voelde me thuis, het deed deugd aan mijn erte. In Gent was ik in de anonimiteit aan het wegglijden.”