Stadsgids Jo Berten schreef twaalfde boek: “Brugge is op zijn mooist als het regent”

Stadsgids Jo Berten aan het Brugse water. © Davy Coghe Davy Coghe
Stefan Vankerkhoven

‘Brugge, stad van water’ is het twaalfde en laatste boek van stadsgids Jo Berten. “Uitgeverij Borgerhoff&Lamberigts vroeg mij om een originele invalshoek. Het is een boek vol Brugse anekdotes, maar zonder foto’s geworden”, vertelt Jo.

Ook voor de vorige elf Brugge-boeken zocht en vond Jo Berten (78) telkens een aparte, onvermoede invalshoek. ‘Brugge etymologisch’ werd in Nederland verkozen tot meest originele toeristische gids.

Alleen ‘Brugge voor intelletuwelen’ (met de opzettelijke typfout), dat ik samen met Hedwig Dacquin en Nico Blontrock schreef, verkocht minder dan verwacht. Vele Bruggelingen namen het boek in de winkel in hun handen en dachten ten onrechte, dat is niks voor mij. De ironie hadden sommigen niet door”, knipoogt de Brugse gewezen leraar en stadsgids.

Boos

Jo Berten was een kleurrijk fenomeen als leraar Frans in Sint-Lodewijkscollege en is het ook als bewoner van Sint-Andries en als stadsgids. Hij fulmineert in de ‘Kroniek van Sint-Andries’ graag over de expresweg en noemt de nieuwe geluidsmuren de Gaza-strook, die in zijn eigen tuin als hij ‘s nachts naar de sterren kijkt, niet voor minder lawaai zorgen.

Hij is nog altijd boos op Musea Brugge en cultuurschepen Nico Blontrock omdat die de beste Brugse gidsen met een fel gecontesteerd examen de toegang tot onze musea ontzeggen.

Zelf mocht hij herhaaldelijk op vraag van het stadsbestuur Brugge promoten in het buitenland. Hij is het meest fier op een Italiaans referaat in Bologna. Op eigen initiatief trok hij in minder rumoerige tijden naar Sint-Petersburg en Moskou om er voordrachten over zijn geliefde geboortestad te houden. Bovendien gidste hij dertig jaar lang Bruggelingen rond in Parijs, met een accent op het literaire leven in de Franse hoofdstad.

Biografie

“Toen uitgeverij Borgerhoff&Lamberigts mij vroeg om een onderhoudende biografie over Brugge te schrijven, heb ik even getwijfeld. Er bestaan al zoveel boeken over Brugge en ik ben geen historicus. Ik voel mij niet bevoegd om een geschiedkundig naslagwerk te schrijven. Ik wil niet op de vingers getikt worden door professor Jan Dumolyn of voormalig stadsarchivaris Noël Geirnaert”, lacht Jo.

“In mijn zoektocht naar een nieuwe invalshoek, besloot ik Brugge te beschrijven aan de hand van het water. Vaak zeg ik toeristen: ‘U hebt tegenslag, want het is mooi weer vandaag. Brugge is op zijn schoonst in de regen, als de kasseien en de bakstenen gevels nat zijn.’ Vanuit die optiek heb ik acht maanden lang, vooral ‘s avonds en ‘s nachts, gewerkt aan ‘Brugge, Stad van Water’. Het boek zonder foto’s bestaat uit zes hoofdstukken.”

Wist-je-datjes

“Mijn boek staat vol anekdotes over ‘t Zwin, de reitjes, de haven, de handel en de kunst. Uiteraard link ik die thema’s altijd aan water. Ik geef de lezer heel wat weetjes mee. Zo haalde ik uit Marguerite Yourcenars roman ‘Hermetisch Zwart’ het feit dat de Brugse gemeenteraad in de 16de eeuw weigerde om zwaar te investeren in de strijd tegen de verzanding van het Zwin.”

“Wist je trouwens dat Georges Rodenbach, de auteur van ‘Bruges-la-Morte’, zich verzet heeft tegen de bouw van de Zeebrugse haven in 1907? Toen koning Leopold II in Parijs bij de première van Rodenbachs toneelstuk Le Voile in zijn loge zijn beslissing verkondigde, werd hij zo kwaad dat hij met slaande deuren zaal verliet. Majesteitsschennis!”

“Mijn boek is geen zwaarwichtig historisch werk. Zo leg ik plaatsnamen uit en dis ik eerder ongekende verhalen op. Een voorbeeld is dat van het amber langs de Rozenhoedkaai. Ik heb het niet kunnen laten om mijn persoonlijke visie over de Vlaamse Primitieven neer te pennen. Ik heb nu eenmaal een slecht karakter”, glimlacht hij.

Heiligschennis

“Het is ongetwijfeld heiligschennis in Brugge, maar hetgeen Jan van Eyck en Hans Memling geschilderd hebben, ontroert mij niet. Het is subliem artisanaal vakmanschap, maar die schilderijen hebben mij nog nooit een emotioneel moment bezorgd. De haarfijne manier waarop Jan van Eyck in detail het gewaad van kanunnik vander Paelen getekend heeft is fenomenaal, maar zet mij niet aan het dromen.”

“In tegenstelling tot bijvoorbeeld het oeuvre van Fernand Khnopff, Félicien Rops en Léon Spilliaert: hun werken laten mij angst of vreugde voelen. Als ik een collega-gids aan toeristen hoor zeggen hoe mooi de schilderijen van Jan van Eyck zijn, dan gaat die zijn boekje te buiten: niemand hoort in iemands plaats te zeggen dat iets mooi is”, zegt Jo beslist.

Nautilusbeker

“Voor mij was het moeilijkste hoofdstuk het laatste. Dat is gewijd aan de kerk. Vind maar eens elementen die religie verbinden met water! Een voorsmaakje: op het schilderij ‘De aanbidding door de herders’ in de Onze-Lieve-Vrouwekerk prijkt een van de drie koningen met een nautilusbeker. In de beker is een schelp verwerkt van een mythologisch wezen, half man half vis”, besluit Jo Berten.

‘Brugge, Stad van water’ kost 24,99 euro.