Maak een account aan en switch eenvoudig tussen jouw favoriete magazines

“Ik heb een enorme fascinatie voor IJslandvaarders”: Maaike Monkerey stelt nieuw boek ‘Roerloos’ voor in NAVIGO Visserijmuseum in Oostduinkerke

Van links naar rechts schepen Greet Verhaeghe, Johan Depotter, Jadrana Demoen (NAVIGO-directeur), auteur Maaike Monkerhey, Alberik Van den Haute (vertolkt de rol van scheepsjongen Piere), Rietje en Filip Berquet. © MVO
Myriam Van den Putte
Myriam Van den Putte Journaliste Het Wekelijks Nieuws

Met haar derde boek ‘Roerloos’ waagt auteur Maaike Monkerhey (45) uit Wijtschate zich aan een nieuw avontuur: dat van de IJslandvaarders. Het boek werd voorgesteld in het NAVIGO Visserijmuseum in Oostduinkerke.

Maaike is leerkracht in de Koningsdale Steinerschool in Ieper, waar ‘vertellen’ een echt vak is. Ze schrijft verhalen, organiseert vertelwandelingen, en bracht in 2017 haar eerste boek uit: Niet omkijken, Camille – het vluchtverhaal van een 12-jarige jongen in 1914, gebaseerd op waargebeurde feiten. In 2020 schreef Maaike Bellenhof, het verhaal van Leo Lebbe, dat start aan het eind van WOII in 1944.

Geen meiden aan boord

“Het zijn eigenlijk ‘hybride’ romans, deels ook historisch”, vertelt Maaike. “Geschikt voor iedereen tussen 11 en 111 jaar, om voor te lezen, samen te lezen en op te gaan in het verhaal. Bij mezelf sloeg de vonk voor het boek over toen ik een jaar of 11 was, bij het lezen van Geen meiden aan boord van Johan Ballegeer. Ik heb dit boek over stuurman Engel Cloet, die stierf tijdens een IJslandvaart, opnieuw en opnieuw gelezen, ja, gewoon kapotgelezen! Toen ik enkele jaren geleden – ik denk in 2019 – het NAVIGO Visserijmuseum (toen nog in de oude gedaante) bezocht, kreeg ik een rondleiding van gids Filip Berquet. Zo werd mijn belangstelling voor de IJslandvaarders helemaal getriggerd! En dat was de aanleiding voor mijn nieuwe boek, Roerloos! Filip en zijn vrouw Rietje geven bij de presentatie van mijn boek al een voorsmaakje van het verhaal in een korte scène waar moeder afscheid neemt van haar jonge zoon Piere, die voor het eerst voor zes maanden het zeegat uitvaart met de ‘Fiancée’ voor de ‘traverse’ naar IJsland, samen met zijn vader Theofiel.”

“Omdat ik een volstrekte leek ben als het gaat over de IJslandvisserij, heb ik grondige research moeten doen”

Zo licht Maaike al een tipje van de sluier, maar ze verduidelijkt ook dat ze drie verhaallijnen heeft verwerkt in het boek. “Dat is het jaar 1854, het jaar 1889 en het jaar 1989. Dat laatste doet waarschijnlijk wel een belletje rinkelen, want dat is het jaar dat potvis Valentijn hier aanspoelde op het strand van Sint-André. Omdat ik een volstrekte leek ben wat IJslandvisserij en kabeljauwvangst betreft, heb ik grondige research moeten doen. Want weet ik veel hoe zo’n zeilschip in de 19de eeuw eruitzag, hoe die galettes later werden vervangen door stoomschepen en gemotoriseerde trailers, hoe het leven aan boord eraan toeging. Massa’s boeken heb ik gelezen, waaronder Onze IJslandvaarders van Johan Depotter. Ik ben Johan bijzonder dankbaar voor zijn hulp!”

Varen uit noodzaak

Johan is al net zo’n geboren verteller als Maaike, zeker wanneer hij het heeft over de IJslandvaarders. Zijn interesse werd gewekt door het leven van zijn overgrootvader August Desaever, zelf een IJslandvaarder, en het boek De Laatste Vlaamsche Yslandvaarders van Juul Filliaert, dat hij vond bij een jaarlijkse vakantieopruiming op zolder. Johan probeert de geschiedenis van de IJslandvaarders aan onze Westkust bondig samen te vatten. “Na de Franse Revolutie komen de duinen hier vrij, maar de ‘Heren van de Duinen’ vragen voor 1 hectare 100 Belgische frank pacht per jaar aan de mensen van De Panne tot in Lombardsijde. Die arme mensen hadden helemaal niets en konden dat niet betalen. De IJslandvaart was voor boerenknechten bittere noodzaak, want dan betaalde de reder het voorschot voor de pacht. Alle schepen vertrokken toen vanuit Duinkerke. In de periode van de eerste twee verhaallijnen van Roerloos was vooral de topzeilschoener of de ‘galette’ populair. Er werd toen op kabeljauw gevist met de lijn, en die werd gepekeld bewaard in houten tonnen. De vissers zaten zes maand op zee, van maart tot september. Die terugkeer in september was niet toevallig, want die viel samen met de kermisweek in bijna alle vissersgehuchten van onze Westkust.”

Maaike licht nog een tweede sluiertipje en leest een stukje voor: “We zitten in IJsland op een begraafplaats in 1889, waar het vroor dat het kraakte. Helga en haar in robbenvellen ingepakte grootvader Olaf staan bij een graf met een klein wit kruis, met 1854 als datum en waarin een naam is gekerfd…” NAVIGO-directeur Jadrana Demoen en schepen Greet Verhaeghe benadrukken dat het museum de verhalen van de vele generaties IJslandvaarders en het visserijleven levendig houdt en doorgeeft aan de nieuwe generaties.

‘Roerloos’ telt 167 pagina’s, is uitgegeven bij Bibliodroom en verkrijgbaar in de bekende boekhandels voor 23,95 euro.

Lees meer over:

Partner Content