Een nieuwe Europese titel in het tijdrijden bij de beloften, zilver in diezelfde discipline op het wereldkampioenschap, twee zilveren medailles op het Belgisch kampioenschap tussen de grote jongens én verkozen tot Sportbelofte van het Jaar. 2023 was opnieuw een topjaar voor Alec Segaert (20). De jonge Lendeledenaar van Lotto-Dstny bevestigde nog maar eens dat hij de komende jaren de voortrekker van het West-Vlaamse wielrennen zal worden. Voor ons blikt hij nog eens terug op een schitterend jaar, die evenwel ook een gitzwarte pagina kende.
“2022 was een heel mooi jaar, maar ook over 2023 ben ik zeker heel tevreden. Op een andere manier wel, want de context was afgelopen jaar helemaal anders dan een jaar eerder. In 2022 reed ik nog volledig in de beloftecategorie en dan is het logisch dat je wat meer uitslagen bij mekaar kan rijden. Dat jaar won ik bijvoorbeeld een tiental koersen, terwijl dat er vorig jaar slechts drie waren. Daartegenover staat wel dat ik in 2023 mijn profdebuut gemaakt heb en dat die combinatie van prof- en beloftewedstrijden ervoor gezorgd heeft dat het vooral een heel leerrijk jaar was.”
“Het was een bewuste keuze om die combinatie te maken. Bij de beloften wilde ik proberen om in elke koers mee te doen voor de overwinning om zo winnaarsmentaliteit te kweken en de technieken en tactieken die je nodig hebt om finales te rijden aan te scherpen. Je ziet immers vaak dat iemand die te snel de oversteek naar de profs maakt het winnen precies wat verleert omdat hij sneller in een dienende rol geduwd wordt.”
Profdebuut
“Anderzijds kon ik proeven van enkele profwedstrijden, waarin ik soms ook mijn ding kon doen. Zo was Le Samyn eigenlijk mijn eerste échte kennismaking met het grote werk. Het was mijn eerste wedstrijd van meer dan 185 kilometer, mijn eerste keer met oortjes ook. Het was mijn taak om me met de ploeg zo goed mogelijk vooraan te proberen positioneren en dat draaide telkens goed uit, waardoor ik zelfs enkele keren in beeld gereden heb. Dat we die koers met de ploeg uiteindelijk ook winnen met Milan Menten, maakte het nog mooier.”
“Jammer genoeg bleven de overwinningen bij de beloften in het voorjaar wel wat uit, al is dat ook niet onlogisch. Ik ben niet de enige sterke belofte, hé. Desondanks tankte ik die eerste maanden van het seizoen wel veel vertrouwen. Ik merkte dat ik ook bij de profs zeker mijn mannetje kon staan.”
Roze
“Juni werd uiteindelijk een fantastische maand. En dat terwijl mei een kwakkelmaand was geweest. In Parijs-Roubaix was ik nog goed, al werd ik door pech pas twintigste, maar nadien ben ik ziek geworden. Waarschijnlijk door alle vuiligheid die ik tijdens Parijs-Roubaix heb binnengekregen. Ik heb toen een tijdje stilgelegen, waarna ik pas eind mei herbegonnen ben in de Ronde van Polen, met de nationale belofteploeg. Een succes werd dat echter niet, want ik viel in de eerste én in de tweede rit. Vooral die laatste val was stevig. Na de derde etappe kreeg ik dan ook nog koortsrillingen waardoor ik toch maar besloten heb om uit koers te stappen en niet meer te starten in de vierde rit. Ik heb toen weer een tijdje rust genomen en ondertussen ook nog twee examens gemaakt, waarna alle focus op de Giro Next Gen ging. Daar wilde ik voluit voor de roze trui gaan in de openingstijdrit. Dat roze was echt een hoofddoel afgelopen seizoen en dan is het natuurlijk fijn als dat dan ook effectief lukt. Ook de rest van die Giro liep eigenlijk fantastisch. We hadden daar niet echt een kopman, waardoor ik mijn eigen ding kon doen. En ik moet zeggen: ik heb mezelf daar echt verbaasd. In een ronde van een week met toch redelijk wat klimwerk en een aankomst op de Stelvio heb ik ondanks mijn postuur en mijn gewicht mooie dingen laten zien. Dat belooft sowieso voor de toekomst. Het kwam nochtans wat onverwacht, gezien die moeilijke meimaand. Ik denk dat ik daar evenwel ook op mijn goede winter heb kunnen teren.”
Zilver
“En dan kwamen die twee BK’s natuurlijk. Zilver in de tijdrit én in de wegrit, daar had ik vooraf wel voor getekend. Welke de mooiste was? Die van de wegrit, denk ik. Vooral omdat die veel onverwachter was en de onverwachte dingen zijn toch altijd net iets specialer, niet? Natuurlijk speelt het ook mee dat dat BK op de weg in Izegem was, op vijf kilometer van mijn voordeur. Ik voelde echt de steun van het publiek. Als we in Ingelmunster door het fandorp van Yves Lampaert reden, werd hij natuurlijk vooruit geschreeuwd, maar voor het overige hoorde ik langs het parcours toch ook wel héél vaak mijn naam. Of dat me vleugels gaf? Uiteraard!
“Het BK in Izegem was veruit mijn mooiste dag ooit op de fiets”
Weet je, die dag op het BK was zeker niet mijn allerbeste dag op de fiets – wat achteraf ook bleek uit mijn waardes – maar het was wel met voorsprong mijn mooiste dag op de fiets. Al heb ik die laatste rechte lijn wel nog vaak herbeleefd. Achteraf gezien denk ik dat ik een klein foutje gemaakt heb door nog even te twijfelen net voor ik de sprint aanga. Al denk ik niet dat ik Remco anders had geklopt, hoor. Anderzijds: mocht ik nu al Belgisch kampioen geworden zijn, was dat er misschien ook wel een beetje over geweest. (lacht) Het was gewoon een fantastisch mooie dag waarin alles perfect samenkwam. Hetzelfde geldt voor die tijdrit, want ook dat was vooraf wel een vraagteken, want ik had nog nooit een tijdrit gereden tegen die toppers als Wout van Aert, Remco Evenepoel en Yves Lampaert. Dat ik dan enkel Wout van Aert moeten laten voorgaan – ook omdat Remco in de gracht reed -, daar kan ik uiteindelijk wel mee leven.” (lacht)
Veel erkenning
“Er is wel een voor en een na het Belgisch kampioenschap, want sindsdien is het qua media-aandacht echt ontploft. Het is alsof iedereen dat BK gezien heeft. Ook in het peloton. De Giro is bij de beloften de allergrootste ronde en daar droeg ik uiteindelijk toch de leiderstrui en speelde ik mee voor de top 10, maar dat had amper iemand opgemerkt. Mijn prestatie op het BK daarentegen maakte veel meer los. Ik kreeg daar in het peloton veel erkenning en appreciatie voor.”
Zilver bis
“Al brachten die prestaties ook wel hogere verwachtingen mee. Zo ook op het Wereldkampioenschap in het Schotse Glasgow. In de tijdrit pakte ik zilver. Dat was die dag het hoogst haalbare. Al heeft het feit dat mijn broer Loïc tijdens mijn tijdrit plots niet in de auto mocht zitten wel een invloed gehad. Ik heb daar de dagen voor de tijdrit wel wat van wakker gelegen, ja. Ik denk niet dat het doorslaggevend was, de kloof met het goud was uiteindelijk elf seconden, wat toch te veel is om het puur daarop te steken, maar het blijft wel knagen.”
“Toch kan ik uiteindelijk wel leven met het zilver, want uit de analyse achteraf bleek ook dat ik het nergens had laten liggen. Dan was de wegwedstrijd meer een gemiste kans. Bondscoach Sven Vanthourenhout was achteraf terecht streng. Zeker omdat alle grote landen mee waren met de vroege vlucht – die uiteindelijk voorop blijft – behalve wij. Is er iemand mee van ons hebben we de controle en kan ik misschien meespelen voor een medaille. Nu word ik slechts zevende. Maar hoewel er meer in zat, was ik wel tevreden. Het was qua resultaat mijn beste kampioenschap op de weg. Normaal focus ik vooral op die tijdrit, maar nu had ik ook tijdens de wedstrijd echt het gevoel dat ik meespeelde. Ook dat belooft voor de toekomst.”
Tijl
“Jammer genoeg kende mijn jaar ook een gitzwarte pagina door het overlijden van mijn ploegmaat Tijl De Decker (22). Ik kende Tijl nog maar sinds het begin van het jaar, maar het klikte heel goed tussen ons. In een half jaar zijn we echt goede vrienden geworden. In de week voor Parijs-Roubaix voor beloften is hij zelfs een week bij ons blijven logeren. Als een soort ministage. Alles wat jij doet, doe ik ook, had hij gezegd. We zouden die wedstrijd winnen, dat stond vast. Uiteindelijk is het hem ook effectief gelukt. In die periode hadden we echt een supersterke band gesmeed. We hadden zelfs plannen om deze winter samen op stage te gaan. Maar dan gebeurt dat ongeval. (zwijgt even) Ik had Tijl die ochtend nog gehoord. Toen ik het nieuws hoorde, had ik eerst ook niet door hoe ernstig de situatie was. Er werd wel gezegd dat hij in coma lag, maar ik dacht aanvankelijk dat ze hem in een coma hielden om hem te laten herstellen. Maar dan kwam dat bericht, ’s morgens vroeg op 25 augustus. Op de dag van de zwaarste rit van de Tour de l’Avenir, waar ik op dat moment aan het rijden was. Het was onwezenlijk. De tranen vloeiden rijkelijk. We hebben ons aanvankelijk met de ploegmaats op het terras van ons appartement gezet met het zicht op de bergen. Toch hebben we besloten om die dag te starten aan de etappe. Een hele dag op mijn kamer zitten, had me immers ook geen deugd gedaan. Onderweg heb ik evenwel veel aan Tijl gedacht en na aankomst bovenop de Col de la Loze heb ik me met een ploegmaat op een bankje op de top gezet. Dat deed me heel veel, want zo kreeg ik ergens het gevoel, zo tussen de bergtoppen, dat Tijl dichtbij was.”
“Sindsdien gaat er geen dag voorbij waarin ik niet aan hem denk. Schrik heb ik er evenwel niet door gekregen. Tijl heeft gewoon zo ontzettend veel pech gehad. Een auto kwam van zijn oprit gereden en had Tijl niet zien aankomen, waardoor hij vol door de ruit gevlogen is, met dan ook nog eens de brute pech dat er een stuk glas net in zijn halsslagader terechtgekomen is. Een paar dagen na zijn overlijden heeft zijn broer Alfdan de ploeg ook toegesproken en daar heb ik heel veel aan gehad. Hij heeft dat echt fantastisch gedaan.”
Opnieuw Europees kampioen
“Maar hoe cru het ook is, het leven gaat onverminderd voort. Hoewel ik op het moment zelf – en nu nog steeds – veel verdriet kende, heb ik toch geprobeerd om het zo snel mogelijk een plek te geven, want de koers, en ook de examens die ik die periode moest maken, ging verder. Het Europees kampioenschap kwam er heel snel aan. Op dat EK had ik in de tijdrit evenwel een supergevoel, wat de uitslag ook bevestigt, waardoor ik mijn tweede Europese titel bij de beloften kon pakken. Opnieuw een heel mooie titel. Al was die van een jaar eerder misschien nog specialer. Ook hier: die was onverwachter, hé.”
“De wegrit anderzijds was een heel gesloten wedstrijd en daar zat een goed resultaat er eigenlijk nooit echt in. Het was ook een beetje een vreemde dag, want normaal gezien had Tijl er op dat EK ook bijgeweest, dus heb ik daar die dag ook wel bij stilgestaan. Maar uiteindelijk was die nieuwe tijdrittitel, de derde op een rij, opnieuw heel erg mooi.”
Belofte van het jaar
“Dat ik dan ook nog verkozen werd tot Flandrien van de Toekomst en Belofte van het Jaar op het Sportgala zijn in dat opzicht ook heel mooie bekroningen, want het is toch opnieuw een bevestiging dat ik mooie dingen gepresteerd heb afgelopen jaar. Vooral die verkiezing tot Belofte van het Jaar koester ik heel hard, want daarvoor moet toch gestemd worden én die prijs is over alle sporten heen. Dat is voor mij toch wel een teken dat ik positief overkom en dat ik geapprecieerd word.”
“Ik wil dit jaar stilletjes aan resultaten beginnen rijden bij de profs”
“Of het in 2024 nog beter kan? Wie weet. De Olympische Spelen halen (Segeaert staat op de longlist, red.) is niet echt een doel, maar het zou vooral een mooie bonus zijn. Ik wens vooral dat 2024 minstens even goed wordt als 2023. Ik wil elk jaar beter worden en stappen zetten, wat betekent dat ik dit jaar stilletjes aan regelmatige resultaten wil beginnen rijden bij de profs. En ook een wereldtitel tijdrijden bij de beloften wordt een van de grote doelen.”
Het beste van KW
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier