Straffe Hendrik versus ‘zijn’ Golden Boys: volleyseizoen start met terugkeer van Tuerlinckx naar Knack

De hechte vriendengroep met Hendrik Tuerlinckx, Stijn Dejonckheere, Matthijs Verhanneman (onder), Ruben Van Hirtum, Pieter Coolman en Stijn D’Hulst. Ze noemen zich de ‘Golden Boys’. © gf
Arjan Desante
Arjan Desante Medewerker KW

Liefst dertien seizoenen lang was hij de chouchou van Knack Roeselare, als sterspeler en kapitein. Waarop Knack als eerbetoon zélf verzocht om als eerste wedstrijd van de nieuwe competitie meteen Volley Haasrode Leuven, de nieuwe club van ‘Straffe Hendrik’, te mogen ontvangen. Naast een overvolle prijzenkast hield Hendrik Tuerlinckx (33) vooral een hechte vriendengroep over aan zijn Roeselaarse periode. Ze noemen zichzelf de ‘Golden Boys’ en zijn vastberaden om hun boezemvriend zonder punten naar huis te sturen.

Het verhaal is inmiddels bekend: op 33-jarige leeftijd kondigde kapitein Hendrik Tuerlinckx verrassend zijn vertrek bij Knack Roeselare aan. Zijn nieuwbouwwoning in Averbode was net afgewerkt, er kwam gezinsuitbreiding aan én bij Haasrode Leuven kreeg hij nog een driejarig contract aangeboden. Hoewel het afscheid hem zwaar viel, waren de pluspunten te groot om te negeren. Maar, dat was meteen zeker, hij zou zijn vrienden van Knack – de zogenaamde Golden Boys – blijven zien. “Dat zijn vrienden voor het leven geworden.”

Verhanneman: trouwgetuige en samen op reis

Net als Tuerlinckx heeft Matthijs Verhanneman (32) al dertien Knack-seizoenen achter de rug, met tussenin een buitenlands avontuur. Hij begint zaterdag dus aan zijn veertiende seizoen in het blauwe shirt. “Maar eigenlijk ken ik Hendrik al langer, van bij de nationale jeugdselecties. Het klikte meteen tussen ons”, haalt Verhanneman herinneringen op. “We speelden al die jaren niet alleen bij Knack samen, maar ook bij de nationale ploeg en dan nog eens beachvolley in de zomer. En die paar weken op een jaar waarin we niet volleybalden, gingen we geregeld samen op reis.”

Dat de vriendschap verder gaat dan het volleybal, is intussen wel duidelijk. Beide volleyballers waren getuige op elkaars huwelijk én zijn peter van elkaars kinderen. “De band die we met de Golden Boys hebben, is moeilijk te beschrijven. Het is een soort onvoorwaardelijke vriendschap die we echt moeten koesteren. Net zoals we op het veld elk een eigen functie en kwaliteiten hadden, blijken we ook naast het veld enorm compatibel.”

Verhanneman weet als geen ander dat Haasrode Leuven straks een te duchten tegenstander wordt, met Tuerlincks als aanwinst. Maar cadeautjes worden er niet uitgedeeld. “Er is geen enkele hoofdaanvaller tegen wie ik al zoveel gestaan heb op training. Ik heb dus als het ware dertien jaar getraind voor dit moment”, lacht Verhanneman. “Bij een blok op Hendrik zal ik wel extra genieten, maar ik ben ervan overtuigd dat het ook andersom zo zal zijn. Dat is nu eenmaal wie we zijn, winnaars.”

D’Hulst: ’s middags ‘Top Gear’ kijken

Spelverdeler Stijn D’Hulst (30) schopte het vorig seizoen tot Speler van het Jaar in de Belgische competitie en start aan zijn negende seizoen bij Knack. “Eigenlijk was mijn eerste indruk destijds dat Hendrik een nogal groot machogehalte had”, lacht D’Hulst. “Maar eenmaal we teamgenoten waren, klikte het snel tussen ons. We vonden elkaar blindelings op het veld en werden ernaast heel goede vrienden. Zo bleef ik ‘s middags vaak bij Hendrik tussen twee trainingen door, omdat ik in Kortrijk woonde. Een broodje eten en Top Gear kijken, dat was onze standaardlunch.”

“Het is raar om niet meer samen met hem op het terrein te staan, al is het door het EK met de Red Dragons nog maar van september geleden. Toch horen we elkaar nog bijna dagelijks in onze WhatsApp-groep. We hebben zoveel emoties samen beleefd, dat veeg je niet zomaar uit. Hendrik verdient zijn bijnaam Straffe Hendrik omdat hij er altijd staat op de belangrijke momenten. Hij kan ongelooflijk pieken. Op én naast het veld. Want hij kan ook genieten van een pintje, bijvoorbeeld tijdens een titelviering. Zo miste hij toch eenmaal een huldiging op het stadhuis…” (lacht)

Van Hirtum: neus aan neus op training

Ruben Van Hirtum (31) verdedigde de kleuren van Knack tot 2019, een zware knieblessure maakte toen een einde aan zijn carrière. Momenteel is hij aan de slag als advocaat. “Door die blessure weet ik wat een afscheid in mineur is. Een speler zoals Hendrik verdient alvast beter dan een afscheid in een lege zaal. Het is dus héél mooi dat dit de openingsmatch wordt”, aldus Van Hirtum.

“Ik weet dat Hendrik erop gebrand is om te tonen dat hij nog steeds dé man is in Schiervelde. Dat gun ik hem ook wel. Meer nog: hij mag straks de match van zijn leven spelen. Maar op het einde van de rit wil ik toch altijd dat Knack wint. Die club zit echt wel in mijn hart, net zoals de Golden Boys. Die bijnaam kwam er eigenlijk gewoon omdat alles wat we aanraakten op een gegeven moment in goud leek te veranderen. Het was een zalige periode, waarin we eigenlijk dagelijks samenwerkten met onze beste vrienden. En dat zijn we nog altijd. Als ik volgend jaar mijn vrijgezellen vier, is het een zekerheid dat zij van de partij zullen zijn.”

Volgens Van Hirtum is het de enorme winnaarsmentaliteit die de vrienden bindt. “Hendrik en ik hebben meer dan eens neus aan neus gestaan, toen de ene het wat liet afweten. Eén keer was het zo erg dat iedereen dacht dat het nu écht zou ontploffen. Tot we beiden gewoon in de lach schoten. Het is die ingesteldheid die ons zoveel successen bezorgde. Hendrik is trouwens ook naast het veld een voortrekker. Een bon vivant, die vaak initiatief neemt om af te spreken. En vooral: hij krijgt het niet over zijn hart om een afspraak met zijn vrienden te missen. Ik ken maar weinig mensen met zoveel FOMO (fear of missing out, de angst om iets te missen, red.).”

Dejonckheere: producer tijdens uitzendingen

Net als Van Hirtum nam ook Stijn Dejonckheere (33) afscheid in 2019. Nu is hij nog steeds als brand manager verbonden aan de club, naast zijn job als medezaakvoerder bij productiehuis Clementine. “Net dankzij die job konden we elkaar ook tijdens coronatijden geregeld blijven zien”, vertelt Stijn. “Er was geen publiek toegelaten tijdens de wedstrijden, maar ik was er als producer voor de televisie-uitzendingen en Ruben als commentator. Toch is het natuurlijk veel fijner nu er wel supporters bij zijn, zeker om fatsoenlijk afscheid te kunnen nemen van Hendrik.”

“Wat mij betreft, was hij hier bij Knack altijd het smeermiddel in de groep. Hendrik kan ook geen moment stilzitten of alleen zijn. Tijdens een Europese verplaatsing zou hij bij wijze van spreken van deur tot deur gaan, tot uiteindelijk niemand nog op zijn kamer zit. Niet om te pintelieren, hé – daarvoor nemen we onze sport te serieus – maar hij is gewoon enorm sociaal. Zeker tijdens onze beginperiode bij Knack zaten we echt constant samen. Nu hij verhuisde naar het verre Averbode is het natuurlijk moeilijker geworden om af te spreken, maar ik ben er rotsvast van overtuigd dat onze hechte vriendschap blijft standhouden.”

Coolman: liefst een kurkdroge overwinning

Pieter Coolman (32) is de laatste Golden Boy en start straks aan zijn tiende seizoen bij Knack. Ook hij kijkt uit naar de terugkeer van Hendrik, al blijft hij op sportief vlak meedogenloos. “Het zal natuurlijk raar zijn, maar eenmaal de match begint, is het hard tegen hard. Liefst met een kurkdroge overwinning voor ons”, klinkt het.

“Er zijn straffe anekdotes genoeg over Hendriks jaren in Roeselare, maar ik vrees dat de meeste niet voor publicatie vatbaar zijn. Hij kan zowel op als naast het veld straf uit de hoek komen en gaat nooit als eerste naar huis, laat het ons daarbij houden. Sowieso is onze vriendengroep iets speciaals. Om een recent voorbeeld te geven: onlangs kocht Stijn D’Hulst nog zes tickets voor een optreden, zelfs zonder te vragen of het voor iedereen zou lukken. We vonden dit allemaal geweldig en zorgen dan ook graag dat het effectief lukt!”


Hendrik Tuerlinckx: “Het wordt raar, maar zonder tranen”

Hij weet dat alle ogen op hem gericht zijn zaterdagavond, maar toch kijkt Hendrik Tuerlinckx (33) vooral reikhalzend uit naar zijn terugkeer. “Het wordt natuurlijk raar om in het andere kamp te staan, maar ditmaal zal het zonder tranen zijn”, verzekert hij. “De emoties zijn er vorig seizoen al uitgekomen na mijn laatste match, intussen is het al wat meer bezonken. Nu zie ik het vooral als een kans om heel wat mensen bij Knack Roeselare te bedanken voor al die fijne jaren. Door corona is dat eind vorig seizoen helaas niet gelukt, maar ik vind dat wel belangrijk. Dat Knack zelf gevraagd heeft om deze match op de openingsspeeldag in te plannen, is echt een mooi teken van waardering. Ik besef heel goed dat de kalendercommissie erg zelden ingaat op dergelijke verzoeken…”

Natuurlijk draait het zaterdag niet alleen om Tuerlinckx, maar vallen er ook gewoon drie punten te verdienen. “We hebben niet de pretentie om te zeggen dat we met Haasrode Leuven moeten winnen in Roeselare, we mogen ook niet ontgoocheld zijn bij verlies, maar we moeten er wel ten volle in geloven”, weet Tuerlinckx. “Ik heb in het verleden genoeg ploegen gezien die zonder geloof naar Schiervelde afzakten. Die mindset wil ik bij ons toch absoluut niet zien. En met mijn vrienden hoef ik ook niet in te zitten. Wat er zaterdag ook gebeurt, onze vriendschap staat daar ver boven.”