Heulenaar Briek Jolie is jongste arbiter van het land

Briek Jolie floot ondertussen al drie jeugdwedstrijden. © GH
Redactie KW

Vijftien jaar is hij, Briek Jolie. De centrale verdediger bij FC Gullegem besloot vorig jaar dat hij naast voetballer ook scheidsrechter wou worden. Hij volgde de opleiding al op zijn veertiende, en zodra hij verjaarde, floot hij zijn eerste partij.

“Scheidsrechter zijn, kan pas vanaf de leeftijd van vijftien jaar”, opent Briek Jolie uit Heule. “Op het moment dat ik mijn examen aflegde was ik pas veertien. Ik moest dus nog wachten tot mijn verjaardag op 25 oktober om een officiële wedstrijd te kunnen leiden. Twee dagen later floot ik de partij tussen Otegem en Avelgem. Ik had wel wat zenuwen. Ik had een lijst met wel dertig puntjes die ik zeker niet mocht vergeten, zoals het wedstrijdblad, controle van de schoenen en de rugnummers… Intussen floot ik drie partijen, telkens bij de jeugd.”

FC Gullegem

Naast zijn prille scheidsrechterscarrière is Briek ook actief als speler bij FC Gullegem. “Als er iets onduidelijk is, zeggen mijn ploegmaats wel eens al lachend: ‘vraag het maar aan den arbiter’, ik dus, ‘hij zal het wel weten’. Ze bedoelen het goed uiteraard. Eigenlijk startte mijn club een tijdje terug een scheidsrechtersproject op, waarbij de eigen spelers ook jeugdpartijen bij de allerjongsten mochten leiden. Daarna kreeg ik de kans om een officiële opleiding te volgen bij de KBVB, en die greep ik met beide handen. Ik zie me vooral na mijn actieve voetbalcarrière wel overschakelen naar official, maar op dit moment zou ik moeilijk kunnen kiezen.”

“Het moeilijkste is zonder twijfel bepalen van buitenspel”

Omdat hij zelf ook voetbalt, kan Briek goed inschatten hoe hij zich best opstelt als scheidsrechter. “Ik ben niet de strengste scheidsrechter. Ik ga niet overbodig met kaarten zwaaien, of het spel te vaak stil leggen. Omdat ik weet hoe dat overkomt op spelers. In de afgelopen tien jaar als speler kreeg ik trouwens zelf nog nooit een rode kaart. Ik ben een rustig type. Het moeilijkste is zonder twijfel het bepalen van buitenspel. Zeker bij wedstrijden die veel op en neer gaan, is het niet evident om telkens je diagonaal te belopen“, besluit de student Latijn-Wiskunde, die er aan denkt om later rechten te gaan studeren. (GH)