Momenteel zijn de renovatiewerken aan ‘In de Oude Sint-Pieter’ de laatste fase in gegaan. Het best draaiende café van Izegem, met een zeer rijk verleden, is zo klaar voor de toekomst. “Ik droomde van een uitbreiding op de bovenverdieping, maar die komt er voorlopig niet”, zegt Dieter Vandriessche.
Café ‘In de Oude Sint-Pieter’, kortweg De Pieter genoemd, is het oudste café van Izegem. In 1779 was het al bekend, in 1839 werd het eigendom van de familie Carpentier. Er was ook een tijdlang een slagerij die gecombineerd werd met het café. Je kon er toen al warme maaltijden nuttigen op de voute, wat nu dus opnieuw het geval is.
Het was in 2003 Piet Hendrik Descheemaeker die het estaminet nieuw leven inblies, vorig jaar werd dan ook het 20-jarig bestaan van de heropening gevierd. Begin 2007 namen Pieter Vanhaverbeke en Curt Quaegebeur het over, in 2012 was het de beurt aan Dieter Vandriessche en zijn ondertussen ex-partner Charlotte Geerolf. Dieter (46) is er nu nog altijd de patron. Hij haalde ook een koksdiploma in Ter Groene Poorte en is eigenlijk afkomstig van Oudenaarde. “Mijn ouders hadden al een restaurant op het Simon Stevinplein in Brugge. Dat draaide goed, maar toen ze daar weg moesten, kozen ze voor een pand in de Henri Horriestraat in Roeselare. Daar baatten ze De Gondel uit, met Charlotte heb ik toen die zaak over genomen. We hebben er grondig verbouwd, toen ook al”, verwijst Dieter naar de verbouwingen aan De Pieter die nu in een afrondende fase zitten.
Tafel 14 sneuvelt
De zaak kreeg ook een andere naam: Tafel 14. “Toen we verbouwden, moesten we één tafel laten sneuvelen. Die hebben we dan in ere gehouden door onze naam er aan te wijden. Pieter en Curt kwamen regelmatig op maandag iets eten bij ons, dus brachten wij eens een tegenbezoekje aan het café. Ik kende Izegem niet, voor we in Roeselare neerstreken kende ik daar eigenlijk ook enkel maar de Catacombes. Maar hier In de Oude Sint-Pieter waren we meteen gecharmeerd door de sfeer die hier hing.”
“Toen we hier de eerste keer zelf kwamen, vielen we voor de charme van dit café”
Toen de vorige uitbaters te kennen gaven de zaak over te laten, stapte het koppel in het verhaal. De relatie liep even later wel op de klippen, maar terwijl Charlotte het gezicht van de zaak bleef, werkte Dieter nog altijd achter de schermen mee. Toen Charlotte vertrok, kocht Dieter ondertussen het pand en liet het dus recent ook helemaal renoveren. Als je nu in het Sint-Pietersstraatje stapt, denk je op een werk van inpakkunstenaar Christo te stoten. “Eigenlijk was de gevel al aan renovatie toe. Maar toen de aannemers aan de slag gingen, bleek dat er uiteindelijk een heel nieuwe gevel en een totaal nieuw dak nodig was. Er moet hier ooit nog tijdens de oorlog een bom zijn binnen gevallen waarvan de schade nu nog merkbaar was. Van werken die al een aardige duit zouden kosten, komen we nu op een complete nieuwe voorgevel en dak en een investering die het veelvoud bedraagt. Maar als straks alles af is, zal de bovenverdieping weer bewoonbaar zijn, ik zal hier dan intrekken.”
Want voor die bovenverdieping koesterde hij ook plannen. “Eigenlijk had ik graag de zaak daar uitgebreid. In de hoek zou een trap komen, boven wilde ik dan ruimte voor voldoende tafeltjes, maar ook voor een bar. Ik zag het al helemaal voor me.”
Terras met 130 plaatsen
Maar die plannen zitten dus voor even in de koelkast. Het café is tot ver buiten de stadsgrenzen bekend, het gaat iedere dag open om 18 uur. “We zijn zeven op zeven open, maar enkel ‘s avonds. Maar het is hier inderdaad vaak volle bak. Reserveren kan hier maar vanaf acht personen, daarnaast werken we met een wachtlijstje. De mensen kunnen hier beneden aan de toog of buiten op het terras eerst iets drinken voor ze een hapje eten.”
Voor Charlotte en Dieter er neerstreken was de eetkaart beperkt tot een portie kaas en een croque, nu staat De Pieter vooral bekend om de spaghetti, moussaka, lasagne… “Op zomerdagen maken we hier wel 30 liter spaghettisaus die allemaal de deur uitgaat. Ik werk hier nog met drie vaste mensen en een aantal flexi’s. Alles wordt hier vers bereid, mijn mensen zijn ook inzetbaar op diverse plaatsen. En de spaghettisaus is nog een recept van mijn moeder dat we wat gepimpt hebben.”
Binnen kunnen er 60 mensen plaatsnemen om te eten, buiten is er nog een terras voor 130 man. En dat zit vaak helemaal vol. “Maar je kan hier ook gewoon iets komen drinken. We hebben een 120-tal streekbiertjes, Triporteur is ons huismerk. We bieden ook altijd enkele suggesties aan op de wisseltap en we serveren zomer en winter aangepaste cocktails die gesmaakt worden.”
Het interieur met heel wat heiligenbeelden en andere antiquiteiten bepaalt mee de sfeer. Net als de muziek. “Vroeger stond hier nog een dj-tafel en was het de gewoonte dat enkele vaste klanten daar geregeld muziek kwamen spelen. Vooral muziek van de jaren ’60 tot ’80, die afspeellijsten die de dj’s samenstelden hebben we behouden en draaien we hier nu nog.”
Dieter komt uit een echte horecafamilie, zijn grootouders en ook twee tantes hadden een café, zijn broer Joerie runt nu nog Bon Appetit in de Vlamingstraat in Roeselare, maar die zaak staat over te nemen. “Zelf heb ik altijd gezegd dat ik het tot mijn 55 jaar zou willen doen, ik heb dus nog wat jaren te goed.”
Koffietje voor Kowlier
De sfeer onder de klanten is ook heel relaxed. “We hebben hier een erg gevarieerd publiek, van tamelijk jong tot mensen die al met pensioen zijn en rustig komen genieten. Dat willen we ook zo houden. En er komt hier ook wel eens bekend volk over de vloer. Als er iemand komt optreden in De Leest sturen ze ze wel eens vaker naar hier om iets te eten. Maar we worden daar niet altijd van op de hoogte gebracht, soms is hier een bekende gast gepasseerd zonder dat ik het door heb. Maar Flip Kowlier springt ook wel eens binnen, om een koffietje te drinken.”
Volgende week: De Pub in Roeselare.
Het volkscafé
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier