Nico laat de geschiedenis herleven in ‘A La Cour De Ste-Cécile’: “Tournée Minérale, daar zit geen enkele cafébaas op te wachten”

Nico Follens (rechts) in zijn café op een zondagmorgen, terwijl er net een groep wielertoeristen is gearriveerd. Op de achtergrond bemerk je de portretten aan de wand die het café een unieke sfeer geven. © WMe by Wouter Meeus
Wouter Vander Stricht

Nico Follens (54) toverde zijn krantenzaak om tot het café waar hij straks al twee jaar achter de toog staat. “We houden het hier simpel en gezellig”, benadrukt hij. De man houdt van geschiedenis en daarom koos hij ook voor de naam A La Cour De Ste-Cécile, zoals het café in hetzelfde pand ook heette tot 1941.

80 jaar later, op 8 mei 2021, opende Nico de deuren op de Wapenplaats. “Dat was net na de laatste lockdown, er mocht enkel open gehouden worden op het terras. Voor- en achteraan hebben we hier een terras en we kunnen ook de poort open zetten.”

Nico is een rasechte Wakkenaar. “Ik ben niet weggeraakt van onder kerktoren”, glimlacht hij. Nico startte ooit nog een Gamma-filiaal op, was ook jarenlang chef in een magazijn, maar uiteindelijk zou hij ook elf jaar een krantenzaak draaiende houden. “Maar corona was daar de doodsteek, je hebt nog nauwelijks zelfstandige zaken die over blijven.”

“We willen de sfeer hier volks en leutig houden”

Die krantenzaak ruilde hij dus in voor een café. Een switch naar de horeca dus, naar een sector die het ook niet altijd makkelijk heeft. “Een café is zeker nog leefbaar. Maar als je vast hangt aan een brouwer, een hoge huur moet betalen en ook nog veel personeel moet inzetten, dan is het een ander verhaal. Hier zijn we eigenaar van het pand en doe ik het grotendeels in mijn eentje.”

Jeugdclub Zjuzjup

Nico kan in het weekend uiteraard ook rekenen op de helpende handen van zijn echtgenote Anne-Marie Allaert, zonen Stan (24) en Gerben (22) bewandelen ondertussen al andere professionele paden. “Café houden was mij niet vreemd, ik ben vijf jaar voorzitter geweest van de voormalige jeugdclub Zjuzjup. Daar leerde ik al achter de bar staan.”

“Op 14 dagen tijd bouwden we de krantenzaak om tot café, de toog hebben we behouden”

Opvallend ook geen tap in A La Cour De Ste-Cécile. “Onze pils is hier Jupiler, die we uit het flesje serveren. Hier in deze streek moet je Jupiler schenken. Mensen zijn op dat vlak soms rare beestjes. In andere regio’s hebben ze een andere vaste pils, zoals bijvoorbeeld Roman hier net over de provinciegrens, en zelfs multinationals als Inbev kunnen daar dan niet inbreken in de lokale gewoontes. We hebben ook heel wat streekbiertjes zoals ook Papegaei, Geuze Boon, Vlaamsche Leeuw,… die niet overal verkrijgbaar zijn. Ik haal mijn bieren bij een bevriende drankenhandelaar in Deinze,” verklapt Nico.

Garnizoen op de Wapenplaats

Op 14 dagen tijd bouwde hij het café om van krantenzaak naar café. “De toog is nog dezelfde, we hebben die enkel wat uitgebreid.” Aan de muren hangt het vol met oude portretten, het café heeft een niet-alledaags interieur. “De meeste portretten heb ik gekregen, soms gaat het ook om verre familie van mij. Maar het geeft een huiselijk gevoel.”

Ook aan de muur een kopie van een houtsnede van 400 jaar oud. “Weet je dat Wakken een van de oudste plaatsen is van het land?”, zegt de historicus in Nico Follens. “Ja, ik ben vaak met geschiedenis bezig en ik verzamel ook veel over de oorlog. We zitten hier op de Wapenplaats, maar dat is zo genoemd omdat hier een garnizoen van de Duitsers gevestigd was, ze hadden onze markt ook helemaal overbouwd. Hier in dit gebouw, waarvan de gevel net als van vele andere gebouwen in het centrum beschermd is, hebben ook nog Duitse soldaten geslapen.”

Bijna geen cafés meer

Maar slapen kun je er nu niet meer en ook niet eten. “We serveren hier inderdaad geen eten. Mijn principe is dat je maar één ding goed kunt doen. We houden het dus gewoon bij een café. Zelf drink ik tijdens het werk quasi niks, bij het afsluiten zou ik wel eens een pintje durven mee drinken. Maar als ik aan de slag ben, is het hard werken natuurlijk. Zeker als je er alleen voor staat. Op maandag ben ik gesloten, dinsdag ga ik om 8.30 uur open voor de markt, woensdag, donderdag en vrijdag open ik om 16 uur en in het weekend van ben ik ’s morgen open, maar sluiten we kort na de middag even. Op de marktdag hebben we natuurlijk wel wat mensen die hun koffie of pintje komen drinken. Het is ook een echte koopmarkt, ik denk dat alle standhouders het ook goed doen. Maar er is ook veel verdwenen in Wakken. We hebben hier nog wel twee bakkers, maar geen echte beenhouwer meer. En ik heb zelf nog vier slagers gekend hier in het dorp. Er zijn wel nog een aantal restaurants, die het stuk voor stuk echt goed doen, maar het aantal cafés is beperkt tot twee. En in heel Groot-Dentergem zijn er nauwelijks nog cafés.”

Verenigingen zitten er niet echt in A La Cour De Ste-Cécile. “De mensen van het Nieuw Wakkens Toneel komen hier vergaderen, ook de mannen van Het Rijdend Wiel en het comité van Sleuterrock uit Oeselgem komen hier ook vaak over de vloer. Op zondagmiddag hebben we een vast groepje dat hier vrijblijvend darts komt spelen. Maar we hebben vooral veel volk van Wakken zelf. Ik heb mezelf ook altijd geëngageerd, zat ook jarenlang in de Chiro en zo ken je uiteraard ook wat volk. En die sfeer willen we hier ook houden: volks en leutig. Wakken is ook een klein dorp. We liggen zowat in het midden van de driehoek Tielt-Waregem-Deinze. We horen overal en tegelijk nergens bij.”

Uitstervende oerdoude Vlaamse sporten

Nico is ook een realist. “Veel van het vroegere verenigingsleven is aan het uitsterven. Zaken waarop cafés vroeger draaiden, de vinkeniers, duivenmelkers, kaarters…, die sterven letterlijk uit. Bij de jeugd is er nog amper interesse voor deze oeroude Vlaamse sporten. Dus moet je op een andere manier je café runnen. Daar slagen wij aardig in, want vanaf het begin was het hier best druk. We hebben ook veel mensen die nog eens naar hier afzakken nadat ze in het weekend eerst ergens gaan eten zijn. Maar soms maken ze het ons ook niet makkelijk. Weet je, die Tournée Minérale, dat voelen wij serieus hoor. Mensen gaan niet op café om een watertje te drinken, dat doen ze thuis. Al die zottigheden als Tournée Minérale, ze moeten nog meer van die zotte dingen uitvinden”, klinkt het ironisch. “Geen enkele cafébaas zit daar op te wachten.”

Nico is ondertussen blij dat hij de nieuwe stap in zijn professionele leven gezet heeft. “Er gebeuren hier wel elke week leuke dingen. Wakken Kermis is ook nog een topweekend voor ons. Er wordt minder georganiseerd in onze gemeente dan vroeger, maar als er iets te doen is, dan komen de mensen wel buiten.”

Volgende week: Café Plan B in Izegem.

Lees meer over: