Scouts Ieper houden zich aan coronaregels: “Sjorpalen ontsmetten en logboek bijhouden”
Geen Scouders, geen Paastocht, geen wekelijkse vergaderingen… De coronalockdown legde de werking van Scouts Ieper volledig lam, maar er is een lichtje aan het einde van de tunnel. Het kamp, het hoogtepunt van het werkjaar, kan deze zomer wel doorgaan, weliswaar in de vertrouwde bubbels en op een veld in Wallonië waarvoor ze in de buidel moeten tasten.
Scouts Ieper bestaat uit verschillende geledingen: Oudercomité Scouco, de Zwaardstam (oud-leiding), de vzw Scouting Ieper die de lokalen mee helpt onderhouden en de Papa- en Mamascouts. De kerntaak wordt opgenomen door de Sint-Martinusgroep, die overeenkomt met de eigenlijke jeugdbeweging en bestaat uit een 180-tal leden en een 30-tal leiders.
“Onze jeugdbeweging wordt onderverdeeld in zeven leeftijdscategorieën die ‘takken’ worden genoemd”, zegt groepsleidster Elise Vannieuwenhuyze. “Onze jongste tak noemen we de Kapoenen. Deze bestaat uit kinderen van het eerste en twee leerjaar. Daarna volgen de Welpen met kinderen uit het derde en vierde leerjaar. De Roeland is onze derde tak en bestaat uit het vijfde en zesde leerjaar. Vervolgens is er de Parsival. Hier vinden we de eerste twee jaren van het middelbaar terug. Derde, vierde en vijfde middelbaar vormen samen de Givers en ten slotte is de Jin. Deze tak bestaat uit jongeren van het zesde middelbaar. De Leiding is de zevende tak. Zij staat in voor alle organisatie binnen de jeugdbeweging. Leiding is 18 jaar of ouder.”
“Elke zondag trekt elke tak met haar leiding erop uit voor een leuke activiteit die wij een ‘vergadering’ noemen”, pikt Gilles Desmedt in. “De drie jongste takken Kapoenen, Welpen en Roeland doen dit op zondagvoormiddag tussen 9.30 uur en 11.45 uur. De hogere takken Parsival en Givers doen dit op zondagnamiddag tussen 14.30 uur en 16.45 uur. De Jin vergadert op vrijdagavond.”
Naast de activiteiten op zondag worden er per tak jaarlijks ook minstens vier grotere activiteiten georganiseerd. “Alle takken behalve de Kapoenen starten het scoutsjaar met de tweedaagse Overgangstocht tijdens het derde weekend van september”, vervolgt Gilles. “Voor de Kapoenen is er op zaterdagmiddag het vriendjesfeest. In de kerstvakantie wordt er voor alle takken een kerstactiviteit georganiseerd. In de paasvakantie gaan alle takken drie dagen op Paastocht. In de zomervakantie gaat iedere tak op kamp. Dat duurt vijf dagen tot twee weken, afhankelijk van de tak.”
Terwijl je in de deelgemeenten vaak een afdeling van de KSA of Chiro vindt, heb je de Scouts alleen maar in Ieper centrum. “De meeste leden zijn van Ieper zelf, al is er hier en daar wel eens iemand uit Vlamertinge of Zonnebeke”, vertelt Elise. “Het verschil tussen de Scouts en andere jeugdbewegingen is dat wij meer naar de natuur gaan en er proberen te overleven. Als we op kamp gaan dan zullen we bijvoorbeeld overnachten in tenten op een veld, terwijl andere jeugdbewegingen in gebouwen overnachten.”
Eigen veldfles
Hun inkomsten halen de Scouts uit eigen activiteiten en evenementen, maar ook door te helpen op evenementen van andere organisatoren. “Zo helpen we bijvoorbeeld op de Monteberg Rally en Gent-Wevelgem”, vertelt Gilles. “In november hebben we Soep op de Stoep, waarbij we zelf verse soep maken en aan de man brengen. Dit jaar hebben we ook zelf ontworpen veldflessen verkocht aan de leden. Dat is wel gemakkelijk in coronatijden want nu hebben ze allemaal hun eigen fles. We hadden daar al eerder plannen voor maar door de coronacrisis is dat in een stroomversnelling gekomen.”
“Wij organiseren ook Scouders, een eetfestijn voor de ouders zodat ze de leiding ook eens op een andere manier leren kennen”, vervolgt Elise. “We hadden een 100-tal inschrijvingen. Normaal is dat in maart, maar we hebben dat moeten afgelasten door corona. De flyers, brieven, versieringen… hadden we wel al, dus dat heeft ons wel wat geld gekost.”
Ook de werking lag een drietal maanden lam. “Vanaf het begin van de lockdown zijn we ook gestopt met de wekelijkse vergaderingen en ook de Paastocht kon niet doorgaan”, gaat Elise verder. “Wel heeft de leiding opdrachten gefilmd. Zo bleven de leden nog een beetje in contact met elkaar.”
“Het eerste en enige dat dit werkjaar nog op het programma stond, was het kamp. De oudere groepen trokken naar Libramont en de kleintjes naar Sint-Denijs-Westrem”, zegt Gilles. “De oudere gingen normaal op tentenkamp gaan in Frankrijk, maar door de coronacrisis konden we geen veld vinden binnen 150 kilometer van de grens.”
“Iedere dag moesten de leden hun handen ontsmetten en regelmatig hun handen wassen”, vertelt Elise. “Ook de sjorbalken moesten regelmatig ontsmet worden en er werd een logboek bijhouden met de contacten die we hebben gehad.” Het virus heeft in elk geval niet veel kinderen afgeschrikt om mee te gaan op kamp.
De Vereniging
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier