Saartje Vandenbroucke in Oeganda: “Dankbaar voor zoveel schoonheid hier”
KW.be maakt de komende maanden een reis rond de wereld langs 80 West-Vlamingen. Vandaag zijn we te gast bij Saartje Vandenbroucke in Oeganda.
Saartje Vandenbroucke (23) uit Veldegem zet zich in voor ontwikkelingssamenwerking in Oeganda, iets waar ze al altijd had van gedroomd. Ze ergert er zich aan het verkeer, geniet in het weekend aan de Nijl en mist de Belgische mentaliteit vooral niet. Geef haar maar de Oegandese harmonie.
Hoe ben je in Oeganda beland?
“Tijdens mijn studies had ik mij verdiept in ontwikkelingssamenwerking. Ik wou per se in die sector werken. Mijn familie was dan ook niet erg verrast toen ik me aanmeldde bij het BTC, een programma van het Belgisch ontwikkelingsagentschap dat jonge mensen naar het buitenland stuurt. Na de selectieprocedure mocht ik meewerken aan een project in Oeganda bij Trias Uganda vzw. Ik ben hier sinds 2 maart 2015 en blijf de komende twee jaar.”
Welke verschillen zijn er met België?
“Je kunt Oeganda nauwelijks vergelijken met België. Ik werk en leef in Kampala, de Oegandese hoofdstad, en daar heb ik toch nog een zeker luxe: gevarieerd eten, een boeiend sociaal leven, sport… Waar je in België beton hebt, heb je hier groen, maar ik kan mij mateloos ergeren aan het chaotische verkeer. Ik heb geen eigen fiets of auto en openbaar vervoer met een vaste uurregeling bestaat hier niet. Ik moet altijd een boda, een brommer nemen naar het werk.”
“Aangezien ik voornamelijk met Oegandezen werk, word ik vaak geconfronteerd met culturele barrières. Conversaties hebben meer tijd nodig om te starten. Je begint altijd met oppervlakkige vragen, zoals ‘hallo, hoe gaat het’. Zelfs voor een vraagje over een email.
Bij Oeganda stellen wij ons een arm land voor. Kom je vaak met armoede in contact?
“Op mijn kantoor in Kampala niet, maar in het algemeen moeten de Oegandezen het inderdaad met veel minder doen dan wij. Hoewel ik in België geen decadent leven leidde, ben ik in vergelijking met de Oegandees om de hoek enorm rijk. Wij leven in een mooi huis met zes huisgenoten, kunnen regelmatig op restaurant gaan eten en maken een reisje in het weekend. Wanneer je door Kampala loopt zie je de armoede niet echt, maar dicht bij ons is een slum, een sloppenwijk. Daar zie je wel het één en ander. Toch zijn Oegandezen meestal enthousiast. Er bestaat een informele sector van verkopers en boda-chauffeurs, kleine motors. Wel proberen ze meer geld te krijgen van een Muzungu, een blanke, dan een Oegandees. Maar dat is te begrijpen.”
Oeganda is een groot land. Welk deel spreekt je het meest aan?
“In Jinja ben ik gaan raften en kajakken. In Fort Portal kun je vulkanenmeren bezoeken. Het gebied is niet zo bekend, en geeft je het gevoel dat je alleen bent op de wereld. De sterrenhemel is er onvoorstelbaar! Ook heb ik genoten in Lake Mburo, een nationaal park met nijlpaarden, impala’s, hartenbeesten en zebra’s. In Karamoja beleefden we een heel avontuur door de slechte wegen. Oeganda is divers op vlak van natuur, en moeilijk samen te vatten. Ik voel me vaak dankbaar voor de schoonheid hier.”
Net zoals in België, wonen in Oeganda moslims en christenen. Bij ons zorgt dat soms voor spanningen. Hoe zit dat bij jou?
“Moslims en christenen leven hier harmonieus samen. Vriendengroepen zijn gemixt en op straat heb ik nog nooit spanningen ondervonden. De socio-economische ellende van de mensen verbindt de mensen, en overstijgt religieuze spanningen. Misschien weet ik na een jaar wel meer, want ik ben hier nog maar drie maanden.”
Wat mis je uit België?
“Ik heb hier snel vrienden gemaakt, maar mijn oude vrienden en mijn familie mis ik ook. Wanneer ik snak naar Belgische kost, schrijf ik dat op een lijstje. Tijdens een bezoekje zal ik mij van al dat lekkers voorzien. Wat ik niet mis is het rechtlijnig denken in België. De mensen hier zijn open en discussiëren graag over wereldpolitiek, cultuur en religie.”
(Sofie Pauwels – Foto’s Saartje Vandenbroucke)
Meer info op www.triasngo.be
Reis rond de wereld - 2015
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier