Op de Mercator met auteur stadsgids Dirk Metsu: “Oostende verdient een nieuw historisch museum”

De gids van Dirk Metsu is al vijf jaar het instrument bij uitstek voor zowel inwoner als toerist om de Stad aan Zee te gaan (her)ontdekken. (foto Davy Coghe) © Davy Coghe Davy Coghe
Redactie KW

Zijn historische stadsgids over Oostende is aan zijn zesde druk toe en blijft daarmee al vijf jaar het instrument bij uitstek voor zowel inwoner als toerist om de Stad aan Zee te gaan (her)ontdekken. Dirk Metsu (62), professioneel aan de slag als directeur van RECREAD, de federatie van kampeer- en recreatieondernemers, mag dan recent verhuisd zijn naar het verre Oudenburg, zijn liefde en belangstelling voor de kuststad is daarmee niets verminderd, integendeel. “Met zijn groots verleden verdient Oostende een nieuw historisch museum.”

Een interview afnemen van Dirk Metsu – en zeker in het prachtige decor van de Mercator – is kennismaken met de passie van de man voor het verleden, maar ook voor het heden en toekomst van de thuishaven van het imposante zeilschip. Die passie vertaalde zich in 2019 in Oostende, een stadsgids. En stellen dat zijn werk een succes is geworden, is de waarheid nog oneer aandoen.

Oostende, een stadsgids verscheen in 2019 en gaf je toen in eigen beheer uit. Dat houdt risico’s in, maar in dit geval hoegenaamd niet. Ooit gedacht dat het zo’n vaart ging lopen?

“Eerlijk gezegd niet, nee. Zoiets kan je nooit voorspellen. Maar de gids scoorde al vanaf het verschijnen ervan in juli 2019. Er kwam al onmiddellijk een tweede en een derde druk en op vandaag zijn er al zo’n zesduizend exemplaren verkocht. Tevreden? Absoluut. Ik heb er vijf jaar lang aan gewerkt.”

Hoe ben je destijds op het idee gekomen om aan een stadsgids over Oostende te beginnen?

“De aanleiding voor deze gids was initieel een cursus die ik volgde bij Syntra in Roeselare, die van reisleider. Daar namen ook enkele mensen uit Oostende aan deel. Een daarvan, een Cubaan die in Oostende verbleef, sprak me aan en zei me ‘Wist je, Dirk, dat er geen enkele stadsgids over Oostende bestaat?’ Dat wist ik dus niet, maar het bleek effectief zo. We zijn daar dan vervolgens samen aan begonnen, maar toen is hij verhuisd naar de Verenigde Staten en bleef ik alleen achter met het idee. Ik heb daar toen mijn eigen draai aan gegeven: geen typisch toeristisch fotoboekje, maar een complete gids met veel geschiedenis in voor de liefhebbers. Ik ben namelijk historicus van opleiding en Oostende kan bogen op een rijk en boeiend verleden. Het idee kwam ook op een ogenblik dat ik eens iets helemaal anders wou doen. En dat is deze stadsgids geworden, met toch enigszins de nadruk op historisch. De geschiedenis van de stad maakt er de helft van uit.”

Je biedt in de gids wel aan de lezer de mogelijkheid om die geschiedenis ook in de praktijk te ontdekken, niet?

“Inderdaad. Het is en blijft inderdaad in de eerste plaats een compacte, cultuurhistorische stadsgids die je gemakkelijk moet kunnen meenemen, en geen geschiedenisboek van een paar kilogram. Er zijn onder meer wandelingen in opgenomen die je langs interessante bezienswaardigheden, maar ook langs onbekende hoekjes leiden waarbij je meteen ook de rijke historiek van de stad aan den lijve kunt ondervinden.”

De gids is duidelijk niet alleen voor de toerist die Oostende bezoekt, geschreven.

“Dat is zo. Het was mijn bedoeling dat ook de Oostendenaars de gids kunnen gebruiken om hun stad nog beter te leren kennen, zeker de rijke geschiedenis ervan. En naar de talrijke reacties te zien, is dat gelukt. Ook de mensen met een tweede verblijf zijn enthousiaste lezers én gebruikers.”

Neem je ook de volgende editie, zoals de vorige, weer kritisch onder de loep en pas je die weer aan waar nodig?

“De zesde druk dient zich aan. Oostende, een stadsgids blijft trouwens een work in progress. Iedere editie ondergaat inderdaad modificaties en updates waar nodig. Het blijft voorlopig nog de vraag hoe we een volgende editie zullen aanpakken. Maar de focus blijft wel op geschiedenis en op de landschappelijke evolutie, mijn stokpaardje. Ik zou wel meer kritische kanttekeningen willen zetten. Mensen die de stad aan de hand van het boek verkennen, ontdekken vanzelfsprekend zelf zaken en hebben daar een mening over. Het moet kunnen om in de gids ook bepaalde vaststellingen te verklaren, vragen te stellen, er vraagtekens bij te plaatsen. Kortom: Ik wil mijn lezer meteen ook de bouwstenen aangeven om zich een mening over bepaalde discussiepunten te vormen zonder hen zelf iets op te dringen.”

Zoals?

“Ik was bijvoorbeeld in de vorige edities vrij positief over de ontwikkelingen op Oosteroever. Wij zijn vijf jaar verder en ik stel me meer vragen, laat het mij zo voorzichtig uitdrukken. De flats zijn er niet gekomen om sociale woningnood te lenigen. Die urbanisatie heeft andere redenen. Zo maak ik me veel zorgen over het landschap rond Fort Napoleon. Dat zijn zaken die je aan de lezer kan meegeven om voor wat duiding en achtergrond te zorgen. Wandelaars zien ook de toestand van de Koninklijke Gaanderijen…”

Zou je in Oostende iets nog gerealiseerd willen zien?

“Mijn dada, mijn wens eigenlijk, is dat ooit werk wordt gemaakt van een nieuw historisch museum in Oostende. De mensen van het stadsmuseum De Plate in de Langestraat leveren met de middelen die ze hebben en met het gebouw lovenswaardig werk, maar Oostende mag wat meer ambitieus zijn met haar geschiedenis. Een moderne museumaanpak zoals je dat ziet in veel Nederlandse historische steden, met nieuwe – digitale – technieken waarbij je ook de jeugd op een educatieve, maar meteen ook leuke en interessante manier kan motiveren om meer over hun stad te leren. Wees gerust: het is meer dan de moeite waard.”

Bio

Privé: Dirk Metsu is geboren op 15 april 1961 in Oostende. Hij is getrouwd met Ann Duflou. Ze hebben drie kinderen: Bert, Eva en Silke. Woont sinds kort in Oudenburg.

Opleiding en loopbaan: volgde secundair onderwijs aan het College in Oostende. Aan de universiteit studeerde Dirk geschiedenis. Hij werkt bij RECREAD, de beroepsfederatie voor kampeer- en recreatiebedrijven, eerst als stafmedewerker en vervolgens als directeur. Zijn oma was in 1964 een van de oprichters van RECREAD.

Vrije tijd: lezen, kamperen en fietsen.