Kris Soenen in Thailand: “Douchen onder een waterval in de jungle”

KW.be maakt de komende maanden een reis rond de wereld langs 80 West-Vlamingen. Vandaag zijn we te gast bij Kris Soenen in Chiangmai, Thailand.

Ondernemend en avontuurlijk: twee begrippen die zeker van toepassing zijn op de persoonlijkheid van Stadenaar Kris Soenen. Hij liet ons landje achter zich om in Thailand meerdere firma’s op poten te gaan zetten. Maar diep vanbinnen blijft hij wel ‘die West-Vlaamse plattelandsjongen’, bekent hij.

Je bent afkomstig van Staden maar woont intussen in Thailand. Hoe is dat zo gekomen?

“Ik was in eigen land actief in de transportsector: jaren op loondienst maar ook jaren als zelfstandige. Mijn droom was ooit in het zuiden van Europa, bij voorkeur in Spanje, een eigen transportfirma te beginnen. De liefde deed er echter anders over beslissen: mijn huidige vrouw Nongkharn is afkomstig uit het noorden van Thailand en had hier al een mooie zaak uitgebouwd. Zij kon dus moeilijk weg. Heen en weer reizen is door de verre afstand niet echt een lachertje. Daarom besloot ik na maanden erover na te denken de stap te wagen. Ik woon hier nu sinds midden 2008.”

Wat doe je er precies?

“We hebben hier FTC Flemish Thai opgericht. Ik doe er onder andere het management van. We ontwikkelen en fabriceren hoogwaardige cosmetica en huidverzorgingsproducten voor de zogeheten ‘skinclinics’, spa en beauty centers. We hebben de handen vol met het promoten van onze producten op de Thaise en de Aziatische markt.”

“Als groothandelaar exporteren we ook naar China en de omringende landen van Thailand. Daarnaast zijn we gespecialiseerd in esthetische gelaatsverzorgingen. Als schoonheidsspecialist behandelen we dagelijks klanten op afspraak in onze twee filialen, Chiangmai en Bangkok. 99 procent van ons klantenbestand is Aziatisch, wat het voor mij in elk geval tot een grote uitdaging maakt. Op het vlak van zaken doen zijn er toch wel grote verschillen met Europa en België.”

“Vorig jaar hebben we ook nog ChezlezKriz geopend, een bescheiden hotel met vier kamers. Ik had al vaker de vraag gekregen van toeristen om met hen rond te toeren op minder bekende plaatsen in Thailand. Zo hebben we ook nog ‘UnseenCorners’ in Chiangdao, een resort met vier bungalows en een tentenkamp. Je kunt het huren, 40 kilometer diep in de jungle, om er de pure natuurpracht te ervaren. Op ons domein hebben we een bananenplantage en tussen de mandarijnenboompjes telen we echte Belgische aardbeien!”

Hoe moeten we ons Chiangmai voorstellen? Is het een grootstad?

“Chiangmai wordt ook wel ‘De Roos van het Noorden’ genoemd. Het is de tweede grootste stad van Thailand, maar je kunt het bekijken als een stad met dorpsallures. Precies daarom houd ik zo van die streek: als plattelandsjongen heb ik het niet zo begrepen op steden. Maar Chiangmai vormt dus de uitzondering. Het aantal inwoners en de stad zelf groeien wel nog altijd: in het oude gedeelte wonen er naar schatting zo’n 200.000, maar alles samengeteld kom je wellicht toch wel aan een totaal van 1 miljoen inwoners. Hier wonen immers ook veel gastarbeiders uit Birma die niet in de officiële statistieken voorkomen.”

Wonen jullie er in het centrum of in een buitenwijk?

“In Chiangmai wonen wij aan de overkant van de zaak, in een residentiële buitenwijk op 10 kilometer afstand van het oude centrum. In Bangkok verblijven we boven onze zaak, ook gelegen in een residentiële wijk, dichtbij een mooi park temidden het drukke stadsleven. Ik woon er met mijn echtgenote Nongkharn, met wie ik trouwde in 2009, en met onze zoon Mylan, die er 7 is. Een zoon van 15 uit haar vorige huwelijk woont ook bij ons in.”

Wat maakt het leven in Thailand zo aangenaam? Wat zijn dan weer de mindere kantjes?

“De mensen zijn hier vriendelijk en het land toont je telkens weer een ander gelaat, van zodra je bij wijze van spreken een hoek om gaat. Dat zorgt ervoor dat ik me hier nooit verveel. Het is hier elke dag warm, soms ook een beetje té warm, maar in het noorden hebben we soms kille winters. Dat maakt het verschil met bijvoorbeeld het zuiden van het land. Een groot nadeel is de jaarlijkse terugkerende ‘smog’ in februari: boeren steken dan hun velden in brand om betere en rijkere grond te verkrijgen. Dat maakt de luchtvervuiling elk jaar tot een dieptepunt. Als het intussen niet regent, kan die smog tot een volle maand als een nevel over het landschap blijven hangen.”

“Ik ben echt van plan mijn leven hier verder uit te bouwen. Hopelijk kan ik hier aan de zijde van mijn gezin oud worden. Maar een bezoek aan België zit er altijd wel in.

Zoeken andere Belgen en West-Vlamingen in de streek elkaar op?

“Ik ken hier wel enkele Belgen en regelmatig zien we elkaar wel eens, maar het is geen constante. Ik run in mijn vrije tijd, samen met drie andere Belgen, ook een forum, speciaal voor Vlamingen met een hart voor Thailand. We bespreken er de dagelijkse problemen en beslommeringen, maar beoordelen er ook hotels en andere zaken en geven elkaar tips voor in het dagelijkse leven in Thailand.”

“Ik zou zeggen: kom met mij mee! (lacht) Ik neem je mee naar een diepe grot, toon je een plaats met duizenden vleermuizen of laat je een ‘douche’ nemen in een bijna ondoordringbare waterval te midden de jungle. Heb je het meer op de stad begrepen, dan begeleid ik je tot in het hart van de stad en laat je de authenthieke markten en eethuizen verkennen. Ik ken alle toeristische plekjes wel, maar ik hou het meest van het authentieke.”

(FJA – Foto’s Kris Soenen)