INSPECTEUR JPT (64): Minderjarige Ieperling slaat Nederlandse pedofiel de schedel in
Tijdens een handgemeen tussen legerstockuitbater Peter Münsterman en zijn hulpje, het Ieperse ‘straatkind’ Kenneth M. (17), maakte deze laatste de uitgeweken Nederlander met messteken en hamerslagen af.
Elke week blikt onze gerechtsverslaggever Jean-Pierre Terryn alias Inspecteur JPT terug op een van de spraakmakendste gerechtelijke affaires in onze provincie.
Het Ieperse ‘straatkind’ Kenneth M. werd eind oktober 2003 door het West-Vlaamse assisenhof veroordeeld tot 18 jaar opsluiting voor de moord op ‘den Hollander’ Peter Münsterman. M. bracht met een mes en een hamer Münsterman om het leven.
De verdediging had uitlokking gepleit. Kenneth M., amper 17 jaar op het ogenblik van de feiten op 11 december 2000 in Ieper, zou in eerste instantie slachtoffer geweest zijn van de 59-jarige pedofiel Münsterman. Die had in Nederland al twee jonge landgenoten seksueel misbruikt en daarmee hun leven verwoest. De jongeman gaf diverse versies van de feiten, maar bleef wel altijd volhouden dat hij zich vooral verdedigd had tegen Münsterman, die gedreigd had met een hamer. Omdat Peter Münsterman bij M. nooit verder was gegaan dan streling tegen betaling hechtte de jury geen geloof aan de theorie van uitlokking.
De dader zat intussen ruim een derde van zijn straf. Hij is vrij onder voorwaarden.
Lijk lag onder dozen en legerkledij
Eind december 2000 meldde een Nederlandse handelsrelatie van de 59-jarige legerstockuitbater Peter Münsterman aan de toenmalige rijkswacht dat hij het onbegrijpelijk vond dat hij die man niet kon bereiken. Nadat de wetsdienaars de voordeur van Münstermans woning in de G. de Stuersstraat 12 in het centrum van Ieper hadden geforceerd, vonden ze zijn stoffelijk overschot in een plas bloed. Het was bedekt met dozen en legerkledij.
“Geldnood was de reden waarom de jeugdige moordenaar zich af en toe door Peter Münsterman liet strelen”
Een eerste onderzoek bracht aan het licht dat zijn schedeldak was verbrijzeld door een ‘groot voorwerp’. Uit de staat van ontbinding van het lijk kon men opmaken dat de man al meerdere dagen overleden was.
Bebloede sweatshirt
Peter Münsterman had enkele weken eerder twee aangiften gedaan van diefstallen van gsm’s. Hierbij was de naam gevallen van Kenneth M.. Een huiszoeking bij de toen 17-jarige jongen leverde meteen belangrijk bewijsmateriaal op: allerhande munitie en messen, vermoedelijk afkomstig uit de legerstock van Münsterman, alsook een bebloede sweatshirt.
Volgens de eerste versie van M. had hij zich op 11 december behoorlijk boos gemaakt op Münsterman omdat hij zijn naam had genoemd in verband met een diefstal. Nadat de Nederlander met een zware hamer had gedreigd dat hij hem de kop zou inslaan, zou M. hem eerst een vuistslag hebben toegediend. Toen de Nederlander vervolgens met een steakmes op hem afstormde, zou hij hem afgeweerd hebben met een harde slag op zijn arm. Daarna zou Münsterman gevallen zijn. Diverse voorwerpen zouden op hem terechtgekomen zijn en uiteindelijk zou het mes in zijn eigen keel beland zijn…
‘s Anderendaags keerde M. terug om mes en hamer weg te nemen samen met de portefeuille van het slachtoffer. Met zijn bankkaart haalde hij ongeveer 50.000 ‘oude Belgische’ frank van Münstermans rekening. Opdat de buurtbewoners niet zouden merken dat er iets aan de hand was, verplaatste hij een paar keer Münstermans bestelwagen.
Twee andere versies
Toen uit de autopsie bleek dat zware slagen op de schedel de dood hadden veroorzaakt, kwam Kenneth M. met een andere versie op de proppen. Hij bekende dat hij uit woede zijn slachtoffer meermaals had geslagen met een hamer.
Tijdens het eindverhoor volgde nog een andere versie. Hij zou zich meermaals tegen betaling hebben laten strelen op dijen en rug. Omdat hij verliefd was geworden op een meisje zou hij Münsterman gemeld hebben dat hij hiermee wilde kappen. Meteen eiste hij het geld, ongeveer 2.000 ‘oude Belgische’ frank dat hij nog te goed had. Wederzijdse dreigingen om naar de rijkswacht te stappen zouden uitgemond zijn in een handgemeen. Münsterman zou eerst gedreigd hebben met de hamer, waarna M. zou gestoken hebben met een mes en daarna de hamer zou gehanteerd hebben.
Ongelukkige jeugd
De ouders van Kenneth M. waren verslaafd aan drugs. Hij was vijf toen zijn moeder introk bij een andere man. Vanaf zijn twaalfde jaar begon Kenneth M. ernstige gedragsproblemen te vertonen en belandde hij in instellingen. In september 2000 was een project opgestart, waarbij hij alleen kon wonen wanneer hij een aangepaste opleiding met deeltijds werk volgde. Maar begin december 2000 besliste men om de begeleiding stop te zetten en hem opnieuw naar een instelling te sturen.
Na de feiten belandde de jongeman in de gesloten instelling van Mol. De jeugdrechter gaf de jonge dader uit de handen. Op 4 oktober 2002 verwees de jeugdrechtbank van Ieper hem door naar de volwassenenrechtbank. Dit vonnis werd in beroep bevestigd. Daarmee was de weg vrij om hem naar het assisenhof te verwijzen. Dat hij uiteindelijk als een volwassene behandeld werd en naar het assisenhof werd verwezen, had hij uitsluitend aan zichzelf te danken. Terwijl het onderzoek liep, presteerde M. het immers om tot twee keer toe weg te lopen uit de jeugdinstelling. Waarmee hij in feite de bevestiging bracht van zijn nog jonge maar al zo turbulente leven, waarin veel meer sprake is geweest van vallen dan van opstaan.
Dader verkeerde voortdurend in geldnood
Kenneth M. leerde Münsterman naar eigen zeggen kennen via een vriend, die nota bene als getuige op het proces zijn kat stuurde. Münsterman was een uitgeweken Nederlander met een voorliefde voor militaire voorwerpen. Die hobby probeerde hij eerst in Geluveld en daarna in Ieper te gelde te maken. Omdat zijn gezondheid niet meer dat was en omdat hij ook een voorliefde bleek te hebben voor tienerjongens, liet hij zich daarin bijstaan door enkele jongeren uit de streek.
“Het slachtoffer koesterde een voorliefde voor militaire voorwerpen en…tienerjongens”
Vroeger had hij twee full-time assistenten gehad: twee Nederlandse jongens die hem allebei op 13-jarige leeftijd leerden kennen en die hem ook allebei op hun 29ste ontvluchtten omdat Münsterman hen jarenlang seksueel had misbruikt.
Nadat Kenneth M. met Münsterman kennis had gemaakt, mocht hij eveneens regelmatig bij hem een handje gaan toesteken. Het geld dat hij daarvoor kreeg, was uiterst welkom voor de jongen, die van thuis weg was, alleen op een studiootje woonde en voortdurend in geldnood verkeerde. Die geldnood was ook de reden waarom hij toeliet dat Münsterman hem af en toe streelde. Maar verder dan dat is de Nederlander volgens hem zelf nooit gegaan.
Beschuldigde ziet er niet uit als Ciske de Rat
“Een verwaarloosd straatkind”, zo werd Kenneth M. door zijn jonge advocaten Curd Vanacker uit Wervik en Marjan Vandamme uit Proven omschreven. Toch zag hij er, toen hij met zijn witte trui met rolkraag en zijn netjes kort geknipte haardos in de beschuldigdenbank plaatsnam, niet uit als een Ciske de Rat. De verdedigers poogden de jury ervan te overtuigen dat de Nederlander een en ander zelf had uitgelokt.
De verdedigers gaven toe dat de eerste verklaringen van de beschuldigde inderdaad weinig samenhangend waren, maar dat was volgens hen een gevolg van zijn drugsverslaving. Zijn laatste versie stemde echter wel volledig overeen met de technische vaststellingen van alle experts. Beide verdedigers besloten hun pleidooi met de stelling dat Münsterman niet alleen het leven van zijn twee vroegere Nederlandse helpers had verwoest maar ook dat van Kenneth M.
“Jury en hof roepen emotionele verwaarlozing van jeugdige dader in als verzachtende omstandigheid”
In zijn requisitoor had openbaar aanklager Christian Maes gepleit dat Kenneth M. gedreven werd door geldhonger. Naast de steekwonde, die hij met een mes maakte in de hals van het slachtoffer, zat nog een minder diepe snee. Volgens de openbare aanklager had M. zijn slachtoffer eerst het mes op de keel gezet om hem de code van zijn bankkaart te ontfutselen. Van uitlokking of zelfverdediging was dan ook geen sprake, vond de openbare aanklager, die ook nog verwees naar de tegenstrijdige verklaringen van de beschuldigde. Procureur Maes vorderde 20 jaar opsluiting. De jury ging niet in op de thesis van uitlokking en vond Kenneth M. schuldig.
Uiteindelijk werden het er 18, omdat de jury en het hof de emotionele verwaarlozing van M. op jonge leeftijd als verzachtende omstandigheid aanzagen. Het hele proces lang bleef Kenneth M. stug in elkaar gedoken zitten.
Inspecteur JPT
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier