West-Vlaamse topwetenschapper zorgt voor doorbraak in onderzoek naar ziekte van Alzheimer: “De blauwdruk ligt op tafel, de volgende stap is een medicijn”

Bart De Strooper: “Mijn mama is in februari aan de ziekte van Alzheimer overleden. Haar strijd heeft me alleen maar nog meer gemotiveerd.” © ID/ Tim Dirven
Philippe Verhaest

Al ruim de helft van zijn leven heeft hij aan onderzoek naar de ziekte van Alzheimer gewijd. Nu heeft Bart De Strooper een niet te onderschatten doorbraak gerealiseerd. Samen met zijn team bracht de geboren West-Vlaming in kaart hoe de vreselijke ziekte hersencellen afbreekt en ook hoe we dat proces kunnen stoppen. “Maar noem dit alsjeblieft geen eindpunt”, zegt hij. “Mijn grote doel is om een toegankelijk medicijn te ontwikkelen.”

We krijgen een erg blije Bart De Strooper (63) aan de lijn wanneer we hem tijdens zijn drukke dagtaak even kunnen storen. “Voor jullie maak ik graag wat tijd”, zegt hij.

“Ik zag het levenslicht in Tielt en hoewel ik kort na mijn geboorte met mijn ouders naar het Brusselse verhuisd ben, voel ik me een echte West-Vlaming. Daar liggen mijn roots en beleefde ik als kind fantastische vakanties. Samen met mijn drie zussen en broer bij mijn grootouders… Het waren heerlijke tijden.”

Vader Jean ging aan de slag als kwaliteitscontroleur bij Iglo-Ola, mama Rika – zus van de Tieltse journalist Geert Van Hecke – bekommerde zich om het kroostrijke gezin. En Bart ging aan de KU Leuven geneeskunde studeren. Met een artsendiploma en licentie in de biomedische wetenschappen op zak behaalde hij nog een doctoraat en postdoctoraat.

“De kansen om gepaste medicatie te ontwikkelen, zijn dankzij deze doorbraak gigantisch groot”

Begin jaren negentig kreeg hij van de gerenommeerde professor Fred Van Leuven het aanbod om mee een doorgedreven alzheimeronderzoek op te starten. “Iets waar ik meteen oren naar had”, glimlacht hij.

“De ziekte van Alzheimer was dertig jaar geleden nog nagenoeg volledig onbekend terrein. In mijn cursus geneeskunde besloeg het thema amper enkele pagina’s. Het was onontgonnen terrein, dat wilde ik mee in kaart brengen. Het was echt pionierswerk.”

Tussen Londen en Leuven

Sindsdien geldt De Strooper op internationaal niveau als een van dé toonaangevende onderzoekers wanneer het over Alzheimer gaat. Zijn nooit aflatende inzet leverde hem een resem erkenningen op, met de prestigieuze Brain Prize in 2018 als hoogtepunt. Een erkenning die hem, samen met drie collega’s, één miljoen euro opleverde.

Datzelfde jaar werd hij ook Commandeur in de Leopoldsorde. Hij leidt ook het Britse Dementia Institute, waardoor hij pendelt tussen zijn woonplaats Leuven en Londen. Om maar te zeggen: Bart De Strooper is een absolute autoriteit.

“Ik heb mijn werkveld enorm zien evolueren”, gaat hij verder. “Begin jaren negentig waren er wereldwijd misschien een tweehonderdtal wetenschappers die Alzheimer onderzochten, nu zijn we met tienduizenden. We kunnen makkelijk enkele voetbalstadions vullen.”

“De bewustwording ís er, al hebben we nog een lange weg af te leggen. Naar kankeronderzoek gaan jaarlijks, volledig terecht, enorme budgetten. Dat is ook voor neurodegeneratieve ziektes zoals Alzheimer meer dan nodig. We zijn op de goeie weg, maar we hebben nog een pak werk.”

Hiëroglyfen

Wat Bart en zijn team aan de KU Leuven en het Vlaams Instituut voor Biotechnologie (VIB) nu ontdekt hebben, kan die weg enkel maar helpen plaveien. “We wisten al langer dat de ziekte hersencellen doet afsterven, alleen was niet duidelijk hoe dat exact gebeurde”, legt de spraakwaterval uit. Het tempo waarop de topwetenschapper praat, verraadt zijn grote passie.

“Daar zijn we nu voor het eerst achter gekomen én we leerden ook hoe we die celdood kunnen stoppen. De kansen om gepaste medicatie te ontwikkelen, zijn dankzij deze doorbraak gigantisch groot.” Het recente onderzoek gebeurde met muizen waar gehumaniseerde hersencellen aan toegevoegd werden.

“Het proces hoe de celafbraak gebeurt, hebben we nu stap voor stap in kaart gebracht. En we weten waar we kunnen ingrijpen. Het landschap is in kaart gebracht en de blauwdruk ligt op tafel. Nu is het tijd voor de volgende stap: de ontwikkeling van toegankelijke medicatie.”

Dat zijn ontdekking een tsunami aan (pers)aandacht zou losweken, had Bart ook zelf niet durven denken. “Net zomin ik dertig jaar geleden ooit had durven dromen dat we zó dicht bij een medicijn zouden staan. Begin jaren negentig bestond Alzheimer nog uit haast onleesbare hiëroglyfen. Die hebben we nu ontcijferd.”

“In de Verenigde Staten bestaan trouwens al drie medicaties, waarvan er goedgekeurd zijn door de Food & Drug Administration (FDA), een derde is onderweg. Ze zijn erg duur en niet vrij van nevenwerkingen. Onze ontdekkingen kunnen ook op dat vlak voor een stroomversnelling zorgen.”

Patiënten maal drie

Wat Bart De Strooper nu bereikt heeft, kan als een van dé topmomenten in zijn carrière omschreven worden. “Maar noem het zeker geen eindpunt. Nu moeten we alles op alles zetten om de juiste medicatie te ontwikkelen, aangepast aan de individuele patiënt. Want net zoals bij kanker is elk profiel net iets anders.”

Volgens de Stichting Alzheimer Onderzoek zijn er in ons land zo’n 200.000 mensen met dementie, waarvan 140.000 alzheimerpatiënten. Op mondiaal niveau gaat het om zestig tot zeventig procent van de om en bij de 55 miljoen mensen met dementie. “Een aantal dat alleen maar zal toenemen”, klinkt het. “Tegen 2050 dreigt het aantal patiënten maal drie te gaan.”

Wat de ziekte van Alzheimer met een mens en zijn omgeving doet, ervoer De Strooper de voorbije jaren van erg dichtbij. “Mijn mama is in februari aan de ziekte overleden. Ze werd 89”, zegt hij. “Na acht jaar dapper vechten.”

“”Haar strijd heeft me alleen maar nog meer gemotiveerd. Ik heb ook gezien dat medicatie slechts één component is. Ook de zorg is van uitermate hoog belang. Hoe mijn mama in het woonzorgcentrum met het grootste respect en menswaardigheid behandeld is, daar kan ik alleen maar mijn hoed voor afdoen.”