Maxime leeft al tien jaar met nier van zijn broer Gilles: “Ik zou ze meteen opnieuw afstaan”
De nierfunctie van voetballer Maxime Vansteenkiste was in 2012 al teruggevallen tot negen procent, toen bleek dat er een perfecte match was met de nieren van zijn broer Gilles die zich net als de rest van het gezin had aangediend als kandidaat-donor. “We zijn tien jaar later en kunnen momenteel allebei perfect leven met één nier. We moeten nog op controle naar de dokter, maar die doorstaan we telkens vlot. En uiteraard ben ik mijn broer voor de rest van mijn leven dankbaar voor wat hij voor me deed”, zegt Maxime.
“Ik stond toen een stuk scherper”, lacht Maxime als hij de foto van hij en zijn broer Gilles ziet. Tien jaar geleden haalden de broers Vansteenkiste de krant, vlak voordat een nier van Gilles zou ingeplant worden bij Maxime. “Op dat moment woog ik nog 63 kilogram. Ik was toen al fel vermagerd. Mijn nierfunctie was toen ook al herleid tot negen procent. Ik zag er ook grauw uit, kon nauwelijks nog eten en was snel vermoeid.”
“Onze band is sindsdien alleen maar sterker geworden”
De hele familie Vansteenkiste, pa Ludo, ma Ann-Carole, broer Gilles en Guillaume en zus Fauve lieten onderzoeken of ze een nier konden afstaan aan de oudste zoon van het gezin. “Onze zus was toen nog geen 18, dat zou niet toegestaan zijn. Er was wel een gedeeltelijke match met iedereen, maar met Gilles was het een full house, zoals ze dat noemen. Een 100 procent match.”
Gilles aarzelde dan ook niet om een nier af te staan. “Uiteraard doe je dat voor je broer. Anders had hij hier nu zo niet gezeten.” Eigenlijk was Maxime op het moment van de operatie al aangewezen op nierdialyse. “Maar omdat ze wisten dat er een transplantatie zat aan te komen, heb ik dat nooit moeten ondergaan.”
Nier in een frigobox
De operatie ligt nog altijd vers in het geheugen. “Wij dachten eigenlijk dat we samen in de operatiekamer zouden belanden, dat was ons ook zo verteld, maar dat bleek wat kort door de bocht. De dag voor de operatie waren we al binnen gegaan in het UZ in Gent. ’s Morgens was het eerst de beurt aan Gilles. Ik bleef alleen in de kamer achter. Pas na de middag was het mijn beurt. Ik kreeg toen van de verpleegkundigen te horen dat de operatie bij Gilles goed verlopen was. Er viel toen al een zware last van mij, want je mag het niet gedroomd hebben dat er iets verkeerd zou lopen bij hem. Ik kreeg hem niet te zien, in de operatiekamer lag zijn nier in een frigobox op mij te wachten. En ook bij mij liep de operatie volgens schema. Ik moest wel langer op intensieve zorgen blijven.”
Er was de broers verteld dat ze 10 tot 14 dagen in het UZ zouden moeten blijven. “Maar het is uiteindelijk bij zeven dagen gebleven. De dag na de operatie zijn we ook meteen aan de revalidatie begonnen”, weet Gilles nog. “Ook bij mij waren de buikspieren doorgesneden en enkele ribben verplaatst. Dat is nodig om aan de nier te geraken. Maar bij de revalidatie hadden we elkaar natuurlijk.”
Fietsen en wandelen stond op hun revalidatieschema. “Ik weet nog de eerste keer dat we van bij ons oma thuis een tochtje van zowat 400 meter gingen wandelen. Ik ben enkele keren moeten gaan zitten om op adem te komen. Maar na twee maanden kon ik alweer gaan werken, van Gilles duurde het iets langer, maar hij heeft ook zwaarder werk.”
Voetballen lukte al snel weer
Gilles zou zo weer dezelfde beslissing nemen voor zijn broer. “Er is daar inderdaad wel een risico aan verbonden, maar je wordt ook goed geïnformeerd. Je moet ook op gesprek met een psycholoog en in bijzijn van een getuige moet je verklaren dat je het op vrijwillige basis doet. Maar schrik had ik eigenlijk niet in aanloop naar de operatie. In het UZ in Gent staat er ook een topteam ter beschikking, er hangt ook echt een familiale sfeer.”
Voor Maxime zag zijn leven er meteen ook anders uit. “Mijn nierfunctie ging ineens van 9 naar 50 procent. Ik voelde me op slag stukken beter.” Maxime Vansteenkiste was op het moment van de operatie net veranderd van voetbalploeg. Hij had vierdeklasser Winkel Sport ingeruild voor de ambitieuze eersteprovincialer KSV De Ruiter. “Ik wilde meteen ook weer voetballen en heb de trainingen dan ook snel hervat. In het begin moesten ze me wat temperen. Maar ik liet een hulpstuk maken dat ik kon dragen om me te beschermen. Maar na enkele jaren liet ik dat ook achterwege. Voetballen lukte al snel weer en ik kon nog meer dan mijn mannetje staan. Maar die sterke fysieke conditie van bij Winkel Sport heb ik nooit meer hervonden. Ondertussen ben ik al een jaar gestopt met voetballen”, zegt Maxime die bij Kaster Keukens werkt.
Voor zijn operatie moest Maxime ook Aranesp nemen. “En dat is eigenlijk epo. Maar ik had daarvoor een doktersbriefje, want in vierde klasse moest je ook nu en dan een dopingplasje doen.”
Geen levenslange garantie
Gilles, die al zijn hele loopbaan in de bouwsector bij Van Hulle in Tielt aan de slag is, moet nu jaarlijks nog eens op controle, Maxime om de drie maanden. “Maar dat verloopt allemaal goed. Ik moet nu nog slechts vijf pilletjes nemen, voornamelijk tegen de afstoting. Er is een tijd geweest dat er het er 27 waren.”
De nier van Gilles doet het dus goed bij Maxime. “Maar hoe lang dat blijft duren, dat weet je niet. Ik denk dat het record op 40 jaar staat, maar er komt een dag dat de nier het ook niet meer zal uithouden”, realiseert Gilles zich. Maxime: “We hadden al een sterke band, maar die is alleen maar sterker geworden door hetgeen mijn broer voor mij heeft gedaan. De handshake die we gaven voor de operatie, die vergeet ik nooit.”
Het beste van KW
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier