Een bloemetje voor ambulanciers Geert en Stefaan: “Niet helpen is geen optie voor ons”

Ambulanciers Geert Decoene en Stefaan Seurynck: “We blijven paraat staan voor hen die hulp nodig hebben. (foto CLL)
Ambulanciers Geert Decoene en Stefaan Seurynck: “We blijven paraat staan voor hen die hulp nodig hebben. (foto CLL)
Christophe Lefebvre
Christophe Lefebvre Medewerker KW

Meer nog dan in normale tijden zijn onze hulpverleners vandaag de dag van onschatbare waarde. Dokters, verplegend en verzorgend personeel zetten alles op alles om de pandemie onder controle te houden. Hoog tijd om hen daarvoor te bedanken.

Men spreekt vaak over de eerste lijn en zelfs de frontlijn van de oorlog tegen het virus. Toch is er één groep die zonder aarzelen en op eender welk moment van de dag rechtstreeks in de vuurlinie aan het werk is: de ambulanciers van de talrijke hulpverleningszones in het land zijn de eersten die dagelijks met het virus worden geconfronteerd.

“We gaan deze ruiker een centrale plaats geven in onze kazerne”

“Wanneer we coronapatiënten moeten vervoeren, hebben we een complete uitrusting aan waarmee we onszelf beschermen”, klinkt het bij Geert Decoene (59) uit Menen. Al meer dan 40 jaar zet hij zich in bij de brandweer en wordt hij opgetrommeld wanneer mensen in gevaar zijn. “Maar ook wanneer iemand een ongeval heeft gehad of wanneer de situatie absoluut niet veilig is, verlenen we eveneens bijstand. Het is al voorgevallen dat we pas nadien te horen kregen dat iemand besmet was, maar niet helpen is absoluut geen optie voor ons.”

Ook zijn collega Stefaan Seurynck (51), een brandweerman met acht jaar ervaring op de teller, deelt die lovenswaardige mening. “We doen dit werk natuurlijk niet om in de spotlight te staan. Vaak zijn we de eersten ter plaatse maar ook de eersten die opnieuw vertrekken. Mensen in nood moeten zo snel mogelijk in het ziekenhuis raken. Het is dan ook erg fijn dat we niet alleen een bloemetje krijgen, maar weten dat mensen ons werk waarderen. We gaan de ruiker een centrale plaats geven in onze kazerne en dragen die natuurlijk op aan al onze collega’s, die zullen blijven paraat staan wanneer hulp nodig is.”