Chantal fietst in haar eentje volledige Franse landsgrens af: “Beter dan de beste vitamientjes”

Chantal werd bij haar thuiskomst verwelkomd als een echte heldin. © WK
Wim Kerkhof
Wim Kerkhof Medewerker KW

Straf, dat is het minste wat je kan zeggen van de prestatie van Chantal Sellekaerts (58) uit Varsenare, bij Jabbeke. Chantal fietste in zes weken de volledige Franse landsgrens af. Haar eigen Tour de France, net geen vijfduizend kilometer, met veel klimmen en dalen. Een onvergetelijke ervaring ook, die ze iedereen zou willen aanraden. “Onderweg vergeet je even al je zorgen”, klinkt het.

Ze fietst al heel haar leven, vertelt ze. Maar de Tour Cyclotouriste die ze de voorbije zes weken ondernam, stak er toch met kop en schouders bovenuit. “Ik ben op 1 juli vertrokken in Sint-Winoksbergen, het land van de Ch’tis”, zegt Chantal met haar wijde glimlach. Ze had bij het vertrek nog veel lood in de schoenen. “Waar was ik in godsnaam aan begonnen? Mijn grootste bekommernis als vrouw alleen on the road, was slaapgelegenheid vinden. Vooral de eerste dagen was dat een uitdaging: de graanschuur van Frankrijk, dat zijn velden zover het oog kan reiken.” Maar toen mocht Chantal die Noord-Franse gastvrijheid aan den lijve ervaren. “Ik werd er zelfs uitgenodigd op een barbecue”, glimlacht ze.

26 cols

In de Alpen en de Pyreneeën stonden de Varsenaarse maar liefst 26 cols te wachten. “Daar zaten kuitenbijters tussen, ja. De Col de Madeleine was er zo eentje, en ook de Tourmalet vond ik serieus de moeite. De Col de la Bonette – ‘het dak van Europa’ – was de hoogste, de Galibier zonder meer de drukste.” In de bergen fietste ze tussen de koeien, in de vlakke Camargue zag ze in de verte flamingo’s paraderen en in de Elzas zaten de ooievaars met kleintjes. “Maar je komt onderweg ook veel pittoreske dorpjes met van die smalle, steile straatjes tegen. Elk Frans departement heeft zo z’n eigenheid, hier en daar word je getrakteerd op adembenemende zeezichten: de Atlantische kust is adembenemend mooi. Die steeds wisselende landschappen, daar haald ik echt mijn hart aan op. Beter dan de beste vitamientjes”, knipoogt Chantal. Gemiddeld trapte ze zo honderdtwintig kilometer per dag, door bossen, bergen en dalen, maar de man met de hamer is ze onderweg nooit tegengekomen. “Het voordeel van alleen onderweg te zijn, is dat je het volledig op eigen tempo kunt doen. Niemand die je opjaagt, en als je zin hebt om te stoppen, stop je gewoon. Eenzaam heb ik mij ook nooit gevoeld. Je komt altijd wel iemand tegen die zin heeft om een praatje te slaan”, klinkt het.

“Ik heb in die zes weken geen enkele keer lek gereden”

Toen ze 25 jaar geleden naar Santiago de Compostella fietste, had Chantal vooraf een cursus fietsenmaker gevolgd. “Die is mij nu weinig van pas gekomen: ik heb in die zes weken tijd zelfs geen enkele keer lek gereden”, zegt ze. Ook lichamelijk waren er weinig ongemakken. “Zelfs geen last gehad van zadelpijn”, knipoogt Chantal. Een goeie voorbereiding is dan ook alles: Chantal fietste tussen januari en mei een slordige drieduizend kilometer bijeen. “Ik heb alle Belgische provincies gedaan.”

Regen, wind en… zon

Ook de weergoden waren Chantal en haar Tour de France meestal gunstig gezind. “De eerste dag reed ik door de striemende regen, in het departement Manche viel ik haast omver van de wind. Maar de rest van de tocht werd ik meestal vergezeld door het zonnetje. Ik moet onderweg constant een glimlach op mijn gezicht gehad hebben – ik vergat echt al mijn zorgen”, klinkt het. Chantal, in het dagelijkse leven verpleegkundige in het AZ Sint-Jan, werd ook aan het thuisfront door veel mensen gevolgd. “De WhatsApp-groep werd alsmaar groter”, lacht ze.

Toen ze zaterdagmiddag rond 17 uur weer in de Smissebeekstraat kwam gereden, werd ze daar vrolijk opgewacht door familie en vrienden, buren en collega’s. Met een spandoek. “Leuk om zo thuis te komen”, glimlacht ze. “Zó trots ook dat ik het volledig op eigen krachten heb gekund. Ik voel mij nu een echte randonneur.”

Verslavend

Chantal hoopt met haar Tour de France andere fietsers te inspireren. “Wij Vlamingen trekken in de zomer altijd massaal met de auto naar Frankrijk, maar vanop de fiets zie je zoveel meer. Maar het zijn ook die spontane ontmoetingen die bijblijven. ’t Is gewoon een heel andere beleving”, klinkt het.

(lees verder onder de foto)

De ‘Tour de France’ van Chantal.
De ‘Tour de France’ van Chantal. © GF

Nog een tip van Chantal: voel je nooit te oud. Zelf sliep ze onderweg al eens in een jeugdherberg. “Ik ben verliefd geworden op ‘la douce France’, en je hoeft het niet eens zo ver te gaan zoeken: net over de grens vind je ook al hele mooie dorpjes.”

Veel tijd om uit te blazen heeft Chantal trouwens niet: woensdag gaat ze alweer aan de slag in het ziekenhuis. En ondertussen kijkt ze ook alweer uit naar een nieuw fietsavontuur. “Fietsen is verslavend”, grijnst ze.

Geïnspireerd? Chantal geeft je graag nog wat extra tips mee. Ze is te bereiken via c.sellekaerts@telenet.be