Brugge onder de loep (50): Kerstmis in de meersen

Aan Westmeers 135 geboorte van Christus (foto Davy Coghe) © Davy Coghe Davy Coghe
Redactie KW

Door corona herontdekte iedereen het plezier van het wandelen. Wie de Brugse binnenstad doorkruist, passeert achteloos honderden details met een bijzonder verhaal. Gediplomeerd gids Chris Weymeis haalt elke week zijn loep boven en vertelt het verhaal van een bijzonder object. Vandaag: Kerstmis in de meersen en een vergeten ommegang.

De vooravond van Kerstmis vormt het ideale moment om in het Brugse straatbeeld op zoek te gaan naar afbeeldingen van de geboorte van het Kindeke Jezus. En een echte zoektocht is het, want voor zover mij bekend is er slechts één dergelijke afbeelding te vinden, namelijk aan de Westmeers 135. Bijkomend element, maar niet onbelangrijk: het tafereel zit net niet onder weelderig groen verstopt! De gevelsteen van geringe afmeting (17 bij 26 cm) stelt duidelijk de geboorte van Christus in Bethlehem voor. In de Twijnstraat is wel nog een Aanbidding der Wijzen te zien, maar dat is een ander verhaal (Zie: Brugsch Handelsblad 2 juli 2021).

Kerstommegang

Het geboortetafereel in de Westmeers geeft mij de kans om de onbekende Brugse Kerstommegang te belichten. Wanneer die is ontstaan, is niet bekend maar waarschijnlijk omstreeks 1900. Toen kwamen op kerstnacht op de Burg talrijke Bruggelingen en mensen van het platteland samen. Hoe de ommegang verliep, is in 1908 beschreven door de Nederlandse volkskundige Cornelia Catharina van der Graft.

Het Kindeke Jezus in het groen. (foto DC)
Het Kindeke Jezus in het groen. (foto DC) © Davy Coghe Davy Coghe

Volgens haar knielde de menigte voor de, weliswaar gesloten, poort van de Heilig Bloedkapel en werd met gestrekte armen het kruisgebed gebeden. Na het slaan van de middernachtklok, vertrok iedereen en in 1908 waren er volgens de volkskundige ruim tienduizend deelnemers. Er werden bij de ommegang geen vaandels of geen kruisen meegedragen en er waren ook geen geestelijken aanwezig.

Het waren enkel mannen en vrouwen die bij twee, vier tot acht tegelijk elkaar bij de arm vasthielden. Zwijgend volgden ze de weg die jaarlijks in mei door de Heilig Bloedprocessie werd afgelegd. De ommegang eindigde op de Burg waar nog eens het kruisgebed werd gelezen.

Vroege kerstmis

Mensen van het platteland hadden meestal een korf met boterhammen bij zich, ‘de leeftocht voor de lange marsch’ zoals van der Graft schrijft. De plattelandslui kwamen uit dorpen op drie, vier uur van Brugge verwijderd en vatten na de ommegang onmiddellijk de terugtocht aan.

Uit een kleine bevraging die de Brugse volkskundige Hervé Stalpaert omstreeks 1950 deed, blijkt dat de ommegang toen nog in de herinnering leefde bij mensen in het Houtland, Sijsele, Beernem, Oedelem en Assebroek. Uit heel die streek gingen ze in groep naar de Kerstommegang. In Sijsele wachtten ze zelfs de groepen uit Maldegem en Kleit op. Na de ommegang trokken die van Sijsele, meestal met die van Assebroek en Oostkamp, naar de vroege kerstmis in de abdij van Steenbrugge. Pas nadien keerden ze langs veldwegels huiswaarts. Aan de Kerstommegang kwam een einde met de Eerste Wereldoorlog. (CW)