“Ik wil véchten voor West-Vlaanderen”: Melissa Depraetere, in tien jaar van OCMW-raadslid tot viceminister-president

Melissa Depraetere tijdens de eedaflegging in het Vlaams Parlement. Ze is de jongste viceminister-president van Vlaanderen ooit. © BELGA
Philippe Verhaest

In 2014 maakte ze als politiek groentje haar debuut in de OCMW-raad van haar thuisstad Harelbeke, tien jaar later heeft ze de eed afgelegd als Vlaams minister. Melissa Depraetere (Vooruit) is als een komeet naar de top van de politiek geschoten. Maar ze is helemaal klaar voor deze nieuwe uitdaging, zegt ze. “Ik heb mijn droombevoegdheden beet. Ik wil mensen hélpen. Iets wat ik de komende vijf jaar elke dag zal doen.”

Met een kamerbrede glimlach begroet Melissa Depraetere (32) ons in de Vooruit-vertrekken van het Vlaams Parlement. Haar nieuwe tweede thuis, zegt ze zelf. “Dit wordt dé plek waar ik de bakens zal kunnen verzetten”, glundert ze. “Ik ben echt blij dat ik dit nieuwe hoofdstuk kan aansnijden.”

Onze gelukwensen met je ministerschap. Wat doet dit met je?

“Ik vind het vooral spannend, maar stress heb ik niet. Ik heb het volledige regeerakkoord mee onderhandeld, ik weet alle punten en komma’s staan. Dit is en blijft wel mijn grootste politieke uitdaging tot nu toe. Ik ben, samen met Hilde (Crevits, CD&V, red.), ook viceminister-president.”

Wat een jaar, trouwens. In november 2023 werd je interim-voorzitter van Vooruit, tien maanden later mag je ‘Vlaams viceminister-president’ aan je visitekaartje toevoegen.

(even stil) “Ik heb een erg hectisch jaar achter de rug. Het was echt zot. De partij door woelig water navigeren, twee verkiezingscampagnes, twee zware onderhandelingen… Het was net alsof ik op een TGV zat die nooit stopte. Maar ik heb zeer veel geleerd. 2024 was met voorsprong het meest intensieve jaar van mijn nog jonge leven, maar ik zou het zo opnieuw doen.”

“Er is niet altijd voldoende geïnvesteerd in onze provincie. Het geld ging al te vaak andere richtingen uit. Dat zal nu anders zijn”

Had je ooit durven dromen dat je mee de Vlaamse regering zou leiden toen je destijds in Harelbeke je eerste politieke stapjes zette?

“Totaal niet. Daar lag mijn ambitie ook niet. Mijn carrière is gewoon organisch gegroeid, zonder stappen over te slaan. Toen ik destijds Politieke en Sociale Wetenschappen aan de UGent studeerde, had professor Carl Devos tijdens een van zijn openingscolleges de voorzitters van alle Vlaamse partijen uitgenodigd. Daar hoorde ik Caroline Gennez voor het eerst bezig en ik kon me letterlijk in álles vinden wat ze zei. Tot dan had ik geen uitgesproken politieke voorkeur. Ik stam ook niet uit een politiek nest, maar Caroline heeft dáár een overtuigd socialist van me gemaakt. En nu zijn we collega’s in deze regering. De cirkel is rond.”

Sta je soms stil bij het parcours dat je hebt afgelegd?

“Nu wel. Vooral het laatste jaar is het hard gegaan. Ik ben in eigen stad gestart op microniveau, nu krijg ik de kans om op macroniveau te werken. Ik raad het trouwens elke politicus aan om ooit in de raad voor maatschappelijk welzijn (de vroegere OCMW-raad, red.) te zetelen. Daar zie je het échte leven passeren en krijg je concrete cases op je bureau.”

“Het afgelopen jaar ben ik op privévlak volledig kwijt, dat wil ik geen tweede keer meemaken. Quality time doorbrengen met mijn familie, mijn man Kenneth, mijn twee metekindjes… Ik heb dat gewoon nódig”

Heb je soms niet het gevoel dat het té snel gaat?

“Neen. Ik heb uitdaging nodig. Ik werk al tien jaar gewoon verder en elke functie die ik opneem, valt perfect te rijmen met wat ik eerder deed. Alleen mijn sociaal leven lijdt enorm onder mijn professioneel bestaan. Vrienden en familie hoor ik vooral via WhatsApp, in real life afspreken is vaak zo goed als onmogelijk. Al ben ik zondagavond wel bij mijn ouders gaan eten. Ik had hen overdag willen bellen om te vertellen dat ik minister zou worden, maar ze namen natuurlijk net dán niet op (lacht). Ze hebben het via de media moeten vernemen.”

Alle nieuwe Vlaamse ministers op een rijtje. Boven v.l.n.r. Cieltje Van Achter, Annick De Ridder, Jo Brouns, Caroline Gennez en Zuhal Demir. Onder: Ben Weyts. Hilde Crevits, Melissa Depraetere en Mathhias Diependaele.
Alle nieuwe Vlaamse ministers op een rijtje. Boven v.l.n.r. Cieltje Van Achter, Annick De Ridder, Jo Brouns, Caroline Gennez en Zuhal Demir. Onder: Ben Weyts. Hilde Crevits, Melissa Depraetere en Mathhias Diependaele. © BELGA

Je behaalde in juni 63.705 voorkeursstemmen, wel op de federale lijst. Hoe verklaar je je overstap naar Vlaanderen?

“Als voorzitter van Vooruit nam ik aan beide onderhandelingen deel. Zo heb ik het Vlaamse niveau van binnenuit leren kennen en voelde ik aan alles dat je hier voor concrete veranderingen kan zorgen. De rode draad doorheen mijn politieke roeping is koopkracht. Daar kan ik hier mee aan de slag. Ik wil mensen hélpen. Iets wat ik de komende vijf jaar elke dag opnieuw wil doen. En daar heb ik hier het perfecte platform voor.”

“Ik heb mijn droombevoegdheden beet. Ik had vooraf mijn wishlist opgesteld en die haalde ik volledig binnen”

Met een stevige portefeuille in je achterzak: Wonen, Energie & Klimaat, Toerisme en Jeugd.

“Ik heb mijn droombevoegdheden beet. Ik had vooraf mijn wishlist opgesteld en die haalde ik volledig binnen. Het jeugdwerk zit in mijn dna. Ik was zeven jaar (hoofd)leidster bij Chiro Sellewie in Deerlijk. Daar heb ik er een punt van gemaakt om iederéén de kans te geven om zich bij ons aan te sluiten. Die visie wil ik nu doortrekken. We zullen de werkingsmiddelen van onze jeugdbewegingen indexeren en kinderen met een financieel moeilijkere achtergrond actief betrekken.”

Wonen, dan. Waar liggen daar je speerpunten?

“Heel helder: betaalbaar wonen. Voor wie een huis koopt, verlagen we de registratierechten. We versoepelen de renovatieplicht en voeren een collectieve renovatie in. We zeggen niet meer tegen mensen jij moet renoveren, maar wel we helpen je renoveren. Met groepsaankopen en prefinanciering door de overheid. Verhuurders die niet instappen in het renovatieverhaal, zullen hun prijzen niet meer mogen indexeren. Dat is goed beleid voor de planeet en de portefeuille. En we voorzien liefst 6 miljard euro om nieuwe sociale woningen te bouwen en te renoveren. Liefst anderhalf miljard meer dan de vorige Vlaamse regering. Een historisch hoog bedrag.”

Welke stappen wil je op klimaatvlak zetten?

“We moeten ambitieuzer durven zijn. De Europese Unie vraag een emissiereductie van 47 procent, de vorige Vlaamse regering nam genoegen met 40 procent. Wij leggen de lat weer op 47, onder meer door nóg meer in te zetten op wind- en zonne-energie. Er staat ook 400 miljoen euro klaar om groene bussen voor De Lijn aan te schaffen. En ik wil jongeren aanzetten om veel meer het openbaar vervoer te gebruiken. Daarom gaan we de prijs voor jongeren verlagen. Opnieuw: koopkracht.”

Melissa Depraetere tijdens de eedaflegging in het Vlaams Parlement.
Melissa Depraetere tijdens de eedaflegging in het Vlaams Parlement. © BELGA

Waarom wilde je er absoluut ook Toerisme bij?

“Ik ben een kind van dé toeristische provincie bij uitstek. Toerisme is een vitaal onderdeel van onze West-Vlaamse economie, daar wil ik de komende jaar fors in investeren. Onze kust, de Westhoek, Brugge… West-Vlaanderen heeft op dat vlak zoveel troeven. Die moeten verder uitgebouwd worden.”

“Hilde Crevits en ik maken samen de helft uit van het Vlaamse kernkabinet. Dat West-Vlaams gewicht zullen we gebruiken om de belangen van onze provincie te verdedigen”

Hoe hevig klopt je hart voor West-Vlaanderen?

“Ik ben preus op mijn afkomst. Ik zal véchten voor West-Vlaanderen. Tijdens de onderhandelingen heb ik met Hilde Crevits af en toe een West-Vlaams front gevormd, soms tegen de zin van mijn voorzitter. De voorbije jaren is er niet altijd voldoende geïnvesteerd in onze provincie. Het geld ging al te vaak andere richtingen uit. Dat zal nu anders zijn. Op vlak van onderwijs, kinderopvang, mobiliteit… Zo zal die derde rijstrook op de E403 tussen Roeselare en Brugge er nu ook écht komen. Hilde en ik maken samen de helft uit van het Vlaamse kernkabinet. Dat West-Vlaams gewicht zullen we gebruiken. Een mooi voorbeeld daarvan is de renovatie van het Thermae Palace. Daar is 30 miljoen euro voor gebudgetteerd. Het is tijd voor een serieuze inhaalbeweging.”

Terug naar je leven naast de politiek. Zal je als leading lady van de Vlaamse socialisten nog tijd hebben voor je geliefden?

(kordaat) “Daar zal ik tijd voor máken. Het afgelopen jaar ben ik op dat vlak volledig kwijt, dat wil ik geen tweede keer meemaken. Quality time doorbrengen met mijn familie, mijn man Kenneth, mijn twee metekindjes… Ik heb dat gewoon nódig. Ik heb veel te lang mijn heilig momentje moeten missen: op zondagochtend gaan joggen in het provinciedomein De Gavers, pal aan mijn deur, en daarna een lang warm bad. En ik wil zo snel mogelijk een weekendje uitwaaien aan zee.”

Maar eerst nog de gemeenteraadsverkiezingen. Je prijkt op de tweede plek bij Vooruit in Harelbeke. Waar liggen je ambities?

“Ik was de voorbije zes jaar gemeenteraadslid en kon na drie jaar schepen worden. Dat heb ik geweigerd, ik wil niet cumuleren. Maar ik wil mee de lijnen uitzetten. Als de Harelbekenaar ons het initiatiefrecht geeft, wil ik graag mee het bestuursakkoord onderhandelen en de visie uittekenen. En als ik het geluk heb om opnieuw verkozen te worden, zal ik ook elke maand als raadslid zetelen. Ik kreeg de voorbije dagen een pak WhatsAppjes van Harelbeekse politici, over alle partijen heen. Ik heb hen gezegd dat ik me in de toekomst graag ook nog met mijn eigen stad wil moeien. In de goeie zin van het woord.” (knipoogt)