Moorddossier Caroline Vyncke is een vergiftigd geschenk voor het assisenhof

© BELGA
Jean Pierre Terryn

Rechtbankverslaggever Jean-Pierre Terryn kijkt terug op de eerste procesweek van de moordzaak op Caroline Vyncke uit Moorsele ofte de zogenaamde rolstoelmoord.

Na een week van debat in het Brugse assisenhof draagt het proces iets onwezenlijks in zich. Voor de ogen van het hof, de zes mannen en de zes vrouwen van de volksjury en de advocaten blijft het schemeren. Er zijn nog veel onduidelijkheden, vraagtekens en onzekerheden. Als een assisenproces een forum is om de waarheid eens en voor altijd uit te klaren dan is het hof in deze fase van de afhandeling van de rolstoelmoord nog niet thuis.

De moord werd door een iemand uitgevoerd. Het versnijden ook door een persoon. De vraag is uiteraard: wie deed wat?

Niettemin leverde de eerste procesweek twee zekerheden op. Caroline Vyncke is niet dood geslagen en geschopt, maar bezweek aan een vijf- tot zestal messteken. Dat wijst de objectieve lijkschouwing uit. Het dode lichaam vertoonde tevens snij- en zaagletsels. Tweede zekerheid dus : het lijk is gruwelijk uit elkaar gehaald op de koer van de woning van de toenmalige Waalse buur Thomas Couvreur. Dat maakt het al even – hopelijk – neutraal gerechtelijk onderzoek uit. Trouwens, de Franssprekende Thomas Couvreur staat eveneens terecht. En als men wil, er is nog een derde zekerheid : Couvreur en Vanweehaeghe ‘werkten’ niet samen. De moord werd door een iemand uitgevoerd. Het versnijden ook door een persoon. De vraag is uiteraard: wie deed wat? Het antwoord blijft na een week uit. Couvreur houdt vol dat hij met de moord en de versnijding niets heeft te maken. Vanweehaeghe zegt dat hij zijn ex achterliet aan de Heulebeek en niet weet wat er daarna met haar gebeurde.

Toch gaat het gerecht ervan uit dat Geert Vanweehaeghe zijn ex het leven ontnam. De man zelf pleit onschuldig: “Ik ben geen moordenaar.” Er was tussen hem en zijn bijzit een hoogoplopende ruzie. De zwak begaafde man kon het niet vatten dat zij, zijn eerste en enige geliefde, hem voor goed zou verlaten. Er werd een aardappelmesje bovengehaald. Hij wou haar met geweld tegenhouden. Dat was in zijn perceptie de enige uitkomst. Het vervolg zijn de zes tot zeven verscheidene versies waarmee de warrige fantast, de ziekelijke leugenaar en manipulator voor de dag komt. Het assisenhof moet het daarmee doen. Datzelfde schilmesje bevatte DNA van de beschuldigde, noch van het slachtoffer. Tijdens herhaaldelijke huiszoekingen werden eigenlijk nooit tastbare bewijzen gevonden dat Vanweehaeghe werkelijk dader is.

De ene keer bekende deze beschuldigde om er van af te zijn. De andere keer wou de dorpsgek met zijn bekentenis de aandacht trekken

In de aanloop tot het proces heeft men niettemin al te zeer op Geert Vanweewaeghe gefocust. De rechercheurs hebben hem zelfs gedwongen te bekennen. Niet gespeend van enige diplomatie en psychologie hebben ze met Vanweehaeghe een gemakkelijke prooi. Nogmaals, de ene keer bekende deze beschuldigde om er van af te zijn. De andere keer wou de dorpsgek met zijn bekentenis de aandacht trekken.

Blijft het doorslaggevend bewijsmateriaal bij Geert Vanweehaeghe achter, dan ligt het voor het grijpen bij Thomas Couvreur. Hij was in het bezit van de gsm van het slachtoffer en had een knipmes – een verboden wapen – met zijn DNA en dat van het slachtoffer. Men zou voor minder hangen. Toch laat de onderzoeksrechter de Waal in de loop van het onderzoek vrij. Bij gebrek aan voldoende aanwijzingen. Heeft het proces iets onwezenlijks dan was dat ook het geval met het onderzoek. Zelfs de rechercheurs geven toe dat zij een niet onberispelijk parcours aflegden. En Couvreur, die kwam pas echt in beeld nadat in zijn vroegere woning ruim twee jaar na de feiten nog menselijke resten van het slachtoffer werden gevonden. Als dat geen verpletterd bewijsmateriaal is.

Heeft er niemand ooit aan gedacht dat Caroline Vyncke na de ruzie stoom wou afblazen tijdens de wandeling, die haar leidde tot bij, jawel Thomas Couvreur? De korte wandeling eindigde op zijn koer. Thomas Couvreur zelf zal het nooit toegeven, al legt men hem uren op pijnbank.

Het mag duidelijk zijn dat het hof en in het bijzonder de volksjury, die in eer en geweten op de eerste plaats moet oordelen over schuld of onschuld, met o zo’n vergiftigd geschenk opgezadeld zitten.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier