In dronken toestand iemand doodrijden en toch vrij rondlopen: hoe kan dat?

(TM/Belga/montage KW)
Laurens Kindt

Dat iemand die aan hoge snelheid en met te veel drank op een dodelijk ongeval veroorzaakt en nog geen dag later al terug op vrije voeten is, wekt wrevel. “Typisch het Belgische gerecht”, is nog één van de beleefdste reacties op sociale media. “Elke onderzoeksrechter beslist in eer en geweten”, zegt Koen Wittouck, voorzitter van de West-Vlaamse onderzoeksrechters.

Zaterdagochtend werd de 23-jarige Marthe van haar fiets gereden in Roeselare door een 24-jarige bestuurder die te snel reed, te veel gedronken had en sporen van cannabisgebruik vertoonde. Hij werd gearresteerd, door het parket voor de onderzoeksrechter geleid en opnieuw vrijgelaten. Onder strenge voorwaarden, zo benadrukte het parket. Vrij snel stak op sociale media een storm van protest op. Het onbegrip over de beslissing van de Kortrijkse onderzoeksrechter was groot. “Kan alleen in België, iemand vermoorden en een paar uren later weer vrij rondlopen”, klonk het onder meer.

Toch is de beslissing van de Kortrijkse onderzoeksrechter niet uitzonderlijk. “De wet op de voorhechtenis schrijft voor dat iemand in hechtenis nemen in feite de uitzondering moet zijn”, zegt Koen Wittouck, voorzitter van de West-Vlaamse onderzoeksrechters en zelf ook onderzoeksrechter in Brugge. Alleen als de feiten bestraft kunnen worden met een gevangenisstraf van minimum één jaar kan iemand in voorhechtenis genomen worden. Bij een dodelijk ongeval is dat zo.

Drie criteria

Maar dan nog moeten onderzoeksrechters rekening houden met drie criteria om iemand te mogen aanhouden. “Recidive, onttrekking en collusie. Recidive is het gevaar dat iemand opnieuw feiten pleegt, onttrekking is het risico dat hij of zij de vlucht neemt en collusie is de mogelijkheid dat er bewijzen verdwijnen of dat er onder verdachten afspraken kunnen gemaakt worden. Als die risico’s kunnen opgevangen worden met andere maatregelen, dan wordt er gekozen om niet aan te houden”, legt onderzoeksrechter Wittouck uit.

Los van die wettelijke criteria moet een onderzoeksrechter een brede kijk houden op de persoon die voor hem gebracht wordt. “Wat zou de weerslag zijn van een aanhouding op de arbeidspositie van die persoon? Zou hij zijn werk kunnen verliezen? Hoe zit het met zijn thuissituatie? Wat zou de impact van een aanhouding op zijn gezin zijn? Dat kan allemaal mee spelen. Elke onderzoeksrechter beslist in eer en geweten of een aanhouding noodzakelijk is. Geval per geval. Dat is mensenwerk”, klinkt het.

Politierechter

Wat alvast niet meespeelt in de beslissing, is de heisa die over een bepaalde zaak ontstaat in de media. “Daardoor mogen we ons niet laten beïnvloeden maar ik begrijp dat het voor het grote publiek soms moeilijk te begrijpen is. Het grote misverstand is dat mensen denken dat wij over de grond van de zaak beslissen. Dat is niet zo. Wij moeten alleen kijken of het noodzakelijk is voor het onderzoek dat iemand meteen aangehouden wordt. Over de gepleegde feiten oordelen wij niet. Dat gebeurt later, in dit geval waarschijnlijk voor de politierechtbank”, besluit onderzoeksrechter Wittouck.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier