Bloemkool, prei en aardappelen verzuipen in natte velden: “Oogst binnenhalen wordt zwaar labeur

Boer Filip Debacker probeert zoveel mogelijk bloemkool binnen te halen. Z'n velden liggen er namelijk kletsnat bij. © GGM
Redactie KW

Voor de vele aardappeltelers in de Westhoek is de situatie dramatisch om hun teelten nog op tijd binnen te halen. Maar ook in Ruiselede, Wingene en Tielt hebben de boeren het niet onder de markt om gewassen zoals bloemkool, prei en witte kool te oogsten. “We zijn gebonden aan contracten, maar werken in verzopen velden is een echte catastrofe”, treuren de landbouwers die we konden spreken.

Langs de baan van Ruiselede naar Wingene zien we een boer de rapen met de hand uit de drassige grond trekken, om zo de bakken te vullen. Het is duidelijk zware korvee en het werk schiet niet echt op. Ook boer Filip Debacker, uit de Galgenstraat in Ruiselede, heeft de grootste moeite om zijn velden bloemkool te oogsten. “We hebben amper nog een week tijd, maar het werk gaat veel te traag vooruit”, moppert Debacker.

“Soms hebben we de ene tractor nodig, om de andere uit de smurrie te trekken”

“Voor de goede kwaliteit van de bloemkool is het essentieel dat die vóór begin volgende week opgehaald is. Maar we kunnen maar aan 30 procent van onze normale capaciteit werken. Soms geraken we gewoon niet eens tot aan de teelt! Drie tractoren zijn hier al vastgelopen. We gebruiken de ene tractor, om de andere uit de smurrie te trekken. Zo wacht er nog 14 hectare. Niet te doen. We hebben dringend enkele droge dagen nodig. Maar dan mag het niet vriezen, of alles is verloren. Gelukkig hebben we voor andere teelten zoals savooi nog een beetje tijd.”

De vers geoogste bloemkool staat in bakken te wachten. Vanavond zitten ze al in diepvrieslokalen in Ieper.

Werkomstandigheden catastrofaal

Ook andere boeren uit de regio bevestigen dat de huidige werkomstandigheden om te oogsten ‘catastrofaal’ zijn, dat kwaliteitsverlies voor sommige soorten bijna onvermijdelijk is en dat bij veel contracten de deadline al begin december valt. Vooral gewassen zoals aardappelen lijden makkelijk aan natrot, schimmels en bacteriën.

Houdbaarheid in vraag

“Er mag eindelijk eens een einde aan deze zondvloed komen”, beaamt ook schepen voor Landbouw Hedwig Kerckhove (CD&V) uit Wingene. “Elke regendag die er nu netto bijkomt, is er één te veel. De spons zit vol.”

Maar hij stelt ook gerust. “Het grootste deel van de maïs is binnen en ook voor de aardappelen blijven er niet zoveel percelen meer. Zowat de helft van de grond in Wingene is lichtere zandgrond, dat helpt ook wel. Als we nog wat droge dagen mogen verwachten, moet het voor de bieten ook wel meevallen. Door het natte voorjaar waren de boeren wel verplicht later te planten, zodat er nu ook later geoogst wordt. Een grotere bezorgdheid is echter de houdbaarheid van de teelten. Nat geoogste aardappelen hebben bijvoorbeeld extra ventilatie nodig om te stockeren. Anders is de houdbaarheid beperkt.”

“We werken maar aan 30 procent van onze normale capaciteit. Soms raken we niet eens bij de teelt”

Al die extra aandacht, tijd en energie speelt de boeren parten. Het kan dan ook bijna niet anders, of het slechte weer zal ook zorgen voor duurdere prijzen in de handel. (GGM)