Op 1 juli zegt Greet Liebaert (62) haar bekende taverne Melrose op het Stationsplein definitief vaarwel. Een zaak die ze meer dan 25 jaar met veel liefde en plezier heeft uitgebaat. Als de horeca opnieuw volledig open mag, hoopt Greet nog even afscheid te kunnen nemen van haar vaste klanten. Heropenen op 8 mei ziet ze niet haalbaar.
Greet Liebaert is afkomstig uit Tielt en bracht haar jeugd door in Ruddervoorde. Daar baatte haar moeder café ’t Aanwijs uit. Ook haar grootmoeder stond vroeger jarenlang achter de tapkranen. “Het zat dus ongetwijfeld in mijn genen”, lacht de trotse mama van Giovanni (43) en Jersey (40).
“Na mijn middelbare studies heb ik tijdens de weekends steeds in een paar cafeetjes bijgeklust. In die periode werkte ik bij de Samsonite in Torhout. Ik deed dat graag, maar de horeca had ondertussen mijn hart gestolen. Ik draaide veel uren en toen rijpte het idee om de sprong in het diepe te wagen. Toen The Old Spaghetti Factory op het Stationsplein vrij kwam, greep ik die kans met beide handen en verhuisde tegelijkertijd naar Roeselare”, vertelt ze.
“Vijf jaar later kocht ik het volledige pand. Vooral de biljart was voor mijn zaak een enorme trekpleister. We waren ook de thuisbasis voor een wielertoeristenclub en een minivoetbalvereniging. Zoiets lokt veel volk. Er kwamen klanten van 20 tot 90 jaar. Een heel gemengd publiek. Het familiaal aspect was ontzettend belangrijk. Toen de Melrose twintig jaar bestond, gaf ik een groot feest. Zelfs onze sympathieke burgemeester is toen langs geweest. Zijn lovende woorden hebben mij diep geraakt. Een horecazaak is een roeping, anders houd je dit nooit vol. De combinatie van alles gaf mij veel voldoening.”
“Terras zetten is de moeite niet, ik wacht op volledige heropening”
Normaal houdt Greet er begin juli definitief mee op. “De zaak was al een tijdje over te nemen maar het was niet zo dat dit een absolute must was. Tijdens de tweede lockdown is er een bouwbedrijf langsgeweest dat er een mooi project in zag. De realisatie van het woon- en kantorencomplex aan de overkant van de straat, heeft daar natuurlijk wel iets mee te maken. De verplichte sluiting heeft mijn keuze nog eens bevestigd”, aldus Greet. “Eigenlijk had ik gehoopt dat de overnemers mijn stijl zouden verderzetten, zodat ik zelf ook nog eens kon langsgaan om mijn vaste klanten terug te zien. Het feit dat het gesloopt zal worden, doet wel een beetje pijn. Het was een bloeiende zaak waar ik goed kon van leven. Tegenwoordig zijn het natuurlijk andere tijden. Als je in volle coronacrisis geen spaarcentjes hebt, mag je het vergeten.”
Klanten bedanken
Graag zou Greet nog voor een paar weken haar deuren openen. “Op 8 mei mogen de terrassen onder bepaalde voorwaarden terug open. Maar voor mij is dit totaal de moeite niet. Ik heb maar een klein terras. Als ze op anderhalve meter van elkaar moeten zitten, kan ik amper acht of tien klanten plaats laten nemen. Ik denk dat ik wacht tot de horeca volledig open gaat. Ik hoop uit het diepst van mijn hart nog afscheid te kunnen nemen van mijn vaste klanten want uiteindelijk is het door hen dat mijn café zo goed gedraaid heeft”, beseft ze.
Een afscheidsfeest zal jammer genoeg niet lukken. “Ze krijgen wel allemaal een attentie. Hun warme contact ga ik echt missen. Sommigen zijn als familie. Als je ’s morgens opende en de vaste klanten waren er niet dan vroeg ik mij onmiddellijk af: ‘Oei, ze zijn toch niet ziek? Er is toch niks gebeurd? ’ In de loop der jaren heb ik van veel klanten afscheid moeten nemen.”
“Sommige vaste klanten waren als familie voor mij”
Het befaamde zwarte gat zal waarschijnlijk aan Greet voorbijgaan. “Ik hoop gezond te blijven om nog een stukje van de wereld te zien. Ondertussen heb ik de meeste Aziatische landen al bezocht. Namibië, andere delen van Afrika en ook Argentinië staan nog op de planning. Daarnaast wil ik nog heel wat leuke momenten met mijn kinderen en kleinkinderen beleven.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier