Het is ietwat het ‘verborgen’ succesnummer van Filmfestival Oostende (FFO): de schoolvoorstellingen. Maar liefst 8.000 leerlingen komen die week langs in de Kinepolis om een film te zien. En de film is geen eindpunt: nadien werken ze nog verder in de klas rond het onderwerp dat aangesneden wordt in de cinemazaal.
Tijdens de week is het ‘s morgens en ‘s middags een drukte van jewelste aan de Kinepolis. We gaan langs net wanneer de films gedaan zijn en honderden leerlingen stromen met horden uit de zalen. Langs de rode loper staan ouders hun kroost op te wachten. Andere scholen gaan dan weer te voet of met de bus terug naar school.
Dat de schoolvoorstellingen een succes zijn, is een understatement. “Klopt”, lacht Karen Simoens, die instaat voor de coördinatie van de voorstellingen. “Het is het tiende jaar dat we dit nu organiseren. In de beginjaren van het festival hadden we nog niet zo’n werking. Nu is het echt wel jaar na jaar gegroeid.”
De kostprijs wordt laag gehouden, zodat alle kinderen naar de bioscoop kunnen
Karen doet even de optelsom: alleen al op dinsdag kwamen in totaal 1.420 leerlingen langs in de bioscoop. “De eerste jaren kwamen we lang niet aan dat getal”, zegt ze. “Vandaag komen zo goed als alle scholen uit Oostende en omstreken langs. Ook scholen uit Gistel, Oudenburg… nemen deel aan het Filmfestival. We zitten nu aan 8.000 leerlingen in totaal, maar er is zeker nog ruimte voor uitbreiding. Sommige scholen komen maar met een paar klassen.”
Lespakket
De films die tijdens de schoolvoorstellingen worden getoond, zijn doorgaans films die je niet in het commerciële circuit terugvindt. “We werken hiervoor samen met Mu-Zee-Um, de kunsteducatieve draaischijf uit Oostende. De films pikken wij samen met hen uit het aanbod van JEF, een organisatie die de jeugdfilm promoot. In totaal programmeren we veertien films. Dat gaat van korte animatiefilmpjes voor peuters tot al meer volwassen films voor de laatstejaars van het middelbaar. We zorgen ook telkens voor een aanbod van twee films per graad, zodat de leerkracht in kwestie zelf kan kiezen.”
De geprogrammmeerde films gaan meestal over een onderwerp waar kinderen nadien nog over kunnen praten. “JEF werkt ook altijd een lespakket uit op basis van de film”, gaat Karen verder. “We merken dat de leerkrachten daar veel gebruik van maken. Mijn eigen zoon zit in het middelbaar en ik weet dat ze de film ook vooraf al besproken hebben. Dit jaar tonen we bijvoorbeeld het bejubelde Girl aan de oudere leerlingen. Dat gaat over een transgenderballerina. In het verleden toonden we ook al films die te maken hadden met rouwverwerking of een kindje met ADHD.”
Avondkledij
De kostprijs voor de films wordt bewust laag gehouden, zodat er geen drempel is en alle kinderen naar de bioscoop kunnen. “Het is echt de bedoeling van deze voorstellingen dat ze op een heel jonge leeftijd in aanraking komen met het Filmfestival en met de cinema”, legt Karen uit. “Zo gebeurt het ook wel eens dat er kleutertjes komen kijken die voor het eerst naar de bioscoop komen. Dat is bijzonder (glimlacht). Het is sowieso heel fijn om met de schoolvoorstellingen bezig te zijn. Onlangs kwamen hier twee klasjes langs die zich opgekleed hadden in avondkledij. De positieve reacties doen veel deugd. En de leerkrachten blijven elk jaar terugkomen.”
De Indiaan
Een van de leerkrachten die dolenthousiast is over de schoolvoorstellingen, is juffrouw Veerle Mortier, die met het vierde leerjaar van de Sint-Lodewijksschool in Oostende naar het Filmfestival kwam. “Voor ons is dit een vaste afspraak. Alle klassen van onze school, behalve het zesde leerjaar, komen elk jaar langs.”
De leerlingen van juf Veerle gingen kijken naar De Indiaan, een film over een jongetje dat geadopteerd is. Ditte (9) vond het heel mooi. “Soms was het wel triestig. Maar gelukkig ook niet al té triestig.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier