Tussen de 30.000 en 35.000 kijklustigen dienden zich zondag 11 februari in Gullegem aan om er te genieten van de vijftigste carnavalstoet. Die rukte uit in zonnig weer en hield het zo goed als droog.
De organiserende Orde van de Vlaskapelle had er duidelijk een goed oog in en ging er sowieso van uit dat er meer confetti dan echte regen zou vallen. Dat bleek achteraf goed gemikt, want het was wachten tot 17.30 uur eer zich een echte bui aandiende. Het grootste deel van de toeschouwers had op dat moment al drogere oorden opgezocht. De meesten waren dik tevreden, want het was toch wel mooi geweest.
Mooie mix
De stoet bood een mix aan onderwerpen waarin eens goed gelachen werd met een rist lokale en nationale personen en onderwerpen. De Gullegemnaars die, naar Moorseels voorbeeld, ook een eigen bancontactterminal willen; Groen, dat droomt van een fietsersbrug over de autosnelweg tussen Gullegem en Wevelgem; Vincent Van Quickenborne en zijn aspiraties; de vele werken die de vlotte doorgang van het dorp bemoeilijken en de nieuwe residenten (lees: ratten) die na het blootleggen van de Heulebeek in het hart van de Wevelgemse deelgemeente een nieuw onderkomen zouden kunnen zoeken.
De jeugdverenigingen probeerden elkaar weer de loef af te steken met het meeste aantal leden en de traditionele carnavalsverenigingen beconcurreerden elkaar met wagens die nog amper de bocht aan Den Osse op een veilige manier kunnen nemen.
Aan de jeugd
Voor De Moaten was het naar eigen zeggen na twintig jaar de laatste keer dat ze nog meedoen. Ze vlogen er met een heuse jet in stijl op uit om de creativiteit en het vele werk aan de jeugd over te laten. De opvolging wordt absoluut een uitdaging. Deze feesteditie van de stoet was er één om in de annalen te schrijven bij de organiserende Orde van de Vlaskapelle. Gullegem zal nooit Aalst worden, maar dat vindt niemand erg.
De kleuterjuffen van basisschool De Gulleboom in kleurige Crayola-waskrijtkostuums en hun kleuters in een grote waaier van prinsen, prinsessen, superhelden, ridders en jonkvrouwen kleurden de dag tijdens de kindercarnavalstoet. Het winterzonnetje kreeg er zowaar een kleurtje van. En dan moesten de lagere scholieren en hun leerkrachten nog hun opwachting maken als olympische atleten. Ze trokken samen door de centrumstraten, luid toegejuicht door hun ouders en grootouders. Daarna volgde nog een kinderfuif. Omdat jong geleerd oud gedaan is.
Tussen de prinsen van de Vlaskapelle zag je er zondag ook een die vanop zijn fiets het hele gebeuren nauwlettend in de gaten hield. Stoetenbouwer Hans Deltour (77) heeft sinds het ontstaan van de stoet nog geen enkele editie gemist. En het zal wellicht zijn laatste niet geweest zijn. Daarvoor geniet hij te veel van wat hij al allemaal beleefde. Vake, zoals Hans genoemd wordt, was weer dik in vorm en er is niemand van de jongere prinsen die zijn werk wil overpakken. Hij heeft alvast 2025 in zijn agenda staan.
De vijftigste stoet bestond dit jaar niet alleen voor 55 eigen groepen en deelnemers, de organisatie mocht ook 10 niet-Gullegemse deelnemers verwelkomen. Onder hen enkele bevriende muziekmaatschappijen, de Koninklijke Steltenlopers uit Merchtem (zie foto) en koldertheater Soupapke uit Kuurne. De meest opvallende deelnemers waren onmiskenbaar de Sangliers d’Arlon uit Aarlen. De everzwijnen met hun vervaarlijke koppen en de luide bellen om hun heupen deden iedereen even naar adem happen. Ze oogstten luid applaus van het publiek.
Bij elke stoet zijn er wel enkele prinsen die alles in goede banen moeten leiden, terwijl collega’s met hun carnavalsvereniging meestappen. Hun echtgenote of partner hebben al een tijdje hun eigen groep – de Vlasbabes waarmee ze het publiek langs het parcours proberen te verrassen. Op deze foto herken je Eveline Vanoosthuyse, de vrouw van Vlas-co-voorzitter Nico Six. Met haar collega’s was ze verkleed als bubbelbabe of levensgrote badschuimtube en oogstte zo heel wat bijval. Wie goed keek, zag even later haar man als Arabier passeren. (AV/ foto’s AV)
Carnaval in West-Vlaanderen
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier