Simon Wemel schrijft doeboek voor kinderbegeleiders: “Kinderen aanzetten tot creatief spelen”

Simon Wemel. (foto HDV) © Hein Demeyer"
Freddy Vermoere
Freddy Vermoere Medewerker KW

De crèches die de voorbije maanden (soms stevig) in de fout gingen, herinneren ons er aan dat het niet evident is om kleine kinderen goed te begeleiden. ‘Het Rijk der Spelen’ kan inspirerend werken, een boek dat Simon Wemel (38) schreef samen met een collega-docent.

Simon Wemel, in Waregem actief bij Groen, werkt al jarenlang als onderzoeker en docent in de Arteveldehogeschool in Gent waar hij pedagogisch werkers opleidt. Nu schreef hij met collega-docent Ann Steverlynck uit Harelbeke een doeboek voor wie met kinderen werkt. Het wordt niet alleen gebruikt in ‘zijn’ school maar is inmiddels ook gegeerd bij coördinatoren van crèches, de buitenschoolse kinderopvang en van iedereen die kleine kinderen mee helpt opvoeden. We laten Simon Wemel eerst aan het woord als professional, daarna als vader van twee kinderen en tot slot als inwoner van de stad Waregem.

Schets eens kort waarover het boek gaat?

“Het is een echt doeboek, om gericht toe te passen in voorschoolse en buitenschoolse kinderopvang. We hebben het geschreven ter ondersteuning van de begeleiders daar. Bij uitbreiding is het ook geschikt voor kleuteronderwijzers, jeugdwerkers of ouders. Het centrale uitgangspunt is dat de opvoeders bij wat ze doen vertrekken vanuit de leefwereld van de kinderen. ‘Wat houdt de kinderen bezig’. Dat moet daarbij het centrale uitgangspunt zijn. Verder is het van belang de kinderen dingen aan te bieden die ze nog niet kennen, hen tot creatief spel te stimuleren en vooral ook te laten experimenteren.”

Misschien gaan overbevraagde begeleiders van de kinderopvang wel opmerken dat dit hun job nog zwaarder maakt dan die al is.

“Wie deze uitgangspunten probeert toe te passen, heeft daar niet echt extra voorbereidingstijd voor nodig. Al kan dit zo overkomen voor hen want de werkomstandigheden in de kinderopvang in Vlaanderen zijn zwaar. Eén begeleider is verantwoordelijk voor acht of negen kinderen en dat is gewoon te veel. Zowat nergens in Europa is het zo zwaar. In Nederland zijn er zelfs maar drie kinderen toegewezen per persoon. Daar zie je hoe het echt kan. Op dat punt is het nodig om stappen vooruit te zetten.”

Soms denk ik dat we als volwassene te veel het kind in onszelf zijn kwijtgeraakt

De crèches zaten de voorbije tijd in het oog van de storm. Hoe kijk jij daar tegenaan?

“We mogen niet blind zijn. Het is niet allemaal perfect en waar het grondig fout gaat, moet ingegrepen worden. Er zijn evenwel heel veel begeleiders die hun stinkende best doen om het goed te doen. Helaas ligt de focus nu te veel op de negatieve verhalen, terwijl 99 procent van de kinderkribbes het goed willen doen en ook geen grote fouten maken.”

Je bent zelf ouder van twee kleine kinderen. Volg je zelf de tips in je boek netjes op?

“(Glimlacht) Laat het me zo zeggen. Ik probeer toch dagelijks minstens vijf minuten volle aandacht te geven aan onze twee kinderen. Als ze in de speelhoek bezig zijn, probeer ik mee te genieten van de kleine dingen. Dergelijke momenten lijken me belangrijker dan bijvoorbeeld elk weekend op uitstap te gaan.”

Sla je weekenduitstappen met de kroost dan minder hoog aan?

“Ik vind dat die zeker hun belang hebben maar dan wel op voorwaarde dat de ouders zich ook niet te beroerd voelen om een stukje mee te spelen. Stel, je gaat met de kinderen naar een binnenspeeltuin maar zit er als ouder zelf de hele namiddag op de smartphone te tokkelen met een koffietje of een wijntje in handbereik. Tja, dan kan je moeilijk zeggen dat je betrokken bent bij wat je kinderen aan het doen zijn. Ga mee de binnenspeeltuin in en blijf niet aan de kant zitten. De kinderen moeten kunnen ervaren dat je mee plezier hebt. Dat is belangrijk voor hen. Helaas is het vaak anders. Soms denk ik dat we als volwassene te veel het kind in onszelf zijn kwijtgeraakt.”

Zijn er in Waregem goede voorbeelden van kindvriendelijke speelpleinen?

“Op het openbare domein zijn er heel wat speelpleintjes maar die zijn nog te vaak klassiek van snit met schommel, glijbaan en zandbak. Ik vind dat kinderen voor hun ontwikkeling veel beter gebaat zijn met avontuurlijke speelpleinen met gebruik van veel natuurelementen. Een boomstammenparcours, wilgentunnels of een speelbos stimuleren de creativiteit en verbeelding van de kinderen veel meer. Het zet hen er ook meer toe aan om op avontuur te gaan, om risicovol te spelen en dat is ook belangrijk voor hun ontwikkeling.”

Zijn er ook positieve elementen?

“In Waregem en deelgemeenten zijn veel jeugdbewegingen actief en die leveren uitstekend werk. Dat kunnen we niet genoeg onderstrepen. Het is zeker ook positief dat de jeugddienst in gesprek gaat met de buurt vooraleer speelpleintjes te laten aanleggen.”

Info: Doeboek ‘Het Rijk der Spelen’ van Simon Wemel en Ann Steverlynck. Aankooplink: https://politeia.be/nl/publicaties/328954-het+rijk+der+spelen