Ann De Craemer schrijft in ‘Hersenorkaan’ zwaarste periode van haar leven van zich af: “Ik wil depressies uit de taboesfeer halen”

Ann De Craemer werkte drie jaar aan ‘Hersenorkaan’, haar nieuwste boek waarin ze het verhaal van haar depressie vertelt. “Alles opnieuw beleven, was geen makkelijke opgave.” © JOKE COUVREUR
Philippe Verhaest

Auteur Ann De Craemer (40) legt in ‘Hersenorkaan’ haar ziel bloot. Ze vertelt openhartig over de zware depressie waar ze tussen 2017 en 2019 mee kampte en wil zo lotgenoten een hart onder de riem steken. “Als ik met mijn verhaal één mens kan helpen, zal mijn missie al geslaagd zijn. Depressie is een échte ziekte, maar dat lijken we nog altijd niet te beseffen.”

Drie jaar heeft Ann De Craemer over Hersenorkaan gedaan, zegt ze. “De langste weg ooit richting een nieuw boek, maar de moeite meer dan waard. Al was het vaak erg moeilijk. Die hele periode ligt ondertussen achter me, is voltooid verleden tijd. Maar ik heb mezelf ertoe verplicht om alles opnieuw te beleven. Daarom had ik adempauzes nodig. Normaal schrijf ik tot zes uur per dag, nu was dat vaak amper drie uur. Net omwille van het gewicht dat het verhaal met zich meebracht…”

Dat verhaal handelt over de depressie waar Ann, een goedlachse prille veertiger, in juni 2017 in verzeild raakte. “Ik herinner me nog levendig het moment waarop er iets brak”, vertelt ze. “Het was een zonnige dag, ik was in mijn ligzetel op het terras een boek aan het lezen en plots barstte ik in huilen uit. Ik kón niet meer genieten… Toen ik binnen in de spiegel keek, herkende ik mezelf niet meer. Ik wist niet wat er gebeurde.”

Ik was gewoon een boek aan het lezen en plots barstte ik in tranen uit: ik kón niet meer genieten

Zoeken naar een oorzaak voor haar depressie, is niet evident. “Het was een combinatie van factoren, denk ik. Als telg van een West-Vlaams arbeidersgezin, kende ik maar één weg: die van deuredoen. Vooruit. Neen zeggen, dat kon ik niet. Ik cijferde me altijd weg voor anderen, zorgde niet voor mezelf… Enkele jaren eerder was ook een lange relatie van tien jaar afgesprongen. Plots kwam ook dat uitgesteld verdriet naar boven.”

Niet tegen te houden

Het gevoel dat Ann plots volledig inpalmde, was niet tegen te houden, zegt ze. “Van de ene dag op de andere werd ik er volledig door verlamd. Vergelijk het met een zware griep, die houdt je ook aan je bed gekluisterd. Depressie is een échte ziekte, alleen lijken we dat nog altijd niet goed te beseffen. Net daarom wilde ik mijn verhaal in een boek gieten.”

Het thema is de laatste jaren wel een pak meer bespreekbaar geworden. “De coronacrisis heeft mentaal welzijn hoger op de agenda gezet, dat klopt. Maar er is nog altijd een lange weg te gaan. Sommige mensen zeiden me dat ik gewoon moest doorbijten en wat bewegen. Maar zo simpel is het allemaal niet. Alles waar ik plezier uit haalde, interesseerde me niet meer. Mijn koersfiets bleef in de hoek staan, lezen zei me niks meer en een serie bingen op Netflix – een van mijn guilty pleasures – was een niet te nemen hindernis. Ik was compleet leeg.”

Lichtpuntjes

Uiteindelijk vocht Ann twee jaar tegen haar depressie. “Dat lijkt lang, maar dat is het allerminst”, benadrukt de Tieltse.

“Net zoals bij fysieke wonden heeft je geest tijd nodig om te helen. Na vier maanden kon ik eindelijk de drempel nemen om naar een psychiater te trekken en ik nam ook antidepressiva en angstremmers. Ik had enorm veel last van angsten. De auto of de trein nemen: onmogelijk. Naar de supermarkt honderd meter verderop om spaghettisaus: net een tocht naar Santiago de Compostela. De straat oversteken: ik durfde niet. Om maar te zeggen, ik zat diep. Héél diep.”

Toch vond Ann tijdens haar donkerste momenten kleine lichtpuntjes. “Toen ik in De Morgen mijn column aan mijn depressie wijdde, kreeg ik een tsunami aan steunbetuigingen over me heen. Dat deed me beseffen dat ik niet alleen stond.”

“Een van die mailtjes was van een oude vriend afkomstig. We besloten om eens af te spreken en nu zien en horen we elkaar elke week. Zo heeft die gitzwarte periode me een vriendschap voor het leven opgeleverd.”

Ann stortte zich ook op fotografie, een van haar grote passies. “Ik dwong mezelf om elke avond een wandeling door Tielt te maken. De hoodie stevig over het hoofd getrokken, zodat niemand me zou herkennen of aanspreken. En iedere avond plaatste ik die foto op sociale media. Dat liet me toe om toch nog wat contact met de buitenwereld te hebben. Achteraf bekeken waren die foto’s een van dé hefbomen om me er weer bovenop te helpen.”

Voor jezelf zorgen

Vandaag zit ze opnieuw goed in haar vel. “Ik ben weer de Ann van voor mijn ziekte. Al heb ik mezelf wel beter leren kennen. Nu durf ik al eens iets weigeren en beperk ik het aantal afspraken. Twee professionele en evenveel persoonlijke verplichtingen per week is ruim voldoende. Daar waak ik echt over, om mezelf te beschermen. Als mijn depressie me één iets geleerd heeft, dan is het wel dat ik voor mezelf moet zorgen. Dat doe ik dan ook.”

Met Hersenorkaan wil Ann De Craemer ook een boodschap de wereld insturen. “Depressies zitten nog veel te veel in de taboesfeer, terwijl we er allemaal (on)rechtstreeks mee geconfronteerd kunnen worden. Ik wil helpen om het onbegrip de wereld uit te helpen. Als mijn boek één iemand kan helpen, zal ik al tevreden zijn. Al hoop ik natuurlijk op een veelvoud daarvan.”

En die missie lijkt Ann nu al te bereiken. “Mijn boek ligt pas twee weken in de rekken, maar ik krijg dagelijks mails van lezers om me te bedanken. Ze vertellen dat ze moed putten uit mijn verhaal, dat ze zichzelf erin herkennen. Dat schenkt me veel voldoening.”

De toekomst ziet Ann opnieuw met veel goesting tegemoet. “Ik heb met Tikgoud mijn eigen taalbureau opgericht. Daarmee doe ik copywriting, eindredactie en vertaalwerk uit het Engels. Ik amuseer me er enorm mee, al blijf ik in de eerste plaats schrijfster. “

”Concrete plannen voor een nieuw boek heb ik nog niet. Ik neem nu bewust even afstand, maar tegen volgende zomer wil ik weer volop aan het schrijven zijn. En hopelijk kan ik dan opnieuw mensen inspireren en een houvast bieden.”

‘Hersenorkaan’ telt 175 pagina’s, is uitgegeven bij Atlas Contact en kost 19,99 euro.