Limburg is uitgerust met een aantal perfect bewegwijzerde langeafstandswandellussen. De lus rond het Nationaal Park Hoge Kempen neemt je 72,5 km lang mee doorheen een lappendeken van landschappen. De goesting om te wandelen is één ding, hoe je zo’n avontuur aanpakt een ander. Tip 1: geniet van elk moment.
Om geen tijd te verliezen in ellendige files, boekten we een B&B vlak bij toegangspoort Mechelse Heide. Zo konden we op dag een na een stevig ontbijt meteen vertrekken.
“Enkele uitkijkpunten blazen je van je sokken”
Maar op de wandelroute zelf liggen geen logies, daarvoor moet je even afwijken. B&B Edelsteen in Zutendaal ligt dicht bij de route. Je bent dan ongeveer halfweg. Een andere mogelijkheid is om in het centrum van Genk een hotel te boeken. Net voorbij toegangspoort Kattevennen kan je de afleiding naar Genk volgen. Je boekt sowieso best vooraf je overnachting omdat de kans bestaat dat je pas laat zal inchecken. Wij hadden niets geboekt en tjoolden in het donker en in de gietende regen op zoek naar een slaapplaats. Niet aan te raden!
De route
Het Nationaal Park Hoge Kempen is het voorlopig enige nationaal park van België. Het bestaat uit zes deelgebieden, aangeduid met toegangspoorten. Elk gebied is opgedeeld in een grote variatie aan landschappen, zoals loofbossen, droge heide, dennenbossen, moeras, akkers, stuifduinen… De sterkte van de langeafstandswandeling zit hem vooral in de afwisseling van landschappen en minder in de beleving. Sinds zijn oprichting in 2006 wist het park alsmaar te groeien.
Grote delen van het Nationaal Park waren vroeger ontoegankelijk als militair domein, spoorweg, grind- en zandwinning of als ‘stortplaats’ van de mijnbouw. Telkens de wandeling wat eentonig wordt, stap je weer een nieuw universum binnen. Enkele uitkijkpunten, zoals op de Mechelse Heide, blazen je van je sokken.
Stilteplekken?
Wie denkt zich even twee dagen terug te trekken in de stilte van de bossen komt van een kale reis terug. Het Nationaal Park wordt namelijk doorkruist door een snelweg en enkele gewestwegen en die produceren wel wat omgevingslawaai. Toch zijn er een aantal plaatsen waar een absolute stilte heerst. Zwarte Put in Zutendaal is een officieel stiltegebied, maar wij vonden het nog veel stiller klinken in de Zijpbeekvallei (dag 1) en in het Dilserbos (dag 2).
In de weekends kan het wat drukker worden op de wandelpaden, maar tijdens de week is bijna geen kat te zien. Wij hadden al 15 kilometer gestapt voor we onze eerste tegenligger – een West-Vlaming! – ontmoetten.
Welk seizoen?
In de winter zouden we deze wandeling niet meteen aanraden. Elk ander seizoen leent zich er perfect voor. In september bloeit de Mechelse Heide mooi paars. In het voorjaar vind je in de bossen en op de heide prachtige voorjaarsbloeiers. In de late herfst maak je iets meer kans op het spotten van wild. Elk seizoen heeft zijn voordelen.
Is ‘t lastig?
Je stapt geen 72,5 kilometer in twee dagen zonder een beetje voorbereiding. Zorg dat je een basisconditie hebt. Draag geen oversizede bergschoenen, maar liever gewone wandelschoenen. Het terrein vraagt niet om alpinemateriaal. Voorzie regenkledij. Er zijn weinig schuilplaatsen. Zorg voor voldoende proviand in de rugzak. Er zitten lange stukken tussen zonder winkel of horeca. Onderweg vind je heel veel mooie picknickplaatsen, zoals de rustbanken in de Gellikerheide in Lanaken. Bij elk van de toegangspoorten tot het Nationaal Park vind je een ruim aanbod aan horecagelegenheden.
Wie nog?
Niet alleen wandelaars worden bediend in het Nationaal Park. Ook ruiters, fietsers en mountainbikers hebben elk hun eigen paden tot hun beschikking. Voor de mountainbikers werd een lus van 80 kilometer uitgetekend, voorlopig de langstemountainbikelus van het land. De verrassende, heel toffe route is bewegwijzerd met zwarte pijlen.
Het blotevoetenpad van Lieteberg
Het blotevoetenpad van Zutendaal is de meest succesvolle attractie in het Nationaal Park. De drie kilometer lange wandeling is echt een topbeleving. Je doet meer dan over hout en kiezels stappen. Er zijn ook uitkijktorens, een moeras, een tunnel en verschillende rustmomenten onderweg. De toegang bedraagt 4 euro. Heerlijk om te doen!
De Cosmodrome van Kattevennen
In Genk komen vooral jonge wetenschappers aan hun trekken in toegangspoort Kattevennen. Daar werd een 360°-planetarium ingericht waar dagelijks sessies over de ruimte worden gegeven. Een ticket kost 9 euro. Maar de Cosmodrome is ook een volkssterrenwacht. En vanaf daar kan je ook een Planetenpad volgen.
Het panorama van Connecterra
Net naast Maasmechelen Shopping Village ligt Connecterra. Daar werd de aarde gestort die uit de mijnen werd gehaald. Het resultaat is een door de mens gecreëerd natuurgebied met prachtige panorama’s bovenop de terrils. Een dagticket kost 3 euro. In ruil krijg je perfect onderhouden wandelpaden, een uitkijktoren en tof speelplein.
De Waterburcht van Pietersheim
De Waterburcht van Pietersheim in Lanaken kan je gratis bezoeken. Een bezoek aan de gerestaureerde burcht uit de 12de eeuw is interessant voor wie van een vleugje geschiedenis en wat mysterie houdt. Pietersheim is ook de ideale uitvalsbasis voor enkele topwandelingen in het Nationaal Park.
Praktisch
Start: toegangspoort Mechelse Heide, Joseph Smeetslaan 280, Zutendaal.
Afstand: 72,5 km.
Bewegwijzering: volg de wegwijzers met pootafdrukken, het logo van het Nationaal Park. Wij volgden de wandeling in wijzerzin.
Een wandelkaart van het Nationaal Park Hoge Kempen is handig. Ze is te koop op www.nationaalparkhogekempen.be.
Toerisme
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier