Binnenkijken in een gerenoveerde vlasweverij in Zwevegem: luchtig wonentussen de bomen
Benieuwd hoe een bloembindster en een tuinontwerper wonen? Niet als in een woonmagazine. Wel omringd door meubelen met een eigen leven, dierbare herinneringen, kunst van vrienden en planten met een hoek af. Het huis en de tuin van Ann Desmet en Jos Pannecoucke in Otegem groeien al dertig jaar lang met hen mee.
Dertig jaar geleden besloten Ann en Jos hun te krap geworden woning annex bloemenwinkel in Otegem in te ruilen voor de veel ruimere maar vervallen vlasweverij iets verderop in dezelfde straat. Het gebouw op een verwaarloosde site stond toen al twintig jaar leeg, met alle gevolgen van dien – “de kinderen vonden het niet zo leuk om hierheen te verhuizen”. Maar wat nog restte van het woonhuis, omzoomd door meer dan honderd jaar oude bomen, intrigeerde hen mateloos.
Geen strak plan
Het huis dateert allicht van 1890 en doorstond meerdere verbouwingen. Zo werd de gaanderij in een van de rest van het huis afwijkende stijl pas later aan de achtergevel toegevoegd. Vandaag staan binnen en buiten in direct contact met elkaar. “We zijn allebei buitenmensen en hebben nood aan veel licht, zon en natuur.” Dat licht stroomt dan ook overvloedig binnen via de grote raampartijen, nog versterkt door de hoogte van de ruimtes. In het erkertje waar ze elke ochtend ontbijten, wanen ze zich op de binnenkoer zelf.
We hebben allebei nood aan veel licht, zon en natuur
“Maar verder hadden we nooit een strak omlijnd idee van hoe we willen wonen”, vertelt Ann. “We gaan allebei erg intuïtief te werk, zowel in onze jobs als in de manier waarop we leven en wonen. Het huis groeide al die jaren gewoon met ons mee.”
1/7
2/7
3/7
4/7
5/7
6/7
7/7
1/7
2/7
3/7
4/7
5/7
6/7
7/7
En zoals binnen en buiten in elkaar overvloeien, sluiten ook de woonruimtes naadloos op elkaar aan. Aan het kookeiland waar dagelijks verse groenten en kruiden uit de moestuin verwerkt worden, en aan de uitnodigende eettafel, worden gasten ontvangen. Rond een houtkachel is een gezellige lounge ontstaan. Wat vroeger allicht ‘het salon’ was, sloeg Ann aan voor zichzelf: “Hier vind je me het vaakst als ik niet werk. Een plek voor mezelf, met mijn boeken, kunst, souvenirs van onze reizen, werkjes van onze kleinkinderen…” Door de jaren heen ontstonden in deze kamer een soort composities die Ann niet bewust nastreefde, maar die zichzelf ook weer door de jaren heen opbouwden. Als bezoeker wil je niets liever dan het verhaal bij elk stuk vernemen.
Kunst in een hoofdrol
Kunst speelt een hoofdrol en baant zich een weg doorheen de hele woning. Er is de spiegel van Luc Vrijdaghs gemaakt uit schroot die ze overhouden aan de allereerste tentoonstelling die Ann in haar atelier organiseerde. Er is de engel die de Kortrijkse kunstenaar Edgard Antoin hen schonk omdat Ann met Kerst jarig is. Er is het werkje van Robbert&Frank dat het artistieke duo er persoonlijk kwam ophangen, als was het een performance. Er is de piëta geschilderd door een vrouw van wiens sociaal werk Ann onder de indruk kwam, op doorreis in Cappadocië. Er is een artistieke snijplank van Studio Simple.
Ook achter de aanschaf van de meubelen door de jaren heen gaat allerminst een uitgekiende strategie schuil. De oude kast vonden ze ooit bij een brocanteur en lieten ze restaureren. De Lloyd Loom zeteltjes verkocht Ann jaren terug in haar eigen winkel; deze hadden zo’n mooi
Het huis groeide al die jaren gewoon met ons mee
gouden patine dat ze ze voor zichzelf hield. De tweedehands zetel kochten ze bij Art-Coco in Kortrijk. Het tapijt ontdekte Ann op een beurs waar ze zelf een stand had. “Het tapijt lag opgerold in een hoek, omdat er fouten in zaten. Maar ik was meteen weg van de prachtige kleuren.” Ze beloofde zichzelf het tapijt als de verkoop van haar eigen werk voldoende zou opbrengen. Dat deed het niet, maar Ann kocht het tapijt niettemin.
Bloemen buiten
Geen bloemenarrangementen van eigen signatuur evenwel. Hoe graag Ann ook boeketten en bloemenarrangementen maakt, in haar eigen woning zijn ze zelden te vinden. Wel planten ‘met een hoek af’, zoals Ann ze noemt. “Ik heb er moeite mee om planten weg te gooien. Ook exemplaren die een beetje vreemd uitgroeien, blijf ik bijhouden. Dat leidt tot een beetje bizarre verzameling, maar dat vind ik net wel iets hebben”, lacht ze.
Weinig bloemen in huis maar des te meer in de pluktuin die we bereiken doorheen de pas gerenoveerde stallingen. Met deze nazomer dahlia’s, ridderspoor, beemdkroon, rode zonnehoed, duizendknoop maar ook pompoenen en bessen. Een jardin en mouvement, hier groeit en bloeit de natuur zoals het haar belieft, onder zachte begeleiding van Jos’ groene vingers. “Elke ochtend pluk ik hier de bloemen waarmee ik die dag aan de slag ga”, besluit Ann. “En daar word ik elke keer opnieuw blij van.”
Bomen in de kunst
De gerenoveerde bijgebouwen dienen als tentoonstellingsruimte. Nog tot 31 oktober loopt er de tentoonstelling Een boom is meer dan er staat, met expo, lezingen, poëzie en muziek. Het volledige programma is terug te vinden op www.egelantier.be. De expo is vrij toegankelijk.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier